Besluit van 15 april 2005, houdende vaststelling van het tijdstip van
inwerkingtreding van de wet van 3 februari 2005 tot wijziging
van de artikelen 7:629 en 7:670 van het Burgerlijk Wetboek, artikel 214
van de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek en van een aantal
artikelen in enkele sociale zekerheidswetten (Stb. 65)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der
Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van
Justitie van 11 april 2005, Directie Wetgeving, nr.
5345780/05/6;
Gelet
op artikel X van de wet van
3 februari 2005 tot wijziging van de artikelen 7:629 en 7:670
van het Burgerlijk Wetboek, artikel 214 van de Overgangswet nieuw
Burgerlijk Wetboek en van een aantal artikelen in enkele sociale
zekerheidswetten (Stb.
65);
Hebben
goedgevonden en verstaan:
Enig Artikel
De wet van 3 februari 2005 tot wijziging van
de artikelen 7:629 en 7:670 van het Burgerlijk Wetboek, artikel 214 van
de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek en van een aantal artikelen in
enkele sociale zekerheidswetten (Stb. 65) treedt in werking op
1 september 2005, met dien verstande dat artikel I, onderdeel B,
en artikel IX, voorzover de wijziging in dit artikel betrekking heeft
op artikel 7:670 van het Burgerlijk Wetboek, in werking treden met
ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin
dit besluit wordt
geplaatst.
Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit
besluit dat in het Staatsblad zal worden
geplaatst.
’s-Gravenhage, 15
april
2005
Beatrix
De
Minister van
Justitie,
J.
P. H. Donner
Uitgegeven de zesentwintigste april 2005
De Minister van
Justitie,
J.
P.
H. Donner
NOTA VAN TOELICHTING
In het besluit wordt geregeld dat de bepalingen van
de wet van 3 februari 2005 tot wijziging van de artikelen 7:629
en 7:670 van het Burgerlijk Wetboek, artikel 214 van de Overgangswet
nieuw Burgerlijk Wetboek en van een aantal artikelen in enkele sociale
zekerheidswetten op verschillende tijdstippen in werking treden.
De reden voor deze gesplitste inwerkingtreding is gelegen in het
feit dat de wijziging van artikel 7:670 BW een aanpassing aan Europese
jurisprudentie betreft en een zo spoedige mogelijke inwerkingtreding
van deze aanpassing de voorkeur verdient. De overige artikelen hebben
geen directe relatie met deze jurisprudentie.
De wijziging van
artikel 214 van de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek treedt, voor
zover deze betrekking heeft op artikel 7:670 BW, gelijk met de
wijziging van dit artikel in werking.
Gelet op het feit dat
het gecompliceerd blijkt de wijzigingen van de sociale
zekerheidsartikelen op zeer korte termijn door te voeren, is besloten
deze wijzigingen op 1 september 2005 in werking te laten treden.
Zo wordt bereikt dat het UWV voldoende tijd krijgt om een aantal
benodigde systeemwijzigingen door te voeren. Gelet op de samenhang
tussen deze sociale zekerheidswetten en artikel 7:629 BW geldt voor de
inwerkingtreding van dit artikel en voor de op dit artikel betrekking
hebbende wijziging van artikel 214 van de Overgangswet nieuw Burgerlijk
Wetboek eveneens de datum van 1 september 2005.
De Minister van
Justitie,
J.
P.
H. Donner