Besluit van 20 september 2004 tot vaststelling van de datum van
inwerkingtreding van het besluit van 3 augustus 2004, houdende regels
met betrekking tot jachthavens (Besluit jachthavens) (Stb.
422)
Wij Beatrix, bij de gratie
Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz.
enz.
Op de voordracht de
Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer van 15 september 2004, nr. MJZ2004089293, Centrale
Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;
Gelet op
artikel 12, eerste lid, van het Besluit
jachthavens;
Hebben goedgevonden en
verstaan:
Enig Artikel
Het
Besluit jachthavens treedt, met uitzondering van artikel 7 en hoofdstuk
2A van de bijlage, in werking met ingang van 1 oktober
2004.
Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de
daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden
geplaatst.
's-Gravenhage, 20
september
2004
Beatrix
De
Staatssecretaris van
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer,
P. L. B.
A. van Geel
Uitgegeven de achtentwintigste september 2004
De Minister van
Justitie,
J.
P.
H. Donner
NOTA VAN TOELICHTING
Op 2 september 2004 is het Besluit jachthavens in
het Staatsblad (nr. 422) verschenen.
Ingevolge artikel 21.6,
vijfde lid, tweede volzin, van de Wet milieubeheer, treedt het besluit
niet eerder in werking dan vier weken na de datum van uitgifte van het
Staatsblad waarin hij is geplaatst. Dit besluit voorziet in de
inwerkingtreding van het Besluit jachthavens, met uitzondering van
artikel 7 en hoofdstuk 2A van de bijlage van dat besluit, met ingang
van 1 oktober 2004.
Artikel 12, tweede lid,
van het Besluit jachthavens, voorziet in de inwerkingtreding van
artikel 7 en hoofdstuk 2A van de bijlage.
Deze treden in
werking op het tijdstip waarop de Wet van 6 juli 2004 tot wijziging van
de Wet voorkoming verontreiniging door schepen en de Wet op de
economische delicten in verband met richtlijn nr. 2000/59/EG van het
Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van
27 november 2000 betreffende havenontvangstvoorzieningen voor
scheepsafval en ladingresiduen (PbEG L332), (Stb. 348), in werking
treedt.
De
Staatssecretaris van
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer,
P. L. B.
A. van
Geel