Besluit van 7 augustus 2006, houdende wijziging van het Reglement rijbewijzen en het Besluit rijonderricht motorrijtuigen in verband met de invoering van een bromfietsrijbewijs

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 27 juni 2006, nr. HDJZ/AWW/2006-953, Hoofddirectie Juridische Zaken;

Gelet op de artikelen 110, tweede lid, 111, eerste lid, 113, eerste lid, 116, eerste lid, 118, tweede en derde lid, 119, eerste lid, en 120, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994, en de artikelen 9 en 10 van de Wet rijonderricht motorrijtuigen 1993;

De Raad van State gehoord (advies van 26 juli 2006, no. W09.06.0239/V);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 1 augustus 2006, nr. HDJZ/AWW/2006-1195, Hoofddirectie Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Reglement rijbewijzen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 15, eerste lid, wordt, onder verlettering van de onderdelen a tot en met g tot b tot en met h, een onderdeel toegevoegd, luidende:

a. bromfietsen (Rijbewijs AM);

B

Na artikel 19a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 19b

Indien de aanvraag betrekking heeft op de afgifte van een rijbewijs voor een andere categorie dan AM, geeft degene die belast is met de afgifte van rijbewijzen tevens een rijbewijs af dat geldig is voor het besturen van motorrijtuigen waarvoor een rijbewijs AM is vereist.

C

Artikel 34 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing op aanvragen die betrekking hebben op afgifte van een rijbewijs voor de categorie AM.

D

Artikel 35 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing op aanvragen die betrekking hebben op afgifte van een rijbewijs voor de categorie AM.

E

In artikel 36, onderdeel c, wordt na «waarvoor het eerder aan de aanvrager afgegeven rijbewijs niet geldig is» toegevoegd: , met uitzondering van de rijbewijscategorie AM.

F

In artikel 39, derde lid, wordt «artikel 35, onderdeel b en c, van toepassing» vervangen door: artikel 35, eerste lid, onderdeel b en c, van toepassing op de aanvragen die betrekking hebben op een rijbewijs voor andere categorieën dan AM en artikel 35, eerste lid, onderdeel c, indien het een aanvraag voor een rijbewijs voor de categorie AM betreft.

G

In artikel 40 wordt, onder vernummering van het tweede tot derde lid, een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing op aanvragen die betrekking hebben op afgifte van een rijbewijs voor de categorie AM.

H

In artikel 42, eerste, tweede en derde lid, wordt telkens aan het slot een volzin ingevoegd, luidende:

Geen verklaring van geschiktheid behoeft te zijn geregistreerd in het rijbewijzenregister voor rijbewijscategorie AM.

I

Artikel 43 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing op aanvragen die betrekking hebben op afgifte van een rijbewijs voor de categorie AM.

J

In artikel 44, eerste lid, onderdeel b, wordt na «waarbij de datum van registratie niet langer dan een jaar vóór de aanvraag mag liggen» toegevoegd: , met uitzondering van de rijbewijscategorie AM.

K

Artikel 45 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel b, wordt na « waarbij de datum van registratie niet langer dan een jaar vóór de aanvraag mag liggen» toegevoegd: , met uitzondering van de rijbewijscategorie AM.

2. In het vijfde lid, onderdeel b, wordt na «waarbij de datum van registratie niet langer dan een jaar vóór de aanvraag mag liggen» toegevoegd: , met uitzondering van de rijbewijscategorie AM.

L

In artikel 46, eerste lid, onderdeel b, wordt na «waarbij de datum van registratie niet langer dan een jaar vóór de aanvraag mag liggen» toegevoegd: , met uitzondering van de rijbewijscategorie AM.

M

In artikel 47, eerste lid, wordt in de onderdelen b en c, telkens na «waarbij de datum van registratie niet langer dan een jaar vóór de aanvraag mag liggen» toegevoegd: , met uitzondering van de rijbewijscategorie AM,.

N

In artikel 48, eerste lid, wordt in de onderdelen b en c, telkens na «waarbij de datum van registratie niet langer dan een jaar vóór de aanvraag mag liggen» toegevoegd: , met uitzondering van de rijbewijscategorie AM.

O

In artikel 53 wordt, onder vernummering van het eerste tot en met vierde lid tot tweede tot en met vijfde lid, een lid ingevoegd, luidende:

  • 1. Het onderzoek naar de rijvaardigheid voor de rijbewijscategorie AM bestaat uit een theorie-examen.

P

In artikel 56 wordt, onder vernummering van het eerste en tweede lid tot tweede en derde lid, een lid ingevoegd, luidende:

  • 1.  Het theorie-examen voor de rijbewijscategorie AM kan slechts worden afgelegd door personen die de leeftijd van zestien jaren hebben bereikt.

Q

Na artikel 60 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 60a

De eisen voor het theorie-examen voor de rijbewijscategorie AM betreffen:

a. grondige kennis van bij en krachtens de wet vastgestelde, voor bestuurders van bromfietsen geldende voorschriften en het op juiste wijze toepassen van die kennis alsmede van kennis van bij en krachtens de wet vastgestelde, voor andere verkeersdeelnemers dan die bestuurders geldende voorschriften;

b. kennis van de mogelijkheid van conflicteren van eigen belangen en belangen van andere verkeersdeelnemers;

c. inzicht in voor de bestuurders van bromfietsen relevante verkeersrisico’s en in factoren die de rijvaardigheid kunnen beïnvloeden;

d. kennis van de hoofdbeginselen van eerste hulp bij ongelukken en van elementaire maatregelen, te treffen bij verkeersongevallen;

e. basiskennis met betrekking tot de voor de verkeersveiligheid en voor het milieu van belang zijnde voertuigonderdelen;

f. kennis van en inzicht in de invloed van het eigen rijgedrag op de mobiliteits- en milieuproblematiek;

g. kennis van de elementaire beginselen van voertuigbediening en voertuigbeheersing en

h. kennis van mogelijkheden om noodsituaties tijdig te onderkennen, en van gedragsmogelijkheden in noodsituaties.

R

Hoofdstuk VIII, paragrafen 1 tot en met 5 vervallen.

S

Het opschrift van hoofdstuk VIII en paragraaf 6 vervallen.

T

Artikel 197 vervalt.

ARTIKEL II

Het Besluit rijonderricht motorrijtuigen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 2, onderdeel g, komt te luiden:

g. motorrijtuigen voor het besturen waarvan rijbewijs AM als bedoeld in het Reglement rijbewijzen is vereist (categorie AM).

B

In artikel 7, zesde en zevende lid, wordt «met betrekking tot bromfietsen voor het besturen waarvan een bromfietscertificaat ingevolge de Wegenverkeerswet 1994 verplicht is» telkens vervangen door: met betrekking tot voertuigen van de categorie AM.

ARTIKEL III

Indien de aanvrager bij de aanvraag beschikt over een geldig bromfietscertificaat en de aanvraag betrekking heeft op de eerste afgifte van een rijbewijs dat geldig is voor het besturen van bromfietsen, wordt, behoudens de in artikel 33 van het Reglement rijbewijzen genoemde bescheiden, bij de aanvraag tevens dat bromfietscertificaat overgelegd.

ARTIKEL IV

Indien het Besluit van 28 september 2004, houdende wijziging van het Reglement rijbewijzen (nadere implementatie richtlijn 91/439/EEG, versoepeling legitimatievoorschriften, invoering eis van rechtmatig verblijf examenkandidaten en aanbrengen van een aantal andere wijzigingen) en het Besluit politieregisters (Stb. 483) in werking is getreden op het tijdstip waarop artikel I, onderdeel P, in werking treedt, luidt dit onderdeel als volgt:

P

In artikel 56 wordt, onder vernummering van het eerste tot en met het derde lid tot tweede tot en met het vierde lid, een lid ingevoegd, luidende:

  • 1.  Het theorie-examen voor de rijbewijscategorie AM kan slechts worden afgelegd door personen die de leeftijd van zestien jaren hebben bereikt.

ARTIKEL V

Indien het Besluit van 28 september 2004, houdende wijziging van het Reglement rijbewijzen (nadere implementatie richtlijn 91/439/EEG, versoepeling legitimatievoorschriften, invoering eis van rechtmatig verblijf examenkandidaten en aanbrengen van een aantal andere wijzigingen) en het Besluit politieregisters (Stb. 483) in werking treedt nadat artikel I, onderdeel P, in werking is getreden, wordt in artikel I, onderdeel W, sub 2, van dat besluit het toegevoegde artikellid vernummerd tot 4.

ARTIKEL VI

  • 1. De artikelen I, onderdelen A tot en met R en T, en II tot en met V treden in werking op het tijdstip waarop de wet van 28 juni 2006 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de invoering van een bromfietsrijbewijs (Stb. 322) in werking treedt.

  • 2. Artikel I, onderdeel S, treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

’s-Gravenhage, 7 augustus 2006

Beatrix

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K. M. H. Peijs

Uitgegeven de negenentwintigste augustus 2006

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

1. Inleiding

De in dit besluit opgenomen wijzigingen zijn het gevolg van de invoering van een bromfietsrijbewijs door middel van een aparte categorie (de categorie AM) op het nieuwe rijbewijsdocument (Kamerstukken II, vergaderjaar 2005/06, nr. 30 477). Aanleiding voor de invoering hiervan is het hoge ongevalsrisico voor jonge bromfietsers. De invoering van het bromfietsrijbewijs is een van de maatregelen die is genomen om dit ongevalsrisico terug te dringen. Andere maatregelen zijn de kentekening van brom- en snorfietsen, de aanpassing van de snelheidslimiet voor bromfietsers en het streven naar anti-opvoermaatregelen in Europees verband.

2. Gefaseerde invoering van het bromfietsrijbewijs

In het kader van het project nieuw Rijbewijsdocument (NRD) is ervoor gekozen de categorie voor de bromfiets meteen op het nieuwe rijbewijsdocument te plaatsen. Er is vervolgens voor gekozen om niet te volstaan met invoering van een «loze» categorie (dat is een categorie die wel op het rijbewijs staat, maar nog niet wordt gebruikt, omdat nog niet is voorzien in een rijbewijsplicht en een bijbehorend examen voor de desbetreffende categorie), maar meteen het bromfietscertificaat te vervangen door het bromfietsrijbewijs. Op deze wijze wordt voorkomen dat er nog bromfietscertificaten worden afgegeven, die op enig moment moeten worden ingewisseld tegen een bromfietsrijbewijs. Invoering van het nieuwe rijbewijsdocument wordt voorzien voor 1 oktober 2006.

Consequentie van deze keuze is wel dat op deze korte termijn nog niet kan worden voorzien in een, om reden van de verkeersveiligheid wel voorgenomen, praktijkexamen. Het praktijkexamen zal in de tweede fase worden ingevoerd en is daarom nog niet meegenomen in het onderhavige besluit. Invoering van het praktijkexamen zal zijn beslag krijgen door aanpassing van het Reglement rijbewijzen en het Besluit rijonderricht motorrijtuigen. Uitwerking zal plaatsvinden bij ministeriële regeling. Inwerkingtreding is voorzien voor 1 januari 2008.

3. Belangrijkste wijzigingen

De eerste fase van invoering van het bromfietsrijbewijs omvat aanpassingen op een tweetal onderwerpen.

De eerste aanpassing betreft de invoering van een aparte categorie op het rijbewijs voor de bromfietsen, categorie AM, met een omschrijving van de daarmee samenhangende bevoegdheid.

De tweede serie aanpassingen betreft de aanpassing van de bepalingen omtrent de aanvraag van rijbewijzen in verband met de invoering van de nieuwe categorie AM. Deze aanpassingen zijn noodzakelijk omdat het hier gaat om de regeling van de aanvraag van een rijbewijs voor een tot nu toe niet bestaande categorie. In het Reglement rijbewijzen is bijvoorbeeld voor de verschillende soorten aanvragen uitgeschreven waar de aanvraag moet worden ingediend en aan welke vereisten daarbij moet worden voldaan. Zoveel mogelijk is hierbij aangesloten. Aanpassingen zijn evenwel nodig omdat er, in tegenstelling tot de andere rijbewijscategorieën, geen geschiktheidseisen worden gesteld aan bestuurders van bromfietsen.

De reden voor deze keuze wordt als volgt toegelicht. Bij de beantwoording van de vraag of ook aan bestuurders van bromfietsen geschiktheidseisen zouden moeten worden gesteld, is rekening gehouden met de in voorbereiding zijnde derde rijbewijsrichtlijn, omdat deze naar verwachting begin 2006 zal worden vastgesteld. Het concept voor de derde rijbewijsrichtlijn, zoals dat thans luidt, bepaalt dat de lidstaten de keuze hebben of zij geschiktheidseisen stellen. Als zij echter daartoe besluiten, dan gelden volgens bijlage III van die concept-richtlijn dezelfde geschiktheidseisen als bijvoorbeeld voor de rijbewijscategorie B en is er geen mogelijkheid om bij het toepassen van de geschiktheidseisen onderscheid te maken tussen de verschillende soorten bromfietsen.

De keuze om wel geschiktheidseisen te stellen zou echter tot gevolg hebben dat de brommobiel niet meer toegankelijk is voor ouderen die zijn afgekeurd voor het rijbewijs voor de categorie B. Dit zou leiden tot een forse afname van de mobiliteit van de betrokken bestuurders. Door geen geschiktheidseisen te stellen aan bromfietsers blijft, bij een afkeuring voor rijbewijs B, het besturen van een brommobiel nog wel tot de mogelijkheden horen. Het nadeel is wel weer dat er ook aan bestuurders van eensporige bromfietsen (bromfietsen op twee wielen) geen geschiktheidseisen worden gesteld. Nu betreft het hier in zijn algemeenheid jonge bestuurders, die voor het overgrote deel goed gezond zullen zijn. Aan verreweg de meeste geschiktheidseisen zullen deze bestuurders zonder meer voldoen.

Het nadeel van de afnemende mobiliteit van de categorie oudere bestuurders is uiteindelijk zwaarwegender geacht dan de consequentie dat de vorderingsprocedure, op termijn, derhalve na invoering van het praktijkexamen, alleen op het punt van de rijvaardigheid van toepassing zal kunnen zijn.

Het bovenstaande betekent dat bijvoorbeeld bij de aanvraag van een rijbewijs voor categorie AM geen verklaring van geschiktheid vereist is en in het rijbewijzenregister behoeft te zijn geregistreerd. Daar waar voor de aanvraag van het bromfietsrijbewijs bij reeds bestaande artikelen is aangesloten, was op dit punt aanpassing nodig.

Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat bij de formulering van de voorstellen is uitgegaan van de tekst van het Reglement rijbewijzen, zoals dit komt te luiden na inwerkingtreding van de wijziging van het Reglement rijbewijzen in verband met de wijziging in de procedure betreffende de aanvraag en afgifte van rijbewijzen.

4. Handhaving

Zoals hierboven reeds is aangegeven, zijn de wijzigingen vooral van procedurele aard. Deze wijzigingen hebben geen consequenties voor de handhaving. In zijn algemeenheid kan worden gesteld dat invoering van een bromfietsrijbewijs gunstig wordt geacht voor de handhaving. In de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met invoering van een bromfietsrijbewijs is hierop uitgebreid ingegaan. Zo zal het onder meer mogelijk worden een bromfietsrijbewijs in te vorderen en in te houden.

5. Administratieve lasten

Het onderhavige besluit, dat de eerste fase van de invoering betreft van het bromfietsrijbewijs, zal niet leiden tot meer of andere administratieve lasten dan reeds in de desbetreffende paragraaf uit de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met invoering van een bromfietsrijbewijs is opgenomen. Daarnaar wordt verwezen (zie Kamerstukken II 2005/06, 30 477, nr. 3, blz. 13 e.v.).

Artikelsgewijs

Artikel I, onderdeel A

Zoals in het algemeen deel van de toelichting is uiteengezet, heeft het onderhavige besluit uitsluitend betrekking op het regelen van de eerste fase van de invoering van het bromfietsrijbewijs. In deze eerste fase geeft het rijbewijs AM de bevoegdheid tot het besturen van alle soorten bromfietsen, derhalve voor zowel tweewielige bromfietsen als de brommobielen. Het onderhavige artikel voorziet in introductie op het rijbewijs van de categorie AM en bepaalt de reikwijdte van de bevoegdheid voor deze categorie. De definitiebepaling van het begrip bromfiets is opgenomen in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de Wegenverkeerswet 1994. Deze definitie geldt ook voor het Reglement rijbewijzen.

Artikel I, onderdeel B

Bij het opstellen van de regelgeving is rekening gehouden met de in voorbereiding zijnde nieuwe derde rijbewijsrichtlijn. Het komt er kort gezegd op neer dat in beginsel een rijbewijs voor elke andere categorie dan AM de bevoegdheid geeft tot het besturen van alle soorten bromfietsen.

Een lidstaat kan echter kiezen voor invoering van een praktijkexamen dat verschillend is naar gelang het soort bromfiets: twee wielen of drie of meer wielen. De lidstaat kan dan door middel van een nationale code een beperking van de bevoegdheid op het rijbewijs aangeven. Nu in de eerste fase van is de invoering nog niet is voorzien in praktijkexamens, is er voor gekozen om, in afwachting van de realisatie van de tweede fase van de invoering van het bromfietsrijbewijs, de thans bestaande equivalentie te handhaven. Dit betekent dat elk ander rijbewijs dan AM mede de bevoegdheid geeft tot het besturen van alle soorten bromfietsen, ongeacht het aantal wielen en dat degene die is belast met de afgifte van rijbewijzen bij een aanvraag tot afgifte voor elke andere categorie dan AM, tevens een rijbewijs afgeeft voor de categorie AM. Het onderhavige artikel voorziet hierin.

Artikel I, onderdelen C tot en met N

In deze artikelen uit het Reglement rijbewijzen is geregeld aan welke eisen welke soort aanvraag moet voldoen. Voor de aanvraag van het bromfietsrijbewijs is zoveel mogelijk bij deze artikelen aangesloten. Nu is besloten geen geschiktheidseisen te stellen aan bestuurders van bromfietsen, is in al deze artikelen aangegeven, dat bij aanvragen tot afgifte van een rijbewijs voor de categorie AM, geen verklaring van geschiktheid vereist is.

Artikel I, onderdeel O

Zoals in het algemeen deel reeds is uiteengezet, is er meer tijd nodig om te komen tot de ontwikkeling van een praktijkexamen en eventueel een aangepast theorie-examen voor de verschillende categorieën bromfietsen. Daarom is besloten dat in deze eerste fase het onderzoek naar de rijvaardigheid alleen bestaat uit een theorie-examen dat gelijk is aan het bestaande theorie-examen. Dit artikel voorziet hierin.

Artikel I, onderdeel P

In dit artikel zijn de leeftijdseisen opgenomen waaraan kandidaten moeten voldoen alvorens zij een theorie-examen mogen afleggen. Ten behoeve van kandidaten voor het bromfietsexamen is thans in het nieuwe eerste lid de minimumleeftijd van 16 jaar opgenomen.

Artikel I, onderdeel Q

Zoals ook in het algemeen deel van de toelichting is aangegeven, voorziet het onderhavige besluit alleen in invoering van een bromfietsrijbewijs nadat met goed gevolg een theorie-examen is afgelegd. Het onderhavige artikel geeft aan welke eisen thans gelden voor het theorie-examen voor het bromfietsrijbewijs. Het zijn dezelfde exameneisen heeft als voorheen golden voor het examen voor het bromfietscertificaat.

Artikel I, onderdelen R en S

De in deze onderdelen genoemde paragrafen hebben betrekking op het afschaffen van de bepalingen over het bromfietscertificaat. De in onderdeel R genoemde paragrafen zijn algemeen van aard; de in onderdeel S genoemde paragraaf heeft betrekking op de registratie van het bromfietscertificaat. Er is gekozen voor uitsplitsing van de paragrafen omdat de op de registratie van bromfietscertificaten betrekking hebbende artikelen van kracht blijven totdat alle bromfietscertificaten hun geldigheid hebben verloren.

Artikel I, onderdeel T

Artikel 60b van de Invoeringswet Wegenverkeerswet 1994, waarvan de intrekking is voorgesteld in het wetsvoorstel tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met de invoering van een bromfietsrijbewijs (Kamerstukken II 2005/06, 30 477), voorzag in de mogelijkheid om bij algemene maatregel van bestuur ten aanzien van de voorwaarden waaraan moest zijn voldaan om voor afgifte van een bromfietscertificaat in aanmerking te komen, onderscheid te maken tussen personen die op het tijdstip van de inwerkingtreding van de Wegenverkeerswet 1994 wel of niet de leeftijd van 16 jaar hadden bereikt. Artikel 197 betrof een uitwerking van deze mogelijkheid. De invoering van het bromfietscertificaat was in beginsel vooral bedoeld om te voorkomen dat jonge beginnende bromfietsers zonder enige voorbereiding gemotoriseerd aan het verkeer zouden gaan deelnemen. Ter vermijding van complicaties bij de handhaving was de verplichting voor het hebben van een bromfietscertificaat evenwel algemeen geformuleerd. De hierboven beschreven uitzonderingsbepaling was opgenomen om de personen die op het moment van inwerkingtreding reeds een bromfiets mochten besturen, de mogelijkheid te geven zonder theorie-examen het bromfietscertificaat te verkrijgen. Nu ervoor gekozen is een volwaardig rijbewijs voor deze categorie in te voeren, vervalt deze overgangsregeling, aangezien een dergelijke algemene vrijstelling van een rijbewijsplicht niet mogelijk is.

Artikel II

De in dit artikel opgenomen aanpassingen betreffen de aanpassingen in het Besluit rijonderricht motorrijtuigen. Het betreft uitsluitend wijzigingen die verband houden met de vervanging van het bromfietscertificaat door het bromfietsrijbewijs.

Artikel III

Dit artikel voorziet in de regeling van de omwisseling van – nog geldige – bromfietscertificaten in een rijbewijs AM. Hiervoor is een periode van drie jaar vastgesteld. In het algemeen deel van de toelichting bij de wet, is in paragraaf 5 uitgebreid op deze overgangsperiode en de consequenties voor de handhaving ingegaan. Daarnaar wordt verwezen.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K. M. H. Peijs


XHistnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.

Naar boven