Besluit van 23 maart 2006 tot wijziging van het Besluit nevenvestigings-
en nevenzittingsplaatsen in verband met enkele gemeentelijke
herindelingen in de arrondissementen Alkmaar, ’s-Gravenhage en
Utrecht
Wij Beatrix, bij de gratie
Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz.
enz.
Op de voordracht van Onze
Minister van Justitie van 28 februari 2006, nr.
5405856/06/6;
Gelet
op artikel 41, tweede lid, van de Wet op
de rechterlijke organisatie;
De Raad van State gehoord (advies van
9 maart 2006, nr. W03.06.0060/I);
Gezien het nader rapport van Onze
Minister van Justitie van 17 maart 2006, nr.
5409707/06/6;
Hebben
goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
De bijlage, bedoeld in artikel 12, eerste lid,
van het Besluit nevenvestigings- en
nevenzittingsplaatsen, wordt gewijzigd als
volgt:
A
In het gestelde onder
Rechtbank Alkmaar vervalt Venhuizen.
B
Het gestelde onder Rechtbank ’s-Gravenhage
wordt gewijzigd als volgt:
1. De Lier,
’s-Gravenzande, Maasland, Monster, Naaldwijk, Schipluiden,
Wateringen, Rijnsburg, Sassenheim, Valkenburg (Z.-H.), Voorhout en
Warmond vervallen.
2. Na
«Delft» wordt ingevoegd:
Midden-Delfland.
3. Na
«Pijnacker-Nootdorp» wordt ingevoegd:
Westland.
4. Na
«Oegstgeest» wordt ingevoegd:
Teylingen.
C
In het gestelde onder Rechtbank Utrecht vervallen
Amerongen, Doorn, Driebergen-Rijsenburg, Leersum en Maarn en wordt na
«Utrecht» ingevoegd: Utrechtse
Heuvelrug.
ARTIKEL II
Dit besluit treedt in
werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het
Staatsblad waarin het wordt
geplaatst.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van
toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
’s-Gravenhage, 23
maart
2006
Beatrix
De
Minister van
Justitie,
J.
P. H. Donner
Uitgegeven de vierde april 2006
De Minister van
Justitie,
J.
P.
H. Donner
NOTA VAN TOELICHTING
De bijlage bij het Besluit nevenvestigings-
en nevenzittingsplaatsen, die de gebiedsindeling bevat voor de
behandeling van kantonzaken, wordt gewijzigd in verband met enkele
gemeentelijke herindelingen die op 1 januari 2004 en
1 januari 2006 in werking zijn getreden. Een van deze
herindelingen leidt tot een grenscorrectie in de gebiedsindeling (zie
artikel I, onderdeel C).
Artikel I
Onderdeel
A
In het arrondissement Alkmaar zijn de
gemeenten Drechterland en Venhuizen samengevoegd tot de nieuwe gemeente
Drechterland (Stb. 2005, 335).
Onderdeel B
In
het arrondissement ’s-Gravenhage zijn op 1 januari 2004
de gemeenten De Lier, ’s-Gravenzande, Monster, Naaldwijk en
Wateringen samengevoegd tot de nieuwe gemeente Westland en de gemeenten
Maasland en Schipluiden tot de nieuwe gemeente Midden-Delfland (Stb.
2003, 301). Deze herindelingen waren nog niet verwerkt in de bijlage
bij het besluit. Deze omissie wordt nu hersteld. In dat arrondissement
zijn voorts met ingang van 1 januari 2006 twee nieuwe gemeenten
ontstaan. In de eerste plaats zijn de gemeenten Katwijk, Rijnsburg en
Valkenburg samengevoegd tot de nieuwe gemeente Katwijk (Stb. 2005,
375). In de tweede plaats zijn de gemeenten Sassenheim, Voorhout en
Warmond samengevoegd tot de nieuwe gemeente Teylingen (Stb. 2005,
456).
Onderdeel
C
In het arrondissement Utrecht zijn de
gemeenten Amerongen, Doorn, Driebergen-Rijsenburg, Leersum en Maarn
samengevoegd tot de nieuwe gemeente Utrechtse Heuvelrug (Stb. 2005,
458). Als gevolg van deze herindeling wijzigt de gebiedsindeling van de
sector kanton te Utrecht en Amersfoort. Omdat vier van de vijf
opgeheven gemeenten waren ingedeeld bij de hoofdplaats Utrecht
(uitsluitend de gemeente Maarn ressorteerde onder de
nevenvestigingsplaats Amersfoort), is ervoor gekozen de nieuwe gemeente
in te delen bij de hoofdplaats Utrecht.
De
mogelijke kosten die uit deze wijzigingen voortvloeien, worden
opgevangen binnen de bestaande
budgetten.
De
Minister van
Justitie,
J.
P.
H. Donner