Besluit van 1 juli 2005 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 28 april 2005 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand en het Wetboek van Strafvordering houdende regeling van de vergoeding aan de verdachte ingeval van toepassing van artikel 591a van het Wetboek van Strafvordering (Stb. 234)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 23 juni 2005, directie Wetgeving, nr. 5358772/05/6;

Gelet op artikel III van de Wet van 28 april 2005 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand en het Wetboek van Strafvordering houdende regeling van de vergoeding aan de verdachte ingeval van toepassing van artikel 591a van het Wetboek van Strafvordering (Stb. 234):

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig Artikel

De Wet van 28 april 2005 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand en het Wetboek van Strafvordering houdende regeling van de vergoeding aan de verdachte ingeval van toepassing van artikel 591a van het Wetboek van Strafvordering treedt in werking met ingang van 1 augustus 2005.

Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

’s-Gravenhage, 1 juli 2005

Beatrix

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Uitgegeven de twaalfde juli 2005

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven