Besluit van 25 oktober 2004, houdende wijziging van het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen inzake de vermelding van ingrediënten, van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen, en van het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 12 juli 2004, nr. VGB/VL 2497249, gedaan in overeenstemming met Onze Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Economische Zaken, en van Justitie;

Gelet op richtlijn nr. 2003/89/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 10 november 2003 (PbEU L 308) tot wijziging van richtlijn 2000/13/EG met betrekking tot de vermelding van de ingrediënten van levensmiddelen, alsmede op artikel 4, eerste lid, artikel 6, onder c, artikel 8, eerste lid, onder c, artikel 13, onder a, en artikel 32b, van de Warenwet;

De Raad van State gehoord (advies van 7 oktober 2004, nr. W13.04.0358/III);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 19 oktober 2004 met nr. VGP/VL2524281, uitgebracht in overeenstemming met Onze Ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, van Economische Zaken, en van Justitie;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 wordt onder vernummering van het negende lid tot tiende lid een lid ingevoegd, luidende:

  • 9. Als ingrediënten worden niet aangemerkt stoffen die geen levensmiddelenadditief zijn, maar die op dezelfde wijze en voor hetzelfde doel worden gebruikt als technologische hulpstof en in al dan niet gewijzigde vorm nog aanwezig zijn in het eindproduct.

B

In artikel 4, zesde lid, wordt «de in het derde lid bedoelde aanduiding» vervangen door: de in het vijfde lid bedoelde aanduiding.

C

Aan artikel 5, eerste lid, wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel k door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

l. voor zover het alcoholhoudende dranken betreft, bedoeld in artikel 9, onder e, een vermelding van de ingrediënten of andere stoffen die bij de mens allergieën of intoleranties kunnen veroorzaken.

D

Artikel 7 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid, onder b, komt te luiden:

b. worden ingrediënten, behorende tot een van de in bijlage II vermelde categorieën levensmiddelenadditieven, vermeld met de in die bijlage aangegeven naam van de betrokken categorie, gevolgd door, voor zover geen sprake is van gemodificeerd zetmeel:

1°. de voor het ingrediënt gebruikelijke naam; of

2°. het voor dat ingrediënt vastgestelde EG-nummer;.

2. Het vierde lid komt te luiden:

  • 4. In afwijking van het eerste lid mag een grondstof, van een eet- of drinkwaar, die:

    1°. bestaat uit meerdere bestanddelen; en

    2°. een benaming heeft die wettelijk erkend of algemeen erkend is;

    naar zijn totale gewichtspercentage in de lijst van ingrediënten worden vermeld, mits direct achter de benaming van die grondstof de bestanddelen van die grondstof worden vermeld.

    De bestanddelen van die grondstof hoeven echter niet vermeld te worden indien:

    a. de samenstelling van die grondstof bij of krachtens wettelijk voorschrift is voorgeschreven en die grondstof minder dan 2% van de eet- of drinkwaar uitmaakt;

    b. de bestanddelen van die grondstof bestaan uit mengsels van kruiden of specerijen en die bestanddelen minder dan 2% van de eet- of drinkwaar uitmaken; of

    c. de grondstof een eet- of drinkwaar is waarvoor geen lijst van ingrediënten hoeft te worden gebezigd.

    Artikel 1, achtste lid, is van overeenkomstige toepassing.

3. In het vijfde lid wordt «In afwijking van het vierde lid, aanhef en onder b» vervangen door: In afwijking van het eerste lid.

4. Het zevende lid vervalt.

E

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. In afwijking van artikel 6, eerste lid, mag een mengsel van vruchten, groenten of paddestoelen:

    a. die waarschijnlijk in wisselende verhouding als ingrediënten in een eet- of drinkwaar worden gebruikt; en

    b. waarvan geen enkele aanmerkelijk in gewicht overheerst;

    in de lijst van ingrediënten worden opgenomen onder de benaming vruchten, groenten of paddestoelen, gevolgd door de woorden «in wisselende verhouding», onmiddellijk gevolgd door de opsomming van de aanwezige vruchten, groenten of paddestoelen. In dat geval geldt als gewicht, bedoeld in artikel 6, eerste lid, het gewicht van het geheel van de in het mengsel aanwezige vruchten, groenten of paddestoelen.

2. Er worden twee leden toegevoegd, luidende:

  • 3. In afwijking van artikel 6, eerste lid, mogen ingrediënten die minder dan 2% van het eindproduct uitmaken, in een andere volgorde worden opgesomd, na de andere ingrediënten.

  • 4. In afwijking van artikel 6, eerste lid, mogen soortgelijke of onderling verwisselbare ingrediënten die:

    a. voor de bereiding van een eet- of drinkwaar kunnen worden gebruikt zonder de samenstelling of smaak van die waar te wijzigen;

    b. minder dan 2% van het eindproduct uitmaken;

    c. geen levensmiddelenadditief zijn; en

    d. niet worden genoemd in bijlage III;

    in de lijst van ingrediënten worden opgenomen met de vermelding «bevat … en/of …» in het geval waarin ten minste één van ten hoogste twee ingrediënten in het eindproduct aanwezig is.

F

Na artikel 9 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 9a

  • 1. In afwijking van artikel 7, tweede en vierde lid, en artikel 9, worden de ingrediënten en stoffen die:

    a. gebruikt worden bij de bereiding van een eet- of drinkwaar;

    b. in al dan niet gewijzigde vorm nog aanwezig zijn in het eindproduct; en

    c. genoemd zijn in bijlage III of afkomstig zijn van een in die bijlage genoemd ingrediënt;

    in de lijst van ingrediënten vermeld, met een duidelijke verwijzing naar de benaming van het desbetreffende ingrediënt.

  • 2. De in het eerste lid bedoelde vermelding is niet vereist ten aanzien van een ingrediënt of stof waarnaar duidelijk wordt verwezen in de verkoopbenaming van de desbetreffende eet- of drinkwaar.

  • 3. In afwijking van artikel 1, zesde tot en met negende lid, worden alle stoffen die:

    a. gebruikt worden bij de bereiding van een eet- of drinkwaar;

    b. in al dan niet gewijzigde vorm nog aanwezig zijn in het eindproduct; en

    c. afkomstig zijn van een in bijlage III genoemd ingrediënt;

    voor de toepassing van dit artikel aangemerkt als ingrediënt.

G

In § 3.5 wordt na artikel 22a een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 22b

  • 1. De vermelding, bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder l, bestaat uit het woord «bevat», gevolgd door de namen van de in de drank aanwezige:

    a. in bijlage III genoemde ingrediënten en stoffen; en

    b. overige ingrediënten.

  • 2. De in artikel 5, eerste lid, onder l, bedoelde vermelding is niet vereist ten aanzien van een ingrediënt dat reeds onder eigen naam voorkomt in:

    a. een lijst van ingrediënten; of

    b. de verkoopbenaming van de desbetreffende drank.

H

Artikel 33 vervalt.

I

In bijlage I vervallen de vermeldingen geconfijte vruchten en groenten en de bijbehorende definities.

J

Na bijlage II wordt een bijlage ingevoegd, luidende:

Bijlage III

Deze bijlage behoort bij artikel 8, vierde lid, onder d, artikel 9a, eerste lid, onder c, en derde lid, onder c, en artikel 22b, eerste lid, onder a.

De ingrediënten en stoffen, bedoeld in artikel 9a, eerste lid, onder c, en derde lid, onder c, en artikel 22b, eerste lid, onder a, zijn de navolgende:

a. glutenbevattende granen (dat wil zeggen tarwe, rogge, gerst, haver, spelt en kamut of de hybride soorten daarvan) en producten op basis van glutenbevattende granen;

b. schaaldieren en producten op basis van schaaldieren;

c. eieren en producten op basis van eieren;

d. vis en producten op basis van vis;

e. aardnoten en producten op basis van aardnoten;

f. soja en producten op basis van soja;

g. melk en producten op basis van melk, inclusief lactose;

h. schaalvruchten, dat willen zeggen amandelen (Amygdalus communis L.), hazelnoten (Corylus avellana), walnoten (Juglans regia), cashewnoten (Anacardium occidentale), pecannoten (Carya illinoiesis (Wangenh.) K. Koch), paranoten (Bertholletia excelsa), pistachenoten (Pistacia vera), macadamianoten (Macadamia ternifolia) en producten op basis van schaalvruchten;

i. selderij en producten op basis van selderij;

j. mosterd en producten op basis van mosterd;

k. sesamzaad en producten op basis van sesamzaad;

l. zwaveldioxide en sulfieten in concentraties van meer dan 10 mg/kg of 10 mg/l uitgedrukt als SO2.

ARTIKEL II

Aan artikel 2 van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 11. Het is verboden eet- of drinkwaren te verhandelen na de uiterste consumptiedatum, bedoeld in artikel 5, eerste lid, onder d, van het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen.

ARTIKEL III

De bijlage van het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten wordt als volgt gewijzigd:

A

Rubriek D-5 Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen wordt als volgt gewijzigd:

1. Na D-5.4.4 met bijbehorende vermeldingen wordt ingevoegd:

D-5.4a.1

art. 2 j°. art. 9a lid 1

€ 450,–

€ 900,–

2. Na D-5.12.1 met bijbehorende vermeldingen wordt ingevoegd:

D-5.12a.1

art. 2 j°. art. 19

€ 450,–

€ 900,–

D-5.12a.2

art. 2 j°. art. 20

€ 450,–

€ 900,–

D-5.12a.3

art. 2 j°. art. 21 lid 1

€ 450,–

€ 900,–

D-5.12a.4

art. 2 j°. art. 21a lid 1

€ 450,–

€ 900,–

D-5.12a.5

art. 2 j°. art. 21a lid 2

€ 450,–

€ 900,–

D-5.12a.6

art. 2 j°. art. 22a

€ 450,–

€ 900,–

D-5.12a.7

art. 2 j°. art. 22b lid 1

€ 450,–

€ 900,–.

B

In rubriek D-63 Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen wordt na D-63.4.1c met bijbehorende vermeldingen ingevoegd:

D-63.4a.1

art. 2 lid 11

€ 450,–

€ 900,–.

ARTIKEL IV

Eet- en drinkwaren die:

a. voldoen aan het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen zoals dat onmiddellijk vóór 25 november 2004 luidde; en

b. vóór 25 november 2005 op de markt zijn gebracht of geëtiketteerd;

mogen worden verkocht totdat de voorraden zijn uitverkocht.

ARTIKEL V

  • 1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

  • 2. In afwijking van het eerste lid:

    a. treedt artikel I in werking met ingang van 25 november 2004;

    b. treedt artikel III met ingang van acht weken na de in het eerste lid bedoelde datum in werking.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 25 oktober 2004

Beatrix

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst

Uitgegeven de elfde november 2004

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

Op 6 mei 2000 is gepubliceerd richtlijn nr. 2000/13/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 20 maart 2000 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgeving der lidstaten inzake de etikettering en presentatie van levensmiddelen, alsmede inzake de daarvoor gemaakte reclame, verder te noemen: richtlijn 2000/13/EG. Richtlijn 2000/13/EG is geïmplementeerd bij het Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen, verder te noemen: WEL. Het WEL bevat dus de algemene regels voor de etikettering van alle eet- en drinkwaren.

Op 25 november 2003 is gepubliceerd richtlijn nr. 2003/89/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 10 november 2003 (PbEU L 308) tot wijziging van richtlijn 2000/13/EG met betrekking tot de vermelding van de ingrediënten van levensmiddelen, verder te noemen: richtlijn 2003/89/EG.

Richtlijn 2003/89/EG dient derhalve geïmplementeerd te worden door een wijziging van het WEL. Dit besluit strekt daartoe. Van de gelegenheid is voorts gebruik gemaakt een onduidelijkheid in het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen weg te nemen. Bij de toelichting op artikel II wordt hier nader op ingegaan.

Richtlijn 2003/89/EG

De Europese Unie (verder: EU) streeft een hoog niveau van bescherming van de volksgezondheid na. Voorts wenst de EU het recht van consumenten op informatie over levensmiddelen te waarborgen. In verband hiermee dienen onder meer alle ingrediënten van een levensmiddel te worden vermeld op het etiket.

Tot de inwerkingtreding van richtlijn 2003/89/EG hoefden bepaalde ingrediënten volgens artikel 6 van richtlijn 2000/13/EG echter niet in de voorgeschreven lijst van ingrediënten vermeld te worden. Dit gold ook voor enkele additieven, technologische hulpstoffen en andere stoffen die bij de mens allergieën of intoleranties (overgevoeligheid) kunnen veroorzaken. Sommige van deze allergieën en intoleranties kunnen een gevaar voor de volksgezondheid opleveren. De meest voorkomende voedselallergenen zijn koemelk, vruchten, peulvruchten (met name aardnoten en soja), eieren, schaaldieren, noten, vis, groenten (selderij en andere schermbloemigen), tarwe en andere granen. Deze voedselallergenen komen voor in een groot aantal bereide eet- en drinkwaren.

Gezien het voorgaande is het gewenst dat alle ingrediënten van een eet- of drinkwaar met een allergene werking, als zodanig worden vermeld in de lijst van ingrediënten. Consumenten die aan een voedselallergie lijden zouden daarmee worden voorzien van de voor hen noodzakelijke informatie. Richtlijn 2000/13/EG diende daarom te worden gewijzigd.

Richtlijn 2003/89/EG schrijft daartoe voor dat alle ingrediënten en andere stoffen die aanwezig zijn in een eet- of drinkwaar, vermeld moeten worden in de lijst van ingrediënten.

Bij alcoholhoudende dranken is het vermelden van de lijst van ingrediënten echter niet verplicht. De in artikel 6, derde lid, van richtlijn 2000/13/EG, bedoelde voorschriften zijn namelijk nog niet vastgesteld. Daarom is het noodzakelijk dat consumenten die lijden aan een voedselallergie, langs andere weg dan de verplichte lijst van ingrediënten worden voorgelicht over de aanwezigheid van ingrediënten en stoffen met een allergene werking in alcoholhoudende dranken. Richtlijn 2003/89/EG schrijft daartoe voor dat bij alcoholhoudende dranken op het etiket een aparte vermelding moet worden aangebracht inzake de aanwezigheid van ingrediënten en stoffen met een allergene werking.

Tenslotte leidt richtlijn 2003/89/EG tot afschaffing van de zogenaamde 25%-regel, bedoeld in artikel 8, zesde lid van de richtlijn (en artikel 7, vierde lid, van het WEL). Daarnaast voorziet richtlijn 2003/89/EG echter in meer flexibiliteit voor de vermelding van ingrediënten en stoffen die in zeer kleine hoeveelheden (minder dan 2%) aanwezig zijn.

Artikelsgewijs

Artikel I

Bij artikel I, onder B, is van de gelegenheid gebruik gemaakt een foutieve verwijzing in artikel 4, zesde lid, te verbeteren.

Bij artikel I, onder C, is voorgeschreven dat bij alcoholhoudende dranken op het etiket een aparte vermelding moet worden aangebracht inzake de aanwezigheid van ingrediënten en stoffen met een allergene werking. Dit voorschrift in het nieuwe artikel 5, eerste lid, onder l, van het WEL, is noodzakelijk, omdat – zoals hierboven uiteengezet – bij alcoholhoudende dranken het vermelden van de lijst van ingrediënten niet verplicht is.

Bij artikel I, onder D, punt 1, is van de gelegenheid gebruik gemaakt een uitgewerkte bepaling in artikel 7, tweede lid, onder b, inzake voorlopige nummers van levensmiddelenadditieven, te laten vervallen.

Artikel I, onder D, punten 2 en 3, en onder E, brengt de noodzakelijke wijzigingen aan in de artikelen 7 en 8 van het WEL inzake de verplichte lijst van ingrediënten. Voorts wordt bij artikel I, onder F, een nieuw artikel 9a ingevoegd met regels voor de vermelding van ingrediënten met allergene werking in de verplichte lijst van ingrediënten.

Bij artikel I, onder G, wordt een nieuw artikel 22b ingevoegd. Artikel 22b bevat de voorschriften voor de etikettering van ingrediënten en stoffen met een allergene werking in alcoholische dranken. Deze bepaling is noodzakelijk, aangezien het vermelden van de lijst van ingrediënten bij alcoholische dranken, volgens artikel 9, onder e, van het WEL niet verplicht is.

Bij artikel I, onder H, komt een uitgewerkte bepaling inzake een wijziging van een inmiddels ingetrokken besluit te vervallen.

Bij artikel I, onder J, wordt de belangrijke bijlage III ingevoegd. Deze bijlage bevat een opsomming van ingrediënten en stoffen met een allergene werking.

Artikel II

In artikel 17, eerste lid, van het WEL is bepaald dat voor eet- of drinkwaren die uit microbiologisch oogpunt zeer bederfelijk zijn en derhalve na korte tijd een onmiddellijk gevaar voor de volksgezondheid kunnen opleveren, een uiterste consumptiedatum moet worden vermeld. Uit oogpunt van de bescherming van de volksgezondheid is het uiteraard ongewenst dat een eet- of drinkwaar na deze datum verkocht of geconsumeerd wordt.

Na de uiterste consumptiedatum verkeert de desbetreffende eet- of drinkwaar naar alle waarschijnlijk in een toestand die niet meer voldoet aan de bij of krachtens het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen (verder te noemen: BBL) gestelde eisen. De verhandeling van die waar is daarom in principe verboden op de voet van artikel 2, vierde lid, van het BBL.

In de praktijk blijkt desalniettemin onduidelijkheid te bestaan over de vraag of de verhandeling van iedere eet- of drinkwaar na de desbetreffende uiterste consumptiedatum al dan niet verboden is. Met het oog daarop is het gewenst een op artikel 6, onder b, van de Warenwet, gebaseerde specifieke verbodsbepaling toe te voegen aan artikel 2 (elfde lid) van het BBL. Artikel II strekt daartoe. Deze verbodsbepaling heeft dus uitsluitend betrekking op het verhandelen van eet- en drinkwaren na de uiterste consumptiedatum (artikel 17, eerste lid, van het WEL), en houdt geen verband met de datum van minimale houdbaarheid, bedoeld in artikel 16 van het WEL. Het verhandelen van eet- en drinkwaren na de datum van minimale houdbaarheid is in principe immers toegestaan zolang de desbetreffende waar nog geen kenmerken van bederf vertoont.

Het tiende lid van artikel 2 van het BBL zal worden ingevoegd door de inwerkingtreding van het besluit van 1 juli 2004, houdende wijziging van diverse Warenwetbesluiten in verband met verordening (EG) nr. 178/2002 (Stb. 408).

Artikel III

In de bijlage van het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten is omschreven voor welke overtredingen de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport een boete kan opleggen aan de natuurlijke persoon of rechtspersoon aan welke die overtreding kan worden toegerekend. Die bijlage dient te worden aangepast aan de bij dit besluit vastgestelde wijzigingen van het WEL en het BBL. Voorts dienen alsnog boeten te worden vastgesteld voor overtreding van de artikelen 19, 20, 21, eerste lid, 21a, eerste en tweede lid, en 22a, eerste lid, van het WEL.

De in dit wijzigingsbesluit bedoelde overtredingen worden beboet met een bedrag van € 450,- voor de kleine bedrijven (50 of minder werknemers) en een boete van € 900,- voor de zogenaamde grote bedrijven (meer dan 50 werknemers). Overtreding van de hier in het geding zijnde voorschriften vertonen, voor zover zij door een bestuurlijke boete kunnen worden afgedaan, een goed vergelijkbare mate van (geringe) ernst. Voor een verdere toelichting inzake de hoogte van deze bedragen zij verwezen naar de nota van toelichting bij het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten.

Artikel V

De wijziging van artikel 2 van het BBL (artikel II van dit besluit) kan direct in werking treden, aangezien daaruit geen nieuwe verplichtingen voortvloeien. De hiermee verband houdende wijziging van het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten (artikel III van dit besluit) kan evenwel, gezien artikel 32b, tweede lid, van de Warenwet, pas acht weken later in werking treden.

Transponeringstabel

In onderstaande tabel wordt het verband weergegeven tussen richtlijn 2003/89/EG, dit besluit, en het gewijzigde WEL.

Richtlijn 2003/89/EG

Dit besluit

WEL

art. 1, lid 1, onder a

art. I, onder D, punt 2 en 3, onder E en onder F

art. 7, lid 4 en 5, art. 8, lid 2 tot en met 4, en art. 9a

art. 1, lid 1, onder b, eerste alinea

art. I, onder C en G

art. 5, lid 1, onder l, en art. 22b

art. 1, lid 1, onder b, tweede alinea

– (geen implementatie nodig, betreft procedure)

– (geen implementatie nodig, betreft procedure)

art. 1, lid 1, onder c

art. I, onder A

art. 1 lid 9

art. 1, lid 1, onder d, punt i

art. I, onder E, punt 1

art. 8 lid 2

art. 1, lid 1, onder d, punt ii, 1° streepje

art, I, onder E, punt 2

art. 8 lid 3

art. 1, lid 1, onder d, punt ii, 2° streepje

art. I, onder E, punt 2

art. 8 lid 4

art. 1, lid 1, onder e

art. I, onder D, punt 2

art. 7 lid 4

art. 1, lid 1, onder f, eerste, tweede en derde alinea

art. I, onder F

art. 9a

art. 1, lid 1, onder f, rest

– (geen implementatie nodig, betreft procedure)

– (geen implementatie nodig, betreft procedure)

art. 1, lid 2 t/m lid 4

– (geen implementatie vereist)

– (geen implementatie vereist)

art. 1, lid 5

art. I, onder I

bijlage I

art. 1, lid 6

art. I, onder J

bijlage III

art. 2, lid 1, 1° streepje

art. V, lid 2, onder a

art. 2, lid 1, 2° streepje

art. IV

art. 2, lid 1, rest, en lid 2

– (geen implementatie vereist; is gericht tot de lidstaten)

– (geen implementatie vereist; is gericht tot de lidstaten)

art. 3 en art. 4

– (geen implementatie vereist)

– (geen implementatie vereist)

bijlage

art. I, onder I

bijlage III

Administratieve lasten

Omvang administratieve lasten

De implementatie van richtlijn 2003/89/EG leidt tot aanzienlijke administratieve lasten voor het bedrijfsleven. Met name de introductie van allergenen op de etiketten en het afschaffen van de 25% regel, maakt het nodig dat vrijwel alle etiketten zullen moeten worden aangepast. Extra verzwarende omstandigheid is dat de etiketten dusdanig omvangrijk zullen worden, dat het ontwerp van de etiketten fundamenteel anders zal moeten zijn.

In de nulmeting van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (verder: VWS) is in de berekening van de administratieve lasten uitgegaan van gemiddeld één wijziging van het etiket per jaar. Deze wijzigingen kunnen worden veroorzaakt door wijzigingen in diverse besluiten en regelingen krachtens de Warenwet. De kosten die gemoeid zijn met de etikettering zijn daarom op jaarbasis als volgt berekend.

Handeling

Berichten

Doelgroep

Uur

Tijd

Freq

P

Q

Totaal

Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen

Wijzigen aanduidingen als gevolg van gewijzigde wet- en regelgeving

Verpakkingsfabrikanten

& importeurs voor eet & drinkwaren, producten & importeurs gebruiksartikelen voor eet & drinkwaren (groot)

€ 30

1600

1

€ 48000 +

€ 3600 externe kost

1.721

€ 88.824.240

Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen

Wijzigen aanduidingen als gevolg van gewijzigde wet- en regelgeving

Verpakkingsfabrikanten

& importeurs voor eet & drinkwaren, producten & importeurs gebruiksartikelen voor eet & drinkwaren (groot)

€ 30

50

1

€ 1500 +

€ 360 externe kost

15.493

€ 28.816.236

         

Totaal

       

€ 117.640.476

Bron: Nulmeting VWS

De richtlijn zorgt voor een nieuwe wijziging van de etiketten bovenop bestaande bepalingen: zowel het afschaffen van de 25%-regel als de verplichte melding van allergenen op het etiket leiden tot substantieel meer informatie op het etiket. Voor de structurele last kan voor de berekening worden aangesloten bij de frequentie. De extra kosten als gevolg van de veelheid aan informatie is eenmalig en zou zijn weerslag moeten krijgen op de tijd die gemoeid is met het opnieuw ontwerpen van het etiket.

In de nulmeting is vooral gekeken naar de structurele kosten per jaar, vandaar dat er is uitgegaan van een gemiddeld aantal wijzigingen per jaar. Dit gemiddelde is vastgesteld op basis van interviews.

Structurele administratieve lasten

Voor 2004 werd in de nulmeting al uitgegaan van gemiddeld één wijziging van alle etiketten. Wanneer ervan wordt uitgegaan dat het gemiddelde gebaseerd was op een periode van 5 jaar dan verhoogt de implementatie van deze richtlijn het gemiddelde tot 1,2 wijzigingen per jaar, aangenomen dat alles verder onveranderd blijft.

Handeling

Berichten

Doelgroep

Uur

Tijd

Freq

P

Q

Totaal

Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen

Wijzigen aanduidingen als gevolg van gewijzigde wet- en regelgeving

Verpakkingsfabrikanten

& importeurs voor eet & drinkwaren, producten & importeurs gebruiksartikelen voor eet & drinkwaren (groot)

€ 30

1600

1,2

€ 48000 +

€ 3600 externe kost

1.721

€ 105.325.200

Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen

Wijzigen aanduidingen als gevolg van gewijzigde wet- en regelgeving

Verpakkingsfabrikanten

& importeurs voor eet & drinkwaren, producten & importeurs gebruiksartikelen voor eet & drinkwaren (groot)

€ 30

50

1,2

€ 1500 +

€ 360 externe kost

15.493

€ 33.464.880

         

Totaal

       

€ 138.790.080

         

Toename structureel

       

ca. € 21 mln +18%

Eenmalige lasten

De implementatie van richtlijn 2003/89/EG is voor het bedrijfsleven een kostbare operatie. Naar verwachting vallen de kosten van het wijzigen van etiketten eenmalig hoger uit doordat de extra informatie zo omvangrijk is dat er een geheel nieuw ontwerp zal moeten worden gemaakt van het etiket. In sommige gevallen zelfs een extra etiket. De kosten zullen daarom naar verwachting eenmalig 50% hoger uitvallen in verband met herontwerp van de etiketten.

Handeling

Berichten

Doelgroep

Uur

Tijd

Freq

P

Q

Totaal

Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen

Wijzigen aanduidingen als gevolg van gewijzigde wet- en regelgeving

Verpakkingsfabrikanten

& importeurs voor eet & drinkwaren, producten & importeurs gebruiksartikelen voor eet & drinkwaren (groot)

€ 30

2400

1

€ 72.000 +

€ 3600 externe kost

1.721

€ 130.107.600

Warenwetbesluit Etikettering van levensmiddelen

Wijzigen aanduidingen als gevolg van gewijzigde wet- en regelgeving

Verpakkingsfabrikanten

& importeurs voor eet & drinkwaren, producten & importeurs gebruiksartikelen voor eet & drinkwaren (groot)

€ 30

100

1

€ 2250 +

€ 720 externe kost

15.493

€ 40.436.730

         

Totaal

       

€ 170.544.330

         

Toename eenmalig

       

ca. € 53 mln +40%

Alternatieven

Het betreft hier een één op één implementatie van een Europese richtlijn waarbinnen geen vrijheidsgraden zijn voor het beleid van VWS. Het bedrijfsleven zal daarentegen de wijziging van de etiketteringvoorschriften laten samengaan met voorgenomen veranderingen uit het oogpunt van marketing of ander bedrijfseigen functies.

Nederland beschikt als één van de weinige landen in Europa over een zogenaamde allergenenbank. Deze allergenenbank verschaft tegen aanzienlijk lagere kosten dezelfde informatie aan de consument. Aangezien andere lidstaten niet beschikken over een vergelijkbare bron van informatie, kon met die Nederlandse allergenenbank geen rekening worden gehouden bij het vaststellen van richtlijn 2003/89/EG.

Compensatie

Zowel de eenmalige als de structurele administratieve lasten stijgingen kunnen binnen de kabinetsperiode niet worden gecompenseerd binnen het Warenwetcomplex, gezien de EG-oorsprong daarvan. Binnen het Ministerie van VWS zal worden bezien op welke terreinen er wél voldoende beleidsmatige vrijheden zijn.

Het ontwerpbesluit is voorgelegd aan het Adviescollege toetsing administratieve lasten (Actal). Actal heeft geadviseerd het ontwerpbesluit in te dienen, en de door dit besluit veroorzaakte stijging van de administratieve lastendruk hoe dan ook te compenseren.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

J. F. Hoogervorst


XHistnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.

Naar boven