Besluit van 21 augustus 2006, houdende wijziging van het Besluit administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften 1994

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op voordracht van Onze Minister van Justitie van 10 juli 2006, 5431606/06/6, gedaan mede namens Onze Minister van Verkeer en Waterstaat;

Gelet op de artikelen 2, eerste lid, 3, eerste en derde lid, en 35 van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften;

De Raad van State gehoord (advies van 3 augustus 2006, nr. W03.06.0309/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Justitie van 15 augustus 2006, nr. 5436198/06/6; uitgebracht mede namens Onze Minister van Verkeer en Waterstaat;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van het Besluit administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften 1994 vervalt.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij bijbehorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

^histnoot

’s-Gravenhage, 21 augustus 2006

Beatrix

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K. M. H. Peijs

Uitgegeven de zevende september 2006

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

NOTA VAN TOELICHTING

In de bijlage bij de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (hierna: Wet Mulder) zijn de feiten opgenomen waarvoor een administratieve sanctie ingevolge deze wet kan worden opgelegd. Deze feiten zijn gekoppeld aan daarvoor toegekende feitcodes. Thans is de opsporingsbevoegdheid van de Buitengewoon opsporingsambtenaren van de Dienst Wegverkeer ten aanzien van feitcode K 045 opgenomen in onderdeel c van artikel 2, tweede lid. Per 1 januari 2006 is met de inwerkingtreding van de gewijzigde bijlage de feitcode K 045 opgesplitst in een onderdeel a en een onderdeel b. Verder zijn hierin de nieuwe feitcodes K 046 a en K 046 b opgenomen.

Om het mogelijk te maken dat de buitengewoon opsporingsambtenaren van de Dienst Wegverkeer de aan hun opgedragen taken kunnen verrichten is het noodzakelijk artikel 2, onderdeel c, van het Besluit administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften 1994, door middel van deze technische wijziging in overeenstemming te brengen met de bijlage bij de Wet Mulder. Omdat de ambtenaren van de Dienst Wegverkeer worden aangemerkt als buitengewoon opsporingsambtenaar als bedoeld in artikel 142 van het Wetboek van Strafvordering kunnen zij, indien onderdeel c vervalt, de hun toegekende toezichtsbevoegdheden uitoefenen onder onderdeel b van het tweede lid van artikel 2. Door het vervallen van onderdeel c wordt bovendien de omissie die is ontstaan naar aanleiding van de wijziging en de toevoeging van de feitcodes hersteld en hoeft bij toekomstige aanpassingen ten aanzien van feitcodes geen aanpassing van het besluit plaats te vinden.

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

---

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.