Wet van 10 november 2004 tot wijziging van de Wet verzelfstandiging Informatiseringsbank in verband met de evaluatie van die wet

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet verzelfstandiging Informatiseringsbank te wijzigen in verband met de evaluatie van die wet;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet verzelfstandiging Informatiseringsbank wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3, eerste lid, worden de onderdelen a en b vervangen door:

a. de Algemene wet erkenning EG-beroepsopleidingen, de Algemene wet erkenning EG-hoger-onderwijsdiploma's, de Les- en cursusgeldwet, de Wet educatie en beroepsonderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op de studiefinanciering, de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek, de Wet op het primair onderwijs, de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet studiefinanciering 2000, de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten, alsmede de Wet tegemoetkoming studiekosten;

b. de op de onder a genoemde wetten gebaseerde algemene maatregelen van bestuur en ministeriële regelingen.

B

Onder vernummering van artikel 3a tot artikel 3b wordt na artikel 3 ingevoegd een nieuw artikel 3a, luidende:

Artikel 3a. Oprichten van of deelnemen in andere rechtspersonen

Voor het oprichten van of deelnemen in andere rechtspersonen door de Informatie Beheer Groep is voorafgaande toestemming van Onze Minister en van Onze Minister van Financiën vereist. Onze Minister past daarbij artikel 34 van de Comptabiliteitswet 2001 overeenkomstig toe.

C

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid vervalt: en daad.

2. Aan het derde lid, tweede volzin, wordt toegevoegd: , en voor een goede kwaliteit van de dienstverlening van de Informatie Beheer Groep.

D

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid wordt vervangen door:

  • 2. De leden worden door Onze Minister benoemd, de Raad gehoord. Een van de leden heeft affiniteit met de studentenwereld. Wat dit lid betreft, worden tevens de daarvoor in aanmerking komende belangenorganisaties van studenten gehoord.

2. Het derde lid vervalt.

3. Het vierde tot en met tiende lid worden vernummerd tot derde tot en met negende lid.

4. Het vijfde lid (nieuw) wordt vervangen door:

  • 5. Bij tussentijdse beëindiging van het lidmaatschap wordt het lid dat ter vervulling van de opengevallen plaats wordt benoemd, benoemd voor de duur van vier jaren. Dit lid is na afloop van die periode terstond éénmaal herbenoembaar.

5. In het negende lid wordt «het zevende lid» vervangen door: het zesde lid.

E

Na artikel 7 wordt een nieuw artikel 7a ingevoegd, luidende:

Artikel 7a. Nevenfuncties

  • 1. Een lid van de hoofddirectie vervult geen nevenfuncties die ongewenst zijn met het oog op een goede vervulling van zijn functie of de handhaving van zijn onafhankelijkheid of van het vertrouwen daarin.

  • 2. Een lid van de hoofddirectie meldt het voornemen tot het aanvaarden van een nevenfunctie anders dan uit hoofde van zijn functie aan de Raad.

  • 3. Nevenfuncties van een lid van de hoofddirectie anders dan uit hoofde van zijn functie worden openbaar gemaakt. Openbaarmaking geschiedt door het ter inzage leggen van een opgave van deze nevenfuncties bij de Informatie Beheer Groep.

F

Artikel 8, vierde lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel d wordt vervangen door:

d. het jaarverslag, bedoeld in artikel 19;.

2. Onderdeel f wordt vervangen door:

f. het meerjarenbedrijfsplan;.

G

Artikel 10 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «Onderwijs en Wetenschappen» vervangen door: Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

2. Het tweede lid wordt vervangen door:

  • 2. Onze Minister stelt jaarlijks voor 1 september, na overleg met de Informatie Beheer Groep en onder voorbehoud van goedkeuring van de in het eerste lid bedoelde begroting, een voorlopig bedrag vast dat voor het daaropvolgende kalenderjaar aan de Informatie Beheer Groep ter beschikking zal worden gesteld. Hij neemt dit bedrag op in het voorstel van wet tot vaststelling van die begroting.

3. Onder vernummering van het derde tot en met vijfde lid tot vierde tot en met zesde lid, wordt een nieuw derde lid ingevoegd, luidende:

  • 3. Onze Minister stelt jaarlijks uiterlijk op 31 december in overeenstemming met de Informatie Beheer Groep de in het daaropvolgende kalenderjaar te realiseren prestatie- en kwaliteitsdoelen vast. Voorts stelt hij onder voorbehoud van goedkeuring van de in het eerste lid bedoelde begroting het definitieve bedrag vast dat voor het daaropvolgende kalenderjaar aan de Informatie Beheer Groep ter beschikking zal worden gesteld.

4. In het vijfde lid wordt «de begroting, bedoeld in het eerste en tweede lid» vervangen door: de begroting, bedoeld in het eerste lid.

5. Het zesde lid wordt vervangen door:

  • 6. De Informatie Beheer Groep trekt geen gelden aan die dagelijks of op termijn opvorderbaar zijn. In afwijking van de vorige volzin is het de Informatie Beheer Groep toegestaan dergelijke gelden bij het Rijk op te nemen onder de voorwaarden van de Comptabiliteitswet 2001.

H

In artikel 11, tweede lid, onderdeel b, wordt «meerjarenbeleidsplan» vervangen door: de financiële paragraaf uit het meerjarenbedrijfsplan.

I

Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt vervangen door:

  • 1. De Raad stelt jaarlijks een jaarrekening vast en dient deze voor 1 mei in bij Onze Minister. De jaarrekening behoeft de instemming van Onze Minister. Instemming kan slechts worden onthouden wegens strijd met het recht. In de jaarrekening wordt rekening en verantwoording afgelegd over het financieel beheer over het afgelopen boekjaar ten aanzien van het apparaatsbudget.

2. In het tweede lid wordt voor de eerste volzin ingevoegd: De hoofddirectie stelt de jaarrekening op.

J

In artikel 13, eerste en tweede lid, wordt «genoemde regelingen» telkens vervangen door: bedoelde regelingen.

K

In artikel 14, eerste lid, wordt «1 april» vervangen door «1 maart» en wordt «genoemde regelingen» vervangen door: bedoelde regelingen.

L

In artikel 19 wordt de eerste volzin vervangen door:

De Informatie Beheer Groep stelt jaarlijks voor 1 mei een verslag op over het afgelopen kalenderjaar van:

a. haar werkzaamheden,

b. het gevoerde beheer en beleid, en

c. de kwaliteit van haar dienstverlening jegens opdrachtgever en burger.

M

In artikel 30a, eerste en tweede lid, wordt «artikel 3, eerste lid, onderdeel a» telkens vervangen door: artikel 3, eerste lid, onderdelen a en b.

ARTIKEL II

Deze wet treedt in werking met ingang van de eerste dag van de derde kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst, met dien verstande dat:

1°. indien zij in werking treedt na 31 december en voor 1 mei van het daaropvolgende jaar, artikel I, onderdeel I, voor het eerst toepassing vindt in het kalenderjaar dat volgt op het jaar waarin deze wet in werking treedt;

2°. in artikel I, onderdeel A, de vermelding van de Wet educatie en beroepsonderwijs, de Wet op de expertisecentra, onderscheidenlijk de Wet op het primair onderwijs worden ingevoegd op het tijdstip waarop de Wet van 6 december 2001 tot wijziging van enkele onderwijswetten in verband met de invoering van persoonsgebonden nummers in het onderwijs (Stb. 2001, 681) voor die onderscheiden wetten in werking treedt;

3°. artikel I, onderdeel G, onderdeel 5, in werking treedt op het tijdstip waarop de wet van 4 september 2003 tot wijziging van de Comptabiliteitswet houdende bepalingen inzake het beheer van liquide middelen van rechtspersonen die collectieve middelen beheren, inzake de financiering van die rechtspersonen en inzake de beheersing van het EMU-saldo voor zover dit saldo door het financieel beheer van deze rechtspersonen wordt beïnvloed (Eerste wijziging van de Comptabiliteitswet 2001) (Stb. 2003, 372) in werking treedt;

4°. artikel I, onderdeel D, onderdeel 4, terugwerkt tot en met 23 januari 2004.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

's-Gravenhage, 10 november 2004

Beatrix

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M. J. A. van der Hoeven

Uitgegeven de drieëntwintigste november 2004

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven