Wet van 12 mei 2005 tot wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 in verband met verlaging van de wettelijke alcohollimiet voor beginnende bestuurders

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het gezien de grote ongevalsbetrokkenheid van beginnende bestuurders wenselijk is voor deze groep van bestuurders een lagere alcohollimiet in te voeren;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wegenverkeerswet 1994 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder vernummering van het derde lid tot vijfde lid, worden twee leden ingevoegd, luidende:

  • 3. In afwijking van het tweede lid is het de bestuurder van een motorrijtuig voor het besturen waarvan een rijbewijs is vereist, indien sedert de datum waarop aan hem voor de eerste maal een rijbewijs is afgegeven nog geen vijf jaren zijn verstreken en de eerste afgifte van het rijbewijs op of na 30 maart 2002 heeft plaatsgevonden, verboden dat motorrijtuig te besturen of als bestuurder te doen besturen na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat:

    a. het alcoholgehalte van zijn adem bij een onderzoek hoger blijkt te zijn dan 88 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht, dan wel

    b. het alcoholgehalte van zijn bloed bij een onderzoek hoger blijkt te zijn dan 0,2 milligram per milliliter bloed.

  • 4. In afwijking van het tweede lid is het de bestuurder van een bromfiets die nog niet de leeftijd van 24 jaren heeft bereikt, verboden een bromfiets te besturen na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat:

    a. het alcoholgehalte van zijn adem bij een onderzoek hoger blijkt te zijn dan 88 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht, dan wel

    b. het alcoholgehalte van zijn bloed bij een onderzoek hoger blijkt te zijn dan 0,2 milligram per milliliter bloed.

2. In het vijfde lid wordt «het eerste of het tweede lid» vervangen door: het eerste, tweede, derde of vierde lid.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 6. Voor de toepassing van het derde lid wordt onder een rijbewijs mede verstaan een rijbewijs, afgegeven door het daartoe bevoegde gezag buiten Nederland.

B

Artikel 163 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «artikel 8, tweede lid, onderdeel a» vervangen door: artikel 8, tweede lid, onderdeel a, artikel 8, derde lid, onderdeel a, of artikel 8, vierde lid, onderdeel a.

2. In het vierde en het achtste lid wordt «artikel 8, tweede lid, onderdeel b» telkens vervangen door: artikel 8, tweede lid, onderdeel b, artikel 8, derde lid, onderdeel b, of artikel 8, vierde lid, onderdeel b.

C

Artikel 164 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a vervalt: onderdeel a,

b. Onder verlettering van de onderdelen b en c tot c en d wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

b. artikel 8, indien bij een onderzoek als bedoeld in het derde lid van die bepaling blijkt of, bij het ontbreken van een dergelijk onderzoek, een ernstig vermoeden bestaat dat het alcoholgehalte van de adem van de bestuurder hoger is dan 350 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht, onderscheidenlijk het alcoholgehalte van het bloed van de bestuurder hoger blijkt te zijn dan 0,8 milligram alcohol per milliliter bloed;

2. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. De ingevorderde bewijzen worden tegelijk met het proces-verbaal onverwijld opgezonden aan de officier van justitie. De officier van justitie is bevoegd de ingevorderde bewijzen onder zich te houden totdat de rechterlijke uitspraak in kracht van gewijsde is gegaan of, indien bij de uitspraak de bestuurder de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuig onvoorwaardelijk is ontzegd, tot het tijdstip waarop de ontzegging is verstreken, indien:

    a. bij het in het tweede lid, onderdeel a, bedoelde onderzoek is gebleken of, bij ontbreken van een dergelijk onderzoek, een ernstig vermoeden bestaat dat het alcoholgehalte van de adem van de bestuurder hoger was dan 785 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht, onderscheidenlijk het alcoholgehalte van het bloed van de bestuurder hoger blijkt te zijn dan 1,8 milligram alcohol per milliliter bloed;

    b. bij het tweede lid, onderdeel b, bedoelde onderzoek is gebleken of, bij ontbreken van een dergelijk onderzoek, een ernstig vermoeden bestaat dat het alcoholgehalte van de adem van de bestuurder hoger was dan 570 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht, onderscheidenlijk het alcoholgehalte van het bloed van de bestuurder hoger blijkt te zijn dan 1,3 milligram alcohol per milliliter bloed;

    c. de maximumsnelheid met 70 kilometer of meer is overschreden, dan wel

    d. op grond van andere feiten of omstandigheden ernstig rekening moet worden gehouden met de mogelijkheid dat de bestuurder opnieuw een feit als bedoeld in het tweede of derde lid zal begaan.

D

In artikel 175, tweede lid, wordt «artikel 8, eerste of tweede lid,» vervangen door: artikel 8, eerste, tweede, derde of vierde lid,.

ARTIKEL II

Indien het bij koninklijke boodschap van 22 juli 2002 ingediende voorstel van wet tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en de Wegenverkeerswet 1994, in verband met de herijking van een aantal wettelijke strafmaxima (28 484) tot wet is verheven en in werking is getreden op het tijdstip waarop deze wet in werking treedt, komt artikel I, onderdeel D, van deze wet te luiden:

D

In artikel 175, derde lid, wordt «artikel 8, eerste of tweede lid,» vervangen door: artikel 8, eerste, tweede, derde of vierde lid,.

ARTIKEL III

Indien het bij koninklijke boodschap van 22 juli 2002 ingediende voorstel van wet tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht en de Wegenverkeerswet 1994, in verband met de herijking van een aantal wettelijke strafmaxima (28 484) tot wet wordt verheven en in werking treedt na het tijdstip waarop deze wet in werking is getreden, wordt in artikel II, onderdeel A, van die wet in artikel 175, derde lid, «artikel 8, eerste of tweede lid,» vervangen door: artikel 8, eerste, tweede, derde of vierde lid,.

ARTIKEL IV

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te

’s-Gravenhage, 12 mei 2005

Beatrix

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K. M. H. Peijs

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Uitgegeven de negende juni 2005

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner


XHistnoot

Kamerstuk 29 844

Naar boven