Wet van 4 november 2004 tot verlenging van de Tijdelijke instellingswet Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om de Tijdelijke instellingswet Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming te verlengen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

In artikel 29 van de Tijdelijke instellingswet Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming wordt «vier» vervangen door: vijf.

ARTIKEL II

Onder toepassing van artikel 16 van de Tijdelijke referendumwet treedt deze wet in werking met ingang van 1 april 2005.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

's-Gravenhage, 4 november 2004

Beatrix

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Uitgegeven de zestiende november 2004

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven