Besluit van 17 maart 2006, houdende wijziging van diverse Warenwetbesluiten in verband met verordening (EG) 2073/2005

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 2 februari 2006, VGP/VV 2654122, gedaan in overeenstemming met Onze Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Economische Zaken, en van Justitie;

Gelet op verordening (EG) nr. 2073/2005 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 15 november 2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen (PbEU L 338), alsmede op de artikelen 4, eerste en tweede lid, 14, en 32b, eerste lid, van de Warenwet;

De Raad van State gehoord (advies van 2 maart 2006, no. W13.06.0030/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 13 maart 2006, VGP/VV 2666603, uitgebracht in overeenstemming met Onze Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Economische Zaken, en van Justitie;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen wordt als volgt gewijzigd:

A

Onder vervang van de punt aan het slot van onderdeel g door een puntkomma, wordt aan artikel 1, eerste lid, een onderdeel toegevoegd, luidende:

h. verordening (EG) 2073/2005: verordening (EG) nr. 2073/2005 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 15 november 2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen (PbEU L 338).

B

Artikel 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het derde lid komt te luiden:

  • 3. Het is verboden te handelen in strijd met de artikelen 3, 4, 5, eerste, tweede en vierde lid, 6, eerste lid, 7, en 9, van verordening (EG) 2073/2005.

2. Onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:

  • 4. Het is verboden te handelen in strijd met de krachtens de artikelen 3, vierde lid, 10 en 10a vastgestelde regels.

C

Na artikel 10 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 10a

Bij regeling van Onze Minister worden nadere regels vastgesteld waarbij met inachtneming van artikel 8 van verordening (EG) 2073/2005 een tijdelijke afwijking wordt toegestaan van de naleving van de criteria voor Salmonella in gehakt vlees, vleesbereidingen en vleesproducten, bestemd voor consumptie na verhitting, bedoeld in de punten 1.5, 1.6 en 1.9, van bijlage I, van verordening (EG) 2073/2005.

D

Artikel 19 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de huidige tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. Artikel 10a vervalt met ingang van 1 januari 2010.

ARTIKEL II

Artikel 4 van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen komt te luiden:

Artikel 4

  • 1. Pathogene micro-organismen zijn in eet- en drinkwaren afwezig in hoeveelheden die schadelijk kunnen zijn voor de volksgezondheid, met dien verstande dat:

    a. Salmonella niet aantoonbaar is in 25 g of ml;

    b. Campylobacter niet aantoonbaar is in 25 g of ml;

    c. het aantal kweekbare Staphylococcus aureus niet meer bedraagt dan 100.000 per g of ml;

    d. het aantal kweekbare Clostridium perfringens niet meer bedraagt dan 100.000 per g of ml;

    e. het aantal kweekbare Bacillus cereus niet meer bedraagt dan 100.000 per g of ml.

  • 2. Het eerste lid is niet van toepassing voor zover ter zake microbiologische criteria zijn vastgesteld bij verordening (EG) 2073/2005.

  • 3. Het eerste lid is voorts niet van toepassing op:

    a. onbewerkte, rauwe eet- en drinkwaren; en

    b. bewerkte eet- en drinkwaren die:

    1°. geen kiemreducerende behandeling hebben ondergaan; en

    2°. bij normaal gebruik pas na verhitting door de eindgebruiker geschikt zijn voor consumptie door de mens.

ARTIKEL III

Het Warenwetbesluit Eiprodukten wordt ingetrokken.

ARTIKEL IV

De artikelen 3 en 4 van het Warenwetbesluit Visserijproducten, slakken en kikkerbillen vervallen.

ARTIKEL V

Artikel 2a van het Warenwetbesluit Vlees, gehakt en vleesproducten vervalt.

ARTIKEL VI

Artikel 4, tweede lid, van het Warenwetbesluit Zuivel wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan onderdeel a wordt na de puntkomma toegevoegd het woord «en».

2. Onderdeel c vervalt.

ARTIKEL VII

De bijlage bij het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten wordt als volgt gewijzigd:

A

In de tabel Inhoud vervallen de volgende rubrieken:

a. D-20 Warenwetbesluit Eiprodukten;

b. D-40 Warenwetregeling Visserijprodukten, tweekleppige weekdieren, slakken en kikkerbillen;

c. D-42 Warenwetregeling Gehakt vlees en vleesbereidingen;

d. D-44 Warenwetregeling Zuivelbereiding

B

De tabel Omschrijving van de overtreding en bijbehorend Boetebedrag per categorie wordt als volgt gewijzigd:

1. Rubriek D-20 Warenwetbesluit Eiprodukten met bijbehorende vermeldingen vervalt.

2. In rubriek D-39 Warenwetbesluit Visserijprodukten, slakken en kikkerbillen vervallen de omschrijvingen D-39.1.0 tot en met D-39.1.1 met bijbehorende vermeldingen.

3. Rubriek D-40 Warenwetregeling Visserijprodukten, tweekleppige weekdieren, slakken en kikkerbillen vervalt.

4. In rubriek D-41 Warenwetbesluit Vlees, gehakt en vleesproducten vervallen de omschrijvingen:

a. D-41.2.1;

b. D-41.2.6 tot en met D-41.2.9;

met bijbehorende vermeldingen.

5. Rubriek D-42 Warenwetregeling Gehakt vlees en vleesbereidingen vervalt.

6. In rubriek D-43 Warenwetbesluit Zuivel vervallen de omschrijvingen D-43.12.1 tot en met D-43.13.6 met bijbehorende vermeldingen.

7. Rubriek D-44 Warenwetregeling Zuivelbereiding vervalt.

8. Rubriek D-64 Warenwetregeling Hygiëne van levensmiddelen vervalt.

9. Rubriek D-75 komt te luiden:

D-75

Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen

   
 

Omschrijving van de overtreding

Boetebedrag

per categorie

    
  

I

II

    

D-75.1.1

art. 2 lid 1 j° art. 4.2 van Vo. (EG) 852/2004 j° bijl. II hfdst. I.1 van Vo. (EG) 852/2004

€ 900,–

€ 1800,–

D-75.1.2

art. 2 lid 1 j° art. 4.2 van Vo. (EG) 852/2004 j° bijl. II hfdst. IX.4 eerste volzin van Vo. (EG) 852/2004

€ 900,–

€ 1800,–

D-75.1.3

art. 2 lid 1 overig

€ 450,–

€ 900,–

D-75.2

art. 2 lid 2

€ 450,–

€ 900,–

D-75.3

art. 2 lid 3

€ 450,–

€ 900,–

D-75.4

art. 2 lid 4

€ 450,–

€ 900,–

D-75.5.1

art. 2 lid 5 j° art. 8 lid 1

€ 450,–

€ 900,–

D-75.5.2

art. 2 lid 5 j° art. 8 lid 2

€ 450,–

€ 900,–

D-75.5.3

art. 2 lid 5 j° art. 8 lid 3

€ 450,–

€ 900,–.

ARTIKEL VIII

In artikel 4, derde lid, van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten wordt «onderdeel III van de bijlage» vervangen door: onderdeel II van de bijlage.

ARTIKEL IX

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

’s-Gravenhage, 17 maart 2006

Beatrix

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst

Uitgegeven de vierde april 2006

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

Op 22 december 2005 is gepubliceerd verordening (EG) nr. 2073/2005 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen van 15 november 2005 inzake microbiologische criteria voor levensmiddelen (PbEU L 338), verder te noemen: verordening (EG) 2073/2005. Deze verordening is van toepassing met ingang van 1 januari 2006.

Verordening (EG) 2073/2005 bevat microbiologische criteria voor diverse levensmiddelen, bedoeld in artikel 4, derde lid, onder a, en vierde lid, van verordening (EG) 852/2004. Net als andere EG-verordeningen is deze verordening verbindend in al haar onderdelen en rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat van de Europese Unie. Het is daarom niet noodzakelijk en zelfs niet toegestaan deze verordening om te zetten in nationale wetgeving. Wel is het, om overtreding van die voorschriften uit de verordening te kunnen bestraffen, noodzakelijk om deze aan te wijzen als strafbaar of beboetbaar feit. Dat gebeurt bij artikel I van dit besluit, door een wijziging van het Warenwetbesluit hygiëne van levensmiddelen. Voorts is het noodzakelijk nationale microbiologische criteria te laten vervallen die inmiddels zijn opgenomen in verordening (EG) 2073/2005. De voor dit laatste noodzakelijke bepalingen zijn opgenomen in de artikelen II tot en met VI, waarbij diverse andere Warenwetbesluiten gewijzigd worden.

Voorts zijn bij dit besluit enkele wijzigingen aangebracht in het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten. Deze wijzigingen zijn noodzakelijk in verband met de artikelen II tot en met VI van dit besluit.

Dit besluit heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger en het bedrijfsleven. Het ontwerpbesluit is voorgelegd aan het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal), maar dat college heeft het ontwerpbesluit niet geselecteerd voor een toets op de gevolgen voor de administratieve lasten.

Artikelsgewijs

Nationale overgangsbepaling voor Salmonella in gehakt vlees, vleesbereidingen en vleesproducten, bestemd voor consumptie na verhitting (artikel I, artikelen 10a en 19, tweede lid, van het WBHL)

Bijlage I, hoofdstuk I, punten 1.5, 1.6 en 1.9, van verordening (EG) 2073/2005, bevat strenge normen voor de afwezigheid van Salmonella in gehakt vlees, vleesbereidingen en vleesproducten, bestemd voor consumptie ná verhitting. Bij onderzoek van vijf monsters (n=5) mag Salmonella in geen enkel monster aantoonbaar zijn (c=0).

Artikel 8 van verordening (EG) 2073/2005 biedt lidstaten de mogelijkheid voor de hier bedoelde producten tot uiterlijk 1 januari 2010 onder voorwaarden (etikettering) een iets minder strenge eis te hanteren. Van iedere vijf onderzochte monsters mag volgens die iets minder strenge eis ten hoogste één monster positief zijn voor Salmonella (n=5, c=1).

Op grond van het bij artikel I, onder C, van dit besluit, in het WBHL ingevoegde artikel 10a, wordt de Minister van VWS opgedragen gebruik te maken van deze door artikel 8 van verordening (EG) 2073/2005 geboden mogelijkheid. Dat is noodzakelijk aangezien de desbetreffende vleesgerelateerde producten pas op termijn kunnen voldoen aan de strenge eis (n=5, c=0). Uit oogpunt van bescherming van de volksgezondheid bestaat tegen de tijdelijk iets minder strenge eis (n=5, c=1) geen bezwaar, aangezien deze producten pas na verhitting bestemd zijn voor consumptie. Passende etikettering dient de consument erop te wijzen dat het product vóór consumptie door en door verhit moet worden, en dat tijdens de bereiding kruisbesmetting voorkómen dient te worden.

Tegen deze delegatie bestaat geen bezwaar, aangezien die betrekking heeft op het verwerken in de Nederlandse wetgeving van artikel 8 van verordening (EG) 2073/2005 waarbij de Nederlandse wetgever, behoudens op ondergeschikte punten, geen ruimte heeft voor het maken van keuzen van beleidsinhoudelijke aard.

Artikel 10a vervalt met ingang van 1 januari 2010, aldus het bij artikel I, onder D, aan artikel 19 van het WBHL toegevoegde tweede lid.

Wijziging Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen (artikel II)

Artikel 4, eerste lid, van het BBL bevatte ter bescherming van de volksgezondheid eisen inzake de afwezigheid van pathogene micro-organismen in eet- en drinkwaren. Met ingang van 1 januari 2006 zijn bij verordening (EG) 2073/2005 uitputtende criteria vastgesteld voor Listeria monocytogenes. Als gevolg hiervan diende de eis inzake Listeria monocytogenes in artikel 4, eerste lid van het BBL te vervallen.

Verordening (EG) 2073/2005 bevat voorts criteria voor Salmonella. Deze criteria hebben slechts betrekking op bepaalde eet- en drinkwaren. Op andere eet- en drinkwaren waarin Salmonella kunnen voorkomen maar waarvoor verordening (EG) 2073/2005 geen criteria bevat, dienen de ter zake in artikel 4, eerste lid, van het BBL gestelde voorschriften van toepassing te blijven.

Verordening (EG) 2073/2005 bevat tevens eisen voor de afwezigheid van enterotoxinen van Staphylococcen. Die eisen zijn evenwel van andere orde dan de norm in artikel 4, eerste lid, van het BBL, inzake aantallen kweekbare Staphylococcus aureus. Deze laatste norm diende daarom te worden gehandhaafd.

Artikel 4, derde lid (oud), van het BBL, kon vervallen, aangezien aan de daar bedoelde nadere regels geen behoefte meer bestaat.

Artikel II van dit besluit brengt de in verband met het voorgaande noodzakelijke wijzigingen aan in artikel 4 van het BBL.

Intrekking Warenwetbesluit Eiprodukten (artikel III)

Bij artikel III wordt het Warenwetbesluit Eiprodukten ingetrokken, aangezien microbiologische criteria voor eiproducten nu zijn gesteld bij verordening (EG) 2073/2005.

Wijziging van het Warenwetbesluit Visserijproducten, slakken en kikkerbillen en vervallen van de Warenwetregeling Visserijproducten, tweekleppige weekdieren, slakken en kikkerbillen (artikel IV)

Bij artikel IV van dit besluit vervallen de artikelen 3 en 4 van het Warenwetbesluit Visserijproducten, slakken en kikkerbillen, aangezien voor deze producten nu microbiologische criteria zijn vastgesteld bij verordening (EG) 2073/2005. Als gevolg hiervan vervalt de Warenwetregeling Visserijproducten, tweekleppige weekdieren, slakken en kikkerbillen van rechtswege met ingang van de inwerkingtreding van dit besluit.

Wijziging Warenwetbesluit Vlees, gehakt en vleesproducten en vervallen Warenwetregeling Gehakt vlees en vleesbereidingen (artikel V)

Artikel 2a van het Warenwetbesluit Vlees, gehakt en vleesproducten droeg de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op bij ministeriële regeling nadere regels vast te stellen ter uitvoering van richtlijn 94/65/EG. Dat artikel diende te vervallen, aangezien voor deze producten nu microbiologische criteria zijn vastgesteld bij verordening (EG) 2073/2005. Als gevolg hiervan vervalt de Warenwetregeling Gehakt vlees en vleesbereidingen van rechtswege met ingang van de inwerkingtreding van dit besluit.

Wijziging Warenwetbesluit Zuivel en vervallen Warenwetregeling Zuivelbereiding (artikel VI)

Artikel 4, tweede lid, van het Warenwetbesluit Zuivel droeg de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport op bij ministeriële regeling nadere regels vast te stellen ter uitvoering van bepaalde richtlijnen. De in dat lid, onder c, genoemde richtlijn is ingetrokken bij richtlijn 2004/41/EG, met uitzondering van microbiologische criteria. Inmiddels zijn microbiologische criteria ter zake vastgesteld bij verordening (EG) 2073/2005. Artikel 4, tweede lid, onder c, van het Warenwetbesluit Zuivel diende daarom te vervallen. Artikel VI van dit besluit regelt dat. Als gevolg hiervan vervalt de Warenwetregeling Zuivelbereiding van rechtswege met ingang van de inwerkingtreding van dit besluit.

Wijziging Warenwetbesluit Kruidenpreparaten (artikel VIII)

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt een onvolkomenheid in artikel 4, derde lid, van het Warenwetbesluit Kruidenpreparaten te herstellen. Bij besluit van 26 september 2005, Stb. 513, is onderdeel III van de bijlage bij dat besluit vernummerd tot onderdeel II. Daarbij is evenwel nagelaten de verwijzing naar dat onderdeel van de bijlage in artikel 4, derde lid, aan te passen. Dat gebeurt alsnog bij artikel VIII van dit besluit.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst


XHistnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

Naar boven