Besluit van 3 augustus 2004 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 24 juni 2004 tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met aanpassing van de regelgeving inzake de vestigingsplaats van een opleiding, alsmede tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 30 juni 2004 tot wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met wijziging omzetmoment eerste 12 maanden prestatiebeurs en gedeeltelijke afschaffing 1 februari-regel

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, M. Rutte, van 23 juli 2004, nr. WJZ 2004/31686 (6156), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel III van de Wet van 24 juni 2004 tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met aanpassing van de regelgeving inzake de vestigingsplaats van een opleiding (Stb. 321), alsmede gelet op artikel V van de Wet van 30 juni 2004 tot wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met wijziging omzetmoment eerste 12 maanden prestatiebeurs en gedeeltelijke afschaffing 1 februari-regel (Stb. 343);

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

De Wet van 24 juni 2004 tot wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met aanpassing van de regelgeving inzake de vestigingsplaats van een opleiding (Stb. 321) treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.

ARTIKEL II

De Wet van 30 juni 2004 tot wijziging van onder meer de Wet studiefinanciering 2000 in verband met wijziging omzetmoment eerste 12 maanden prestatiebeurs en gedeeltelijke afschaffing 1 februari-regel (Stb. 343) treedt in werking met ingang van 1 september 2004, met dien verstande dat artikel II, onderdeel B in werking treedt met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, en dat artikel II, onderdelen A, C en D in werking treedt met ingang van 1 november 2004.

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 3 augustus 2004

Beatrix

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M. Rutte

Uitgegeven de negentiende augustus 2004

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven