Besluit van 5 juli 2004 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van artikelen en onderdelen van artikelen van het Besluit van 10 mei 2004, houdende wijziging van het Bekostigingsbesluit WPO, het Bekostigingsbesluit WEC en enkele andere besluiten in verband met onder meer een verruiming van de bestedingsvrijheid voor scholen in het primair en voortgezet onderwijs (Stb. 2004, 231)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van 29 juni 2004, nr. WJZ/2004/31169 (6154), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel X, tweede lid, van het Besluit van 10 mei 2004, houdende wijziging van het Bekostigingsbesluit WPO, het Bekostigingsbesluit WEC en enkele andere besluiten in verband met onder meer een verruiming van de bestedingsvrijheid voor scholen in het primair en voortgezet onderwijs (Stb. 2004, 231);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig Artikel

Artikel I, onderdelen B en C, artikel II, onderdelen B en C, artikel IV en artikel IX van het Besluit van 10 mei 2004, houdende wijziging van het Bekostigingsbesluit WPO, het Bekostigingsbesluit WEC en enkele andere besluiten in verband met onder meer een verruiming van de bestedingsvrijheid voor scholen in het primair en voortgezet onderwijs (Stb. 2004, 231) treden in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst en werken voor wat betreft de artikelen I, onderdelen B en C, en II, onderdelen B en C, terug tot en met 1 augustus 2001.

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 5 juli 2004

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M. J. A. van der Hoeven

Uitgegeven de tweeëntwintigste juli 2004

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven