Besluit van 8 februari 2005, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de wet van 22 oktober 2003 tot wijziging van diverse wetten in verband met de instelling van het Inspectoraat-Generaal VROM en ter verbetering van de doelmatigheid van gegevensverstrekking met het oog op toezicht (Stb. 449), het besluit van 19 maart 2004 tot aanpassing van diverse algemene maatregelen van bestuur in verband met de instelling van het Inspectoraat-Generaal VROM en ter verbetering van de doelmatigheid van gegevensverstrekking met het oog op toezicht (Stb. 155) en de wet van 9 september 2004 tot wijziging van de Waterleidingwet (eigendom waterleidingbedrijven) (Stb. 517)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 1 februari 2005, nr. MJZ2005005216 Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Gelet op artikel 21 van de wet van 22 oktober 2003 tot wijziging van diverse wetten in verband met de instelling van het Inspectoraat-Generaal VROM en ter verbetering van de doelmatigheid van gegevensverstrekking met het oog op toezicht (Stb. 449), op artikel XXXIII van het besluit van 19 maart 2004 tot aanpassing van diverse algemene maatregelen van bestuur in verband met de instelling van het Inspectoraat-Generaal VROM en ter verbetering van de doelmatigheid van gegevensverstrekking met het oog op toezicht (Stb. 155) en op artikel V van de wet van 9 september 2004 tot wijziging van de Waterleidingwet (eigendom waterleidingbedrijven) (Stb. 517);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig Artikel

Met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, treden in werking, in de hieronder aangegeven volgorde:

a. de wet van 22 oktober 2003 tot wijziging van diverse wetten in verband met de instelling van het Inspectoraat-Generaal VROM en ter verbetering van de doelmatigheid van gegevensverstrekking met het oog op toezicht (Stb. 449);

b. het besluit van 19 maart 2004 tot aanpassing van diverse algemene maatregelen van bestuur in verband met de instelling van het Inspectoraat-Generaal VROM en ter verbetering van de doelmatigheid van gegevensverstrekking met het oog op toezicht (Stb. 155);

c. de wet van 9 september 2004 tot wijziging van de Waterleidingwet (eigendom waterleidingbedrijven) (Stb. 517).

Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 8 februari 2005

Beatrix

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

P. L. B. A. van Geel

Uitgegeven de vierentwintigste februari 2005

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

NOTA VAN TOELICHTING

Door middel van dit besluit treden twee wetten, één algemene maatregel van bestuur en enkele ministeriële regelingen in de aangegeven volgorde in werking.

Ten eerste treedt de al eerder gepubliceerde wet van 22 oktober 2003 tot wijziging van enige wetten in verband met de instelling van het Inspectoraat-Generaal VROM en ter verbetering van de doelmatigheid van gegevensverstrekking met het oog op toezicht (Stb. 449), in werking. Vervolgens treedt het besluit van 19 maart 2004 tot aanpassing van diverse algemene maatregelen van bestuur in verband met hetzelfde onderwerp (Stb. 155) in werking. Ingevolge de instelling van het Inspectoraat-Generaal VROM zijn de voordien bestaande inspecties van VROM en de Directie recherchezaken samengevoegd. De wet en het besluit beogen de regelgeving van VROM en sommige andere departementen, waarin taken en bevoegdheden aan die «oude» diensten worden opgedragen en verleend, aan die nieuwe situatie aan te passen. Tevens strekken de wet en het besluit ertoe de doelmatigheid te verbeteren van de verstrekking van gegevens aan het inspectoraat-generaal.

Wanneer de wet in werking treedt, zullen automatisch ook de volgende onlangs gepubliceerde regelingen in werking treden. Het betreft een regeling van 16 december 2004 tot aanpassing van regelingen omtrent hetzelfde onderwerp (Stcrt. 250), het Besluit aanwijzing ambtenaren VROM-regelgeving (Stcrt. 2004, 250) en de Regeling advisering Inspectoraat-Generaal VROM (Stcrt. 2005, 16).

Bovendien zal de wet van 9 september 2004 tot wijziging van de Waterleidingwet (eigendom waterleidingbedrijven) (Stb. 517) waarin de overheidseigendom van waterleidingbedrijven wettelijk wordt vastgelegd, in werking treden. Wanneer deze wet in werking treedt, zal automatisch ook de onlangs gepubliceerde Regeling distributiegebieden waterleidingbedrijven (Stcrt. 2004, 251) in werking treden.

De eerstgenoemde wet dient vóór de wijziging van de Waterleidingwet in werking te treden, aangezien die wet wijzigingen aanbrengt in (onder meer) de huidige Waterleidingwet. In de aldus gewijzigde Waterleidingwet zal de wet van 9 september 2004 vervolgens weer wijzigingen aanbrengen. Het is daarom van belang dat de inwerkingtreding van de beide wetten in de genoemde volgorde zal plaatsvinden. Om te verzekeren dat deze volgorde van inwerkingtreding daadwerkelijk plaatsvindt, zijn beide onderwerpen in één inwerkingtredingsbesluit opgenomen.

De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

P. L. B. A. van Geel

Naar boven