Besluit van 24 augustus 2005, houdende wijziging van het Warenwetbesluit Zuivel
en van het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten, inzake stremsel bij de
kaasbereiding
Wij Beatrix, bij
de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van
Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 22 juni 2005,
VGP/VL 2593646, gedaan in overeenstemming met Onze Ministers van
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Economische Zaken, en van
Justitie;
Gelet op
artikel 4, eerste lid, van de
Warenwet;
De
Raad van State gehoord (advies van 21 juli 2005, nr.
W13.05.0265/III);
Gezien het nader rapport van Onze
Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 18 augustus 2005 met
nummer VGP/VL 2607955, uitgebracht in overeenstemming met Onze
Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Economische
Zaken, en van Justitie;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Het Warenwetbesluit
Zuivel wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 5 komt te luiden:
Artikel 5
Bij de bereiding van kaas, geitenkaas en schapenkaas worden geen
andere stremsels gebruikt
dan:
a. stremsel verkregen door extractie van de lebmaag
van het kalf of runderpepsine;
b. stremsel van microbiële oorsprong dat
afkomstig is van één van de volgende organismen: Bacillus
cereus, Endothia parasitica, of Mucor species; of
c. chymosine dat is verkregen met behulp van een
genetisch gemodificeerd
micro-organisme.
B
In artikel 9, tweede lid, wordt «bijlage
II» vervangen door: de
bijlage.
D
In bijlage
II wordt «Bijlage II» vervangen door:
Bijlage.
ARTIKEL II
Rubriek D-43 van de bijlage van het
Warenwetbesluit bestuurlijke
boeten wordt als volgt gewijzigd:
1. In omschrijving D-43.3.5 wordt «art.
5 lid 1» vervangen door: art. 5.
2. Omschrijving D-43.9.1 met bijbehorende
vermeldingen vervalt.
ARTIKEL III
Dit besluit treedt in
werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het
Staatsblad waarin het wordt
geplaatst.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van
toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
histnoot’s-Gravenhage, 24 augustus 2005
Beatrix
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
J. F. Hoogervorst
Uitgegeven de dertiende september 2005
De Minister van Justitie,
J. P. H. Donner
NOTA VAN TOELICHTING
Artikel 5 van het Warenwetbesluit Zuivel stelt
regels aan stremsel dat mag worden gebruikt bij de bereiding van kaas,
geitenkaas en schapenkaas. Op grond van die bepaling mocht tot de
inwerkingtreding van dit besluit slechts microbieel geproduceerd
chymosine worden gebruikt dat was verkregen met behulp van een bepaald
genetisch gemodificeerd micro-organisme.
Inmiddels zijn evenwel
vastgesteld:
a. verordening (EG) nr. 1829/2003 van het Europees
Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22 september 2003 inzake
genetisch gemodificeerde levensmiddelen en diervoeders (PbEU L
268);
b. verordening (EG) nr. 1830/2003
van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 22
september 2003 (PbEU L 268) betreffende de traceerbaarheid en
etikettering van genetisch gemodificeerde organismen en de
traceerbaarheid van met genetisch gemodificeerde organismen
geproduceerde levensmiddelen en diervoeders en tot wijziging van
richtlijn 2001/18/EG.
Deze
verordeningen verzetten zich niet tegen gebruik van chymosine dat is
verkregen met behulp van andere genetisch gemodificeerde
micro-organismen. Teneinde ook dit gebruik mogelijk te maken diende
artikel 5, eerste lid, van het Warenwetbesluit Zuivel te worden
gewijzigd. Als gevolg hiervan konden artikel 5, tweede en derde lid,
alsmede bijlage I, van dat besluit, vervallen. Dit besluit regelt
dat.
Van de gelegenheid is daarbij gebruik
gemaakt de verwijzing in artikel 5, eerste lid, naar het Engelstalige
«Compendium of Food Additive Specifications volume 2 (FAO,
1992») te laten vervallen. Deze verwijzing kan gemist worden
aangezien kaas, bereid met stremsel van microbiële oorsprong dat
niet voldoet aan de ter zake in dat document gestelde specificaties,
een onveilig levensmiddel is, bedoeld in artikel 14, eerste lid, van
verordening (EG) 178/2002 (PbEG L 31). De verhandeling van onveilige
levensmiddelen is verboden.
Dit besluit heeft
geen gevolgen voor de administratieve lasten voor de burger en het
bedrijfsleven. Het ontwerpbesluit is voorgelegd aan het College
toetsing administratieve lasten (Actal), maar dat college heeft het
besluit niet geselecteerd voor een toets op de gevolgen voor de
administratieve lasten.
Het ontwerpbesluit is
op 15 januari 2005 gemeld aan de Commissie van de Europese
Gemeenschappen, ter voldoening aan artikel 8, eerste lid, van richtlijn
nr. 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998
betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en
technische voorschriften (PbEG L 204). Deze notificatie was
noodzakelijk, aangezien artikel I van het ontwerpbesluit een technisch
voorschrift is in de zin van richtlijn 98/34/EG. Deze notificatie heeft
niet geleid tot een reactie van de Commissie of een lidstaat van de
Europese Unie.
Voor zover het ontwerpbesluit kwantitatieve
invoerbeperkingen of maatregelen van gelijke werking bevat, worden deze
maatregelen gerechtvaardigd ter bescherming van de
volksgezondheid.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
J. F. Hoogervorst
XHistnoot
Het advies van de Raad van
State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid
j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat
het zonder meer instemmend
luidt.