Besluit van 4 februari 2004 tot wijziging van het Besluit bestuursorganen WNo en Wob

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken van 29 augustus 2003, nr. 03M458470, gedaan mede namens Onze Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties;

Gelet op artikel 1a, eerste lid, onderdeel e, van de Wet Nationale ombudsman onderscheidenlijk artikel 1a, eerste lid, onderdeel d, van de Wet openbaarheid van bestuur;

De Raad van State gehoord (advies van 3 november 2003, nr. W01.03.0389/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, van 29 januari 2004, nr. 04M462953, uitgebracht mede namens Onze Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

De onderdelen b, c en d van artikel 1 van het Besluit bestuursorganen WNo en Wob1 komen te luiden:

b. De Nederlandsche Bank N.V., voor zover belast met de werkzaamheden die voortvloeien uit dan wel verband houden met haar taken op grond van de artikelen 2, eerste, tweede en derde lid, en 3 van de Bankwet 1998, en haar taken en bevoegdheden ingevolge artikel 4, eerste lid, van de Bankwet 1998;

c. de Pensioen- & Verzekeringskamer, voor zover belast met werkzaamheden die voortvloeien uit dan wel verband houden met haar taken en bevoegdheden ingevolge de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf, de Pensioen- en Spaarfondsenwet, de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000, de Wet betreffende verplichte deelneming in een beroepspensioenregeling en de Wet tot invoering van een leeftijdsgrens voor het notarisambt en oprichting van een notarieel pensioenfonds;

d. de Stichting Autoriteit Financiële Markten, voor zover belast met werkzaamheden die voortvloeien uit dan wel verband houden met haar taken en bevoegdheden ingevolge de Wet toezicht beleggingsinstellingen, de Wet toezicht effectenverkeer 1995, de Wet toezicht kredietwezen 1992, de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf en de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 september 2002.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 4 februari 2004

Beatrix

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

J. P. Balkenende

De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,

Th. C. de Graaf

Uitgegeven de vierentwintigste februari 2004

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

NOTA VAN TOELICHTING

In de Kabinetsnota Hervorming van het toezicht op de financiële marktsector van 26 november 2001 (Kamerstukken II 2001/02, 28 122, nr. 2) is aangekondigd dat het Nederlandse toezicht op financiële instellingen functioneel wordt geordend langs twee hoofdlijnen. Ten eerste leggen De Nederlandsche Bank N.V. en de Pensioen- & Verzekeringskamer zich toe op het toezicht op kredietinstellingen, beleggingsinstellingen en effecteninstellingen onderscheidenlijk op verzekeraars. Dit toezicht wordt prudentieel genoemd. Ten tweede is aangekondigd dat de Stichting Toezicht Effectenverkeer, waarvan de naam inmiddels gewijzigd is in de Stichting Autoriteit Financiële Markten, zich zal ontwikkelen tot een nieuwe gedragstoezichthouder voor alle financiële ondernemingen. De splitsing van de bevoegdheden op het gebied van het prudentieel toezicht en het gedragstoezicht heeft plaats gehad door overdracht van enkele kernonderwerpen van gedragstoezicht van De Nederlandsche Bank N.V. aan de Stichting Autoriteit Financiële Markten en van de taken en bevoegdheden van de Stichting Autoriteit Financiële Markten op prudentieel terrein aan De Nederlandsche Bank N.V. en de Pensioen- & Verzekeringskamer. Deze overdrachten van taken en bevoegdheden hebben vorm gekregen in het Overdrachtsbesluit toezicht op informatieverstrekking Wck, Wtk Wtn en Wtv (Stb 2002, 451), respectievelijk in wijzigingen van het Overdrachtsbesluit Wet toezicht beleggingsinstellingen en van het Overdrachtsbesluit Wet toezicht effectenverkeer 1995 (Stb 2002, 452) volgens de in de Kabinetsnota Hervorming van het toezicht op de financiële marktsector aangegeven afbakening tussen prudentieel en gedragstoezicht (blz. 28 e.v.).

De onderhavige wijziging van het Besluit bestuursorganen WNo en Wob past het besluit aan deze herverdeling van de taken en de bevoegdheden van de drie financiële toezichthouders aan. In artikel 2 is voorzien in terugwerkende kracht tot en met het moment waarop de genoemde herverdeling van taken en bevoegdheden heeft plaatsgevonden, te weten 1 september 2002.

Tevens is van de gelegenheid gebruik gemaakt om de naam van de Verzekeringskamer te veranderen, die sinds enige tijd luidt Pensioen- & Verzekeringskamer. Voorts kon de uitzondering van De Nederlandsche Bank N.V. in onderdeel b korter worden beschreven dan voorheen, nu de overgangsfase naar de Economische en Monetaire Unie, die in de vorige beschrijving was opgenomen, inmiddels ten einde is.

In het besluit wordt de Pensioen- & Verzekeringskamer genoemd zonder de aanduiding als rechtspersoon, omdat artikel 2 van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 de Pensioen- & Verzekeringskamer zonder aanduiding van de rechtspersoonlijkheid als bestuursorgaan in het leven roept. De Stichting Pensioen- & Verzekeringskamer is vervolgens belast met de taken van dat bestuursorgaan. Daarmee is de Pensioen- & Verzekeringskamer het bestuursorgaan dat in het Besluit bestuursorganen WNo en Wob genoemd moet worden. Dit is anders in het geval van De Nederlandsche Bank N.V. en de Stichting Autoriteit Financiële Markten. De Nederlandsche Bank N.V. is als zodanig, dus met de aanduiding als rechtspersoon, uit hoofde van de Bankwet 1998 met wettelijke taken belast. De Stichting Autoriteit Financiële Markten oefent haar taken uit op basis van overdracht krachtens een Koninklijk Besluit, waarin zij als rechtspersoon is aangeduid. Daarom moeten zowel De Nederlandsche Bank N.V. als de Stichting Autoriteit Financiële Markten ook met die aanduiding als bestuursorganen in het Besluit bestuursorganen WNo en Wob genoemd worden.

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

J. P. Balkenende

De Minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties,

Th. C. de Graaf


XNoot
1

Stb. 1998, 580, gewijzigd bij besluit van 21 december 2000, Stb. 632.

XHistnoot

Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging bij het Ministerie van Algemene Zaken.

Tevens zal het advies met de daarbij ter inzage gelegde stukken worden opgenomen in het bijvoegsel bij de Staatscourant van 9 maart 2004, nr. 47.

Naar boven