Besluit van 22 november 2005, houdende wijziging van het Arbeidstijdenbesluit in verband met het vooralsnog handhaven van de mogelijkheid permanente nachtarbeid toe te staan

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 13 oktober 2005, Directie Arbeidsverhoudingen nr. AV/IR/2005/70339;

Gelet op artikel 5:12, eerste lid, aanhef en onderdeel f, van de Arbeidstijdenwet;

De Raad van State gehoord (advies van 2 november 2005, nr. W12.05.0475/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 16 november 2005, Directie Arbeidsverhoudingen, nr. AV/IR/2005/85252;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Artikel 8.1:2 van het Arbeidstijdenbesluit komt te luiden:

Artikel 8.1:2

Artikel 8.1:1 vervalt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

^histnoot

’s-Gravenhage, 22 november 2005

Beatrix

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. J. de Geus

Uitgegeven de zesde december 2005

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

NOTA VAN TOELICHTING

In artikel 8.1:1 van het Arbeidstijdenbesluit (ATB) is een overgangsbepaling opgenomen voor situaties waarbij vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de Arbeidstijdenwet (ATW) en het ATB geen beperking bestond ten aanzien van het aantal nachtdiensten gedurende een bepaalde periode. In afwijking van de ATW (artikel 5:8, eerste lid, onderdeel b, en derde lid, onderdeel b) mag een werknemer van 18 jaar of ouder op grond van deze overgangsbepaling ten hoogste 20 maal in 4 aaneengesloten weken in de nacht werken, onder een aantal voorwaarden genoemd in de overgangsbepaling.

Deze overgangspaling vervalt op grond van artikel 8.1:2 van het ATB 10 jaren na het tijdstip van inwerkingtreding van het ATB. Dit tijdstip is 1 januari 2006.

Op dit moment wordt gewerkt aan een vereenvoudiging van de ATW. De Tweede Kamer is hierover laatstelijk geïnformeerd bij brief d.d. 23 mei 2005 (Kamerstukken II 2004/05, 29 376, nr. 5). In dit kader wordt gewerkt aan een aantal nieuwe vereenvoudigde arbeids- en rusttijdennormen. Daartoe behoren ook de normen die betrekking hebben op nachtarbeid. Op dit moment is nog niet duidelijk of de overgangsbepaling betreffende permanente nachtarbeid al of niet in het vereenvoudigde stelsel zal blijven bestaan. Het kabinet wil op deze beslissing niet vooruitlopen door de afschaffing van de overgangsbepaling op grond van artikel 8.1:2 met ingang van 1 januari 2006 te laten plaatsvinden. Om die reden wordt met dit besluit geregeld dat de overgangsbepaling tot een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip van kracht blijft.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. J. de Geus

---

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.