Besluit van 28 juni 2005, houdende de inwerkingtreding van artikel 2, eerste lid, van de Wet van 26 juni 1991, houdende regels inzake de heffing van rechten voor de legalisatie van handtekeningen.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 23 juni 2005, nr. BZ2005-511M, Directoraat-Generaal van de Rijksbegroting, Directie Begrotingszaken;

Gelet op artikel 3 van de Wet van 26 juni 1991, houdende regels inzake de heffing van rechten voor de legalisatie van handtekeningen (Stb. 1991, 351);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig Artikel

Artikel 2, eerste lid, van de Wet van 26 juni 1991, houdende regels inzake de heffing van rechten voor de legalisatie van handtekeningen treedt in werking met ingang van 1 augustus 2005.

Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 28 juni 2005

Beatrix

De Minister van Financiën,

G. Zalm

Uitgegeven de zesentwintigste juli 2005

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven