Besluit van 28 augustus 2006, houdende wijziging van het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, in overeenstemming met de Staatssecretaris van Defensie van 5 juli 2006, nr. HDJZ/LUV/2006-1002, Hoofddirectie Juridische Zaken;

Gelet op de artikelen 1.2, tweede lid, 2.2, derde lid, 2.3, tweede, vijfde en zesde lid, 2.4, tweede, derde en vierde lid, 2.7, vierde lid, 2.9, eerste lid, 3.30, 5.11, en 5.16, tweede lid, van de Wet luchtvaart;

De Raad van State gehoord (advies van 13 juli 2006, nr. W09.06.0274/V);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat van 22 augustus 2006, nr. HDJZ/LUV/2006-1211, Hoofddirectie Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, eerste lid, wordt in de alfabetische rangschikking de volgende definitie ingevoegd:

STI: instructeur vluchtnabootser (Synthetic Training Instructor);

B

In artikel 2, eerste lid, onderdeel d, wordt onder vernummering van het tweede subonderdeel tot derde subonderdeel, een subonderdeel ingevoegd, luidende:

2. van de bevoegdverklaring IR;

C

In artikel 3, tweede lid, wordt onder verlettering van onderdeel k tot onderdeel l, een onderdeel ingevoegd, luidende:

k. STI, dat de bevoegdheid geeft om, onder de beperkingen, bedoeld in JAR-FCL 1.310, onderdeel a, en JAR-FCL 1.210, vliegonderricht te geven op een STD voor de afgifte van bewijs van bevoegdheid, IR, en klasse- en typebevoegdverklaring voor een single-pilot luchtvoertuig;

D

Artikel 11, eerste lid, onderdeel n, komt te luiden:

n. het uitoefenen van de bevoegdheden die behoren bij de bevoegdverklaringen SFI, MCCI, STI of een specifieke autorisatie, genoemd in JAR-FCL 1.300, indien:

1°. betrokkene heeft voldaan aan de door Onze Minister vast te stellen afgifte-eisen voor de respectieve bevoegdverklaringen, en

2°. aan betrokkene door Onze Minister een autorisatiedocument is afgegeven, waarop de bepalingen die bij of krachtens de wet gelden met betrekking tot de bevoegdverklaringen SFI, MCCI, STI of een specifieke autorisatie, genoemd in JAR-FCL 1.300, van kracht zijn.

E

Artikel 31 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

  • 1. De geldigheidsduur van de medische verklaringen, die niet zijn genoemd in het tweede lid, zijn opgenomen in JAR-FCL 3.105.

2. Het tweede lid vervalt.

3. Het derde tot en met vijfde lid worden vernummerd tot tweede tot en met vierde lid.

F

In artikel 41, tweede lid, onderdeel c, wordt «75 uur» vervangen door: 70 uur.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

’s-Gravenhage, 28 augustus 2006

Beatrix

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K. M. H. Peijs

Uitgegeven de derde oktober 2006

De Minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

Het onderhavige wijzigingsbesluit bevat een kleine wijziging van het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart door de internationale afspraken die zijn vastgelegd in Amendment 4 en 5 van de Joint Aviation Requirements – Flight Crew Licensing (JAR-FCL). Dit is vastgesteld tussen de luchtvaartautoriteiten die zijn aangesloten bij de Joint Aviation Authorities (JAA)1. Daarnaast bevat dit wijzigingsbesluit een aantal correcties en aanpassingen ter voorkoming van misverstanden.

Amendement 4 betreft de introductie van een nieuwe autorisatie STI: synthetische trainingsinstructeur (Synthetic Training Instructor). Met amendement 5 zijn op grond van ingediende Working Papers enkele technische wijzigingen aangebracht. De JAR-FCL kende reeds de autorisatie SFI (Synthetic Flight Instructor). De privileges van een SFI zijn het geven van instructie op een simulator voor type bevoegdverklaringen en vereiste instructie voor «multi crew co-operation». Om instructie te geven moet men normaliter in het bezit zijn van een «instructeursbevoegdverklaring» in een bewijs van bevoegdheid. Er zijn echter personen die bijvoorbeeld om medische redenen niet meer in het bezit zijn van een bewijs van bevoegdheid en dus geen instructeursbevoegdverklaring meer kunnen hebben, maar toch op grond van kennis en ervaring zeer goed instructie kunnen geven op een vluchtnabootser (simulator) en de autorisatie SFI heeft hierin voorzien. Vanuit de opleidingen bleek een dergelijke behoefte ook te bestaan voor de «basic training». Dit heeft geleid tot de introductie van de «Synthetic Training Instructor (STI) authorisation» in JAR-FCL welke bij onderhavig wijzigingsbesluit wordt ingevoerd. De privileges van de STI zijn: het geven van instructie op een simulator voor de afgifte van een brevet, de bevoegdverklaring instrument rating en klasse of type bevoegdverklaring voor «single pilot» vliegtuigen. Deze instructie geschiedt op andersoortige simulator dan waarop een SFI instructie geeft.

De JAR-FCL ligt ter inzage bij de Inspectie Verkeer en Waterstaat (Saturnusstraat 50, 2132 HB, Hoofddorp, tel. 023-5663000) en in de bibliotheek van de Hoofddirectie Juridische Zaken van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (Koningskade 4, 2596 AA, Den Haag). Wijzigingen in JAR-FCL zullen bekend worden gemaakt in de Staatscourant en eveneens ter inzage worden gelegd.

Administratieve Lasten en Bedrijfseffectentoets

De autorisatie STI zal, naar verwachting, in Nederland slechts vijf maal per jaar worden verstrekt. Dit is vergelijkbaar met het aantal van de autorisatie SFI. De autorisatie kan worden geprint en van een handtekening worden voorzien, waarna deze geldig is. Gezien het geringe aantal personen dat het betreft en het kleine aantal handelingen, worden de bedrijfseffecten verwaarloosbaar geacht. De hoeveelheid administratieve lasten wordt geschat op € 41,42. Het besluit is voorgelegd aan Actal en is niet geselecteerd voor een toets.

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel A

Met de introductie van de autorisatie STI kunnen nu algemene bevoegdverklaringen voor synthetische trainingsinstructeurs worden afgegeven.

Artikel I, onderdeel B

Met het aanvullen van artikel 2 wordt een onbedoeld verschil tussen de Nederlandse wetgeving en de inhoud van JAR-FCL 1.275 weggenomen. Als neveneffect wordt bereikt dat de administratieve lastendruk voor zowel de houder van een ATPL afneemt, zij het in geringe mate, als voor de Toezicht Beheereenheid van de Inspectie Verkeer en Waterstaat.

Artikel I, onderdeel C

In artikel 3, tweede lid, wordt een nieuw onderdeel k opgenomen ten aanzien van de afgifte van een algemene bevoegdverklaring voor de STI. Zoals hierboven is beschreven zijn de privileges van de STI: het geven van instructie op een vluchtnabootser voor de afgifte van een brevet, de bevoegdverklaring instrument rating en klasse of type bevoegdverklaring voor «single pilot» vliegtuigen.

Artikel I, onderdeel D

Artikel 11, eerste lid, bepaalt onder welke voorwaarden artikel 2.1, eerste en tweede lid, van de Wet luchtvaart niet van toepassing is. Onderdeel n bepaalt de voorwaarden voor het uitoefenen van de bevoegdheden die behoren tot de bevoegdverklaringen SFI, respectievelijk MCCI. Door de vervanging van dit onderdeel n door een nieuw onderdeel wordt nu ook de STI genoemd en «een specifieke autorisatie genoemd in JAR-FCL 1.300». Dit laatste is geen uitvloeisel van Amendement 4 en 5, maar een reparatie. Bij de vorige wijziging van het Besluit bewijzen van bevoegdheid voor de luchtvaart is verwijzing naar «een specifieke autorisatie genoemd in JAR-FCL 1.300» uitgebleven en dit wordt nu gecorrigeerd.

Artikel I, onderdeel E

In artikel 31 wordt het eerste lid vervangen door een nieuw eerste lid, vervalt het tweede lid en vindt er een vernummering plaats met betrekking tot de hierop volgende leden, ten einde de nummering aaneensluitend te laten plaatsvinden. In het nieuwe eerste lid is nu een verwijzing naar de geldigheidsduur van medische verklaringen uit JAR-FCL 3.105 opgenomen. Dit is gebeurd in het kader van het programma Beter Geregeld van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Dit programma streeft naar het minder en anders regelen van onderwerpen, ten einde het voortbestaan van een ingewikkeld complex van wet- en regelgeving tegen te gaan.

Artikel I, onderdeel F

In artikel 41, tweede lid, onderdeel c, wordt bepaald dat degene, die op grond van de omzetting van artikel 38 in aanmerking komt voor een PPL vliegtuigen, een JAR-FCL-bewijs van bevoegdheid krijgt indien hij ten minste een bepaald aantal uur totale vliegervaring heeft in de desbetreffende bijzondere bevoegdverklaring. Door Amendement 4 is de vereiste totale vliegervaring verlaagd van 75 uur naar 70 uur. Deze nieuwe eis is overgenomen in de gewijzigde bepaling.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus


XHistnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

XNoot
1

De JAA is een Europese organisatie waarbinnen lidstaten zich bezighouden met een gemeenschappelijk niveau van veiligheid in de luchtvaart. De JAA zal naar verwachting in 2007 opgaan in de European Aviation Safety Agency, een agentschap van de Europese Unie.

Naar boven