Wet van 6 september 2006, houdende wijziging van de Wet voorkoming verontreiniging door schepen in verband met onder andere het Protocol van 1997 tot wijziging van het Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen (Trb. 1999, 169) en richtlijn nr. 2005/33/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 6 juli 2005 tot wijziging van Richtlijn 1999/32/EG wat het zwavelgehalte van scheepsbrandstoffen betreft (PbEU L 191)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het ter uitvoering van het op 26 september 1997 te Londen totstandgekomen Protocol van 1997 tot wijziging van het Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, 1973, zoals gewijzigd bij het Protocol van 1978, met Bijlage (Trb. 1999, 169) en richtlijn nr. 2005/33/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 6 juli 2005 tot wijziging van Richtlijn 1999/32/EG wat het zwavelgehalte van scheepsbrandstoffen betreft (PbEU L 191) noodzakelijk, en met het oog op het op 5 oktober 2001 te Londen totstandgekomen Internationaal Verdrag inzake de beperking van schadelijke aangroeiwerende verfsystemen op schepen (Trb. 2004, 44) en het op 13 februari 2004 te Londen totstandgekomen Internationaal Verdrag voor de controle en het beheer van ballastwater en sedimenten van schepen, met Bijlage, Aanhangsels, en Resoluties (Trb. 2004, 256) wenselijk is de Wet voorkoming verontreiniging door schepen en de Wet op de economische delicten te wijzigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet voorkoming verontreiniging door schepen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden ter bescherming en behoud van het milieu regels gesteld met betrekking tot:

    a. verboden lozingen van schadelijke stoffen in zee vanaf schepen;

    b. overige verboden gedragingen vanaf of aan boord van schepen.

2. In het derde lid wordt «Het eerste lid is» vervangen door: De krachtens het eerste lid gestelde regels zijn.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen de krachtens het eerste lid, onderdeel b, gestelde regels ook van toepassing worden verklaard op buitenlandse schepen gedurende de tijd dat deze zich bevinden op de Nederlandse binnenwateren.

B

Artikel 6 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. De beheerder van een bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen haven draagt zorg voor een toereikende voorziening, geschikt voor het in ontvangst nemen van:

    a. scheepsafval en overige schadelijke stoffen dan wel restanten van schadelijke stoffen, afkomstig van schepen die de desbetreffende haven gewoonlijk aandoen;

    b. bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen stoffen of uitrusting die deze stoffen bevat en die van schepen worden verwijderd;

    c. bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen stoffen, afkomstig van schepen.

    Een havenontvangstvoorziening is zodanig dat aan de schepen die er gebruik van maken geen onnodig oponthoud wordt veroorzaakt. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere voorschriften worden gesteld met betrekking tot havenontvangstvoorzieningen.

2. In het tweede lid wordt «de in het eerste lid bedoelde stoffen» vervangen door «de in het eerste lid, onderdelen a en c, bedoelde stoffen en de stoffen en uitrusting die deze stoffen bevat als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b» en wordt «de betreffende stof» vervangen door «de desbetreffende stof of de uitrusting die de desbetreffende stof bevat».

3. In het derde, zesde en zevende lid wordt «het eerste lid» telkens vervangen door: het eerste lid, onderdeel a.

4. In het negende lid wordt «andere stoffen als bedoeld in het eerste lid» vervangen door: andere stoffen als bedoeld in het eerste lid, onderdelen a en c, en stoffen en uitrusting die deze stoffen bevat als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b.

C

Artikel 7, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden eisen vastgesteld waaraan een schip dient te voldoen ter bescherming en behoud van het milieu.

D

1. In de artikelen 8, eerste en derde lid, en 8a wordt «het Verdrag» telkens vervangen door: het Verdrag of een ander bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen verdrag ter uitvoering waarvan krachtens deze wet regels worden gesteld.

2. In artikel 8, tweede lid, vervalt onderdeel b en wordt onderdeel c van dat lid verletterd tot onderdeel b.

3. In artikel 8, vijfde lid, wordt na «met betrekking tot» ingevoegd: de bij de aanvraag van een certificaat te verstrekken gegevens en te overleggen bescheiden en.

E

Artikel 10, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden ter bescherming en behoud van het milieu regels gesteld ten aanzien van:

    a. het vervoer van schadelijke stoffen en andere stoffen ten aanzien waarvan krachtens artikel 5, eerste lid, regels zijn gesteld;

    b. de verplichtingen van de kapitein aan boord van schepen.

F

Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld over de zorgplicht van de kapitein van een bij of krachtens die maatregel aangewezen categorie schip ten aanzien van het aan boord bijhouden van een journaal waarin handelingen met betrekking tot het vervoer van schadelijke stoffen en gedragingen als bedoeld in artikel 5, eerste lid, worden aangetekend, en de daarbij in acht te nemen regels ten aanzien van onder meer de gegevens die moeten worden vermeld, de wijze van vermelding, alsmede de plaats waarop en de periode gedurende welke het journaal dient te worden bewaard.

2. Onder vernummering van het derde en vierde lid tot tweede en derde lid, vervalt het tweede lid en wordt een nieuw vierde lid ingevoegd, luidende:

  • 4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen de krachtens het eerste lid gestelde regels ook van toepassing worden verklaard op buitenlandse schepen gedurende de tijd dat deze zich in een Nederlandse haven bevinden.

3. In het vijfde lid wordt «het derde lid» vervangen door: het tweede lid.

G

Na artikel 12d wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 12e

  • 1. De kapitein van een schip dat een haven aandoet die is aangewezen krachtens artikel 6, eerste lid, geeft:

    a. bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aan te wijzen stoffen of uitrusting die deze stoffen bevat af bij een havenontvangstvoorziening wanneer zij worden verwijderd van het schip;

    b. bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen stoffen, in bij die maatregel aangegeven gevallen, af bij een havenontvangstvoorziening.

  • 2. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op de kapitein van een schip dat een haven aandoet waar overwegend gelegenheid wordt geboden voor het aanleggen, afmeren of afgemeerd houden van zeegaande pleziervaartuigen en die niet is aangewezen krachtens artikel 6, met dien verstande dat in een dergelijke haven de afgifte geschiedt bij de daartoe bestemde voorziening.

  • 3. Dit artikel is ook van toepassing op buitenlandse schepen.

H

Artikel 20, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a wordt «certificaten» vervangen door: certificaten of documenten.

2. Onderdeel c komt te luiden:

c. indien het schip zodanig is gebouwd, ingericht of uitgerust dat het een gevaar vormt voor het milieu;

3. In onderdeel e wordt «artikel 12b, 12c, dan wel 12d» vervangen door: artikel 12b, 12c, 12d, dan wel 12e.

I

In artikel 21 wordt «bij het Verdrag» vervangen door «het Verdrag of een ander bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen verdrag ter uitvoering waarvan krachtens deze wet regels worden gesteld» en wordt «van het Verdrag» vervangen door «van het desbetreffende verdrag».

J

In artikel 23, vierde lid, wordt «ingevolge de bepalingen van het Verdrag is aangehouden» vervangen door «is aangehouden ingevolge de bepalingen van het Verdrag of een ander bij of krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen verdrag ter uitvoering waarvan krachtens deze wet regels worden gesteld» en wordt na «verboden» ingevoegd «met dat schip».

K

Het opschrift van paragraaf 1 van hoofdstuk V komt te luiden:

Paragraaf 1. Beroep

L

Artikel 35 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. Bij regeling van Onze Minister kan voor schepen van een bepaalde categorie vrijstelling worden verleend van één of meer van de bij of krachtens de artikelen 7 of 10 gestelde eisen, zonodig onder het geven van voorschriften en beperkingen, mits zulks zonder gevaar voor het milieu mogelijk is.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. De inspecteur-generaal is bevoegd om in bijzondere gevallen, zo nodig onder het geven van voorschriften en beperkingen, een ontheffing te verlenen van de bij of krachtens de artikelen 7 en 10 gestelde eisen.

3. In het derde lid wordt «de in het tweede lid bedoelde beperkingen en voorschriften» vervangen door: de in het eerste of tweede lid bedoelde voorschriften en beperkingen.

M

In artikel 37, eerste lid, wordt «10, eerste lid, onderdelen b en d» vervangen door «10, eerste lid», wordt «11, eerste en derde lid» vervangen door «11, eerste en tweede lid», wordt «12d, eerste lid» vervangen door «12d, eerste lid, 12e, eerste en tweede lid» en vervalt «16, 17,».

N

In artikel 42 wordt «het lozen» vervangen door: het lozen en overige gedragingen vanaf of aan boord van schepen als bedoeld in artikel 5, eerste lid, onderdeel b,.

ARTIKEL II

De Wet op de economische delicten wordt als volgt gewijzigd:

1. In artikel 1a, onder 1°, wordt in de zinsnede met betrekking tot de Wet voorkoming verontreiniging door schepen «12c, eerste lid» vervangen door «12c, eerste lid, en 12e, eerste lid».

2. In artikel 1a, onder 2°, komt de zinsnede met betrekking tot de Wet voorkoming verontreiniging door schepen te luiden: de Wet voorkoming verontreiniging door schepen, de artikelen 6, tweede lid, 10, eerste lid, 11, eerste en tweede lid, 12a, eerste tot en met vierde lid, 12d, eerste lid, en 12e, tweede lid;.

ARTIKEL III

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te

’s-Gravenhage, 6 september 2006

Beatrix

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K. M. H. Peijs

Uitgegeven de vijfde oktober 2006

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin


XHistnoot

Kamerstuk 30 500

Naar boven