Besluit van 23 december 2003 tot inwerkingtreding van enige wijzigingen in de Wet belastingen op milieugrondslag

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Financiën van 18 december 2003, nr. WV2003/00458 M, Directoraat-generaal voor Fiscale Zaken, Directie Wetgeving Verbruiksbelastingen;

Gelet op artikel IV, tweede lid, van de Wet van 18 december 2003 tot wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag en de Wet op de accijns (Implementatie richtlijn energiebelastingen) (Stb. 532);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Artikel I, onderdeel M, derde lid, en onderdeel Q, van de Wet van 18 december 2003 tot wijziging van de Wet belastingen op milieugrondslag en de Wet op de accijns (Implementatie richtlijn energiebelastingen) (Stb. 532), treden in werking met ingang van 1 januari 2004.

Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 23 december 2003

Beatrix

De Staatssecretaris van Financiën,

J. G. Wijn

Uitgegeven de dertigste december 2003

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit regelt de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel M, derde lid, en onderdeel Q, van de Wet belastingen op milieugrondslag en de Wet op de accijns (Implementatie richtlijn energiebelastingen) (Stb. 532).

Onderdeel M, derde lid, van de Wet stelt de datum van inwerkingtreding op 1 januari 2004. Aanvankelijk was voorzien in de mogelijkheid van een afwijkende datum van inwerkingtreding.

Onderdeel Q van genoemde Wet ziet op een vrijstelling van belasting die wordt verleend aan zakelijke verbruikers van elektriciteit met een verbruik van meer dan 10 miljoen kWh voor dat deel van het verbruik dat de 10 miljoen kWh te boven gaat, indien de verbruiker met de betrokken ministers afspraken heeft gemaakt waaruit verplichtingen ter verbetering van de energie-efficiency voortvloeien. Voor de inwerkingtreding van deze regeling is de goedkeuring van de Europese Commissie in het kader van de zogenoemde staatssteunprocedures vereist. Deze goedkeuring is op 16 december 2003 (nr. 506/2003) verkregen.

De Staatssecretaris van Financiën,

J. G. Wijn

Naar boven