Besluit van 18 januari 2005 tot wijziging van het besluit tot aanwijzing van
gevallen waarin een arbeidsverhouding als dienstbetrekking wordt
beschouwd in verband met de uitbreiding van de rechtsgevolgen van de
verklaring arbeidsrelatie
Wij Beatrix, bij
de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van
Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 15 december
2004, Directie Sociale Verzekeringen, nr.
SV/F&W/04/86543;
Gelet op
artikel 5 van de Wet op de
arbeidsongeschiktheidsverzekering,
artikel 5 van de Ziektewet en
artikel 5 van de
Werkloosheidswet;
De Raad van State gehoord (advies van
23 december 2004, nr. W12.04.0610/IV);
Gezien het nader rapport van Onze
Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van 13 januari 2005,
Directie Sociale Verzekeringen, nr.
SV/F&W/04/90679;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel I. Wijziging
besluit tot aanwijzing van gevallen waarin een arbeidsverhouding als
dienstbetrekking wordt beschouwd
In artikel 8, eerste lid,
van het Besluit van 24 december 1986, houdende vaststelling van een
algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 5 van de Wet op
de arbeidsongeschiktheidsverzekering, artikel 5 van de Ziektewet en
artikel 5 van de Werkloosheidswet (Aanwijzing van gevallen waarin een
arbeidsverhouding als dienstbetrekking wordt beschouwd) (Stb. 655)
vervalt onderdeel c, onder verlettering van de onderdelen d tot en met
f tot de onderdelen c tot en met
e.
Artikel II. Inwerkingtreding
Dit
besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de artikelen I,
onderdeel B, II, onderdeel B, en III, onderdeel B, van het bij
koninklijke boodschap van 1 juli 2004 ingediende voorstel van wet tot
wijziging van de werknemersverzekeringswetten, de Coördinatiewet
Sociale Verzekering, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de
loonbelasting 1964 in verband met uitbreiding van de rechtsgevolgen van
de verklaring arbeidsrelatie (Wet uitbreiding rechtsgevolgen VAR)
(Kamerstukken II 2003/04, 29 677) nadat het tot wet is verheven, in
werking treden. Indien het Staatsblad waarin dit besluit wordt
geplaatst, wordt uitgegeven na het in de vorige zin genoemde tijdstip,
treedt het in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst, en werkt het terug tot
en met dat
tijdstip.
Lasten en bevelen dat dit besluit in het Staatsblad zal worden
geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren
wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen
houden.
histnoot's-Gravenhage, 18
januari
2005
Beatrix
De
Minister van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid,
A.
J. de Geus
Uitgegeven de tweeëntwintigste februari 2005
De Minister van
Justitie,
J.
P.
H. Donner
NOTA VAN TOELICHTING
Artikel 8, eerste lid, onderdeel c, van het Besluit
van 24 december 1986, houdende vaststelling van een algemene maatregel
van bestuur als bedoeld in artikel 5 van de Wet op de
arbeidsongeschiktheidsverzekering, artikel 5 van de Ziektewet en
artikel 5 van de Werkloosheidswet (Aanwijzing van gevallen waarin een
arbeidsverhouding als dienstbetrekking wordt beschouwd) (Stb. 655)
(hierna: KB 655) bepaalt dat de in dat besluit bedoelde arbeidsrelaties
niet als dienstbetrekking worden beschouwd indien ten behoeve van deze
arbeidsrelaties een beschikking is afgegeven als bedoeld in artikel 4a
van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (een
verklaring arbeidsrelatie waarin de voordelen die betrokkene uit een
arbeidsrelatie of soortgelijke arbeidsrelaties zal gaan genieten worden
aangemerkt als winst uit onderneming (hierna: VAR-wuo), respectievelijk
artikel 6a van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, de
Ziektewet en de Werkloosheidswet (een verklaring arbeidsrelatie waarin
de werkzaamheden die betrokkene in een arbeidsrelatie of soortgelijke
arbeidsrelaties zal gaan verrichten worden aangemerkt als werkzaamheden
voor rekening en risico van diens vennootschap (hierna: VAR-dga). De
persoon aan wie een VAR-wuo of VAR-dga is verstrekt, is voor de
desbetreffende arbeidsrelaties niet op grond van het besluit als
werknemer verzekerd.
Met het bij koninklijke
boodschap van 1 juli 2004 ingediende voorstel van wet tot wijziging van
de werknemersverzekeringswetten, de Coördinatiewet Sociale
Verzekering, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de
loonbelasting 1964 in verband met uitbreiding van de rechtsgevolgen van
de verklaring arbeidsrelatie (Wet uitbreiding rechtsgevolgen VAR)
(Kamerstukken II 2003/04, 29 677) wordt in artikel 6a van de Wet op de
loonbelasting geregeld dat een opdrachtgever aan wie een geldige
VAR-wuo of VAR-dga is getoond en die beschikt over een afschrift
daarvan, geen inhoudingsplichtige in de zin van die wet is, indien hij
tevens de identiteit van de opdrachtnemer heeft vastgesteld en een
afschrift van dit identiteitsbewijs in zijn administratie heeft
opgenomen. In aansluiting daarop wordt in de werknemersverzekeringen
geregeld dat de arbeidsverhouding van een persoon niet als
dienstbetrekking wordt aangemerkt, indien degene met wie hij de
arbeidsverhouding heeft, met betrekking tot die arbeidsverhouding op
grond van artikel 6a van de Wet op de loonbelasting 1964 niet als
inhoudingsplichtige wordt beschouwd. Dat geldt ook voor de
arbeidsverhoudingen die op grond van KB 655 als dienstbetrekking worden
aangemerkt.
Omdat de uitzondering voor deze
arbeidsverhoudingen nu op wetsniveau is geregeld, is artikel 8, eerste
lid, van KB 655 overbodig geworden en kan dit onderdeel
vervallen.
De
Minister van Sociale
Zaken en Werkgelegenheid,
A.
J. de
Geus
XHistnoot
Het advies van
de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a,
vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van
State, omdat het zonder meer instemmend
luidt.