Wet van 29 mei 2006 tot samenvoeging van de gemeenten Binnenmaas en ’s-Gravendeel

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de gemeenten Binnenmaas en ’s-Gravendeel samen te voegen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

§ 1. Opheffing en instelling van gemeenten

Artikel 1

Met ingang van de datum van herindeling worden de gemeenten Binnenmaas en ’s-Gravendeel opgeheven.

Artikel 2

Met ingang van de datum van herindeling wordt de nieuwe gemeente Binnenmaas ingesteld, bestaande uit het grondgebied van de op te heffen gemeenten Binnenmaas en ’s-Gravendeel, zoals aangegeven op de bij deze wet behorende kaart.

§ 2. Overige bepalingen

Artikel 3

Voor de nieuwe gemeente Binnenmaas wordt de op te heffen gemeente Binnenmaas aangewezen voor de toepassing van artikel 36 van de Wet algemene regels herindeling, in verband met de toepassing van de instructies en reglementen, bedoeld in dat artikel.

Artikel 4

Voor de op te heffen gemeenten Binnenmaas en ’s-Gravendeel wordt de nieuwe gemeente Binnenmaas aangewezen voor de toepassing van de volgende bepalingen van de Wet algemene regels herindeling:

a. artikel 39, tweede lid, in verband met de heffing en invordering van gemeentelijke belastingen;

b. artikel 41, derde lid, in verband met de deelneming aan gemeenschappelijke regelingen;

c. artikel 45, tweede lid, in verband met de overgang van de voorziening van drinkwater, elektriciteit en gas.

Artikel 5

  • 1. Voor de nieuwe gemeente Binnenmaas wordt een tussentijdse raadsverkiezing als bedoeld in artikel 52, tweede lid, onderdeel a, van de Wet algemene regels herindeling gehouden.

  • 2. Met de voorbereiding van de tussentijdse raadsverkiezing wordt de op te heffen gemeente Binnenmaas belast.

  • 3. Indien de datum van herindeling valt binnen twee jaar voor de datum waarop de reguliere verkiezingen voor de leden van de gemeenteraden ingevolge de Kieswet moeten worden gehouden, vinden deze verkiezingen niet plaats in de gemeente die bij deze wet is ingesteld.

  • 4. De zittingsperiode van de leden van de raad van de nieuwe gemeente eindigt in de in het derde lid bedoelde situatie gelijk met de zittingsperiode van de leden van de raden van de overige gemeenten die volgt op de eerste verkiezingen voor de gemeenteraden na de datum van herindeling.

Artikel 6

In de tabel, bedoeld in artikel E1, eerste lid, van de Kieswet, vervalt met ingang van de datum van herindeling bij kieskring nummer 14 «’s-Gravendeel,».

Artikel 7

In artikel 7 van de Wet op de rechterlijke indeling in het gestelde onder «Arrondissement Dordrecht» vervalt met ingang van de datum van herindeling «, ’s-Gravendeel».

Artikel 8

In de bijlage, bedoeld in artikel 21, eerste lid, van de Politiewet 1993, onder «Zuid-Holland-Zuid», vervalt met ingang van de datum van herindeling «’s-Gravendeel».

Artikel 9

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te

’s-Gravenhage, 29 mei 2006

Beatrix

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. W. Remkes

Uitgegeven de vijftiende juni 2006

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

stb-2006-266-1.gif

XHistnoot

Kamerstuk 30 355

Naar boven