Besluit van 7 februari 2003 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van onderdelen van de Wet van 28 november 2002 tot wijziging van de Wet op de expertisecentra, de Wet op het primair onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering van een leerlinggebonden financiering en de vorming van regionale expertisecentra (regeling leerlinggebonden financiering) (Stb. 631)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, van 3 februari 2003, nr. WJZ/2003/4015 (6123), directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Gelet op artikel XVI van de Wet van 28 november 2002 tot wijziging van de Wet op de expertisecentra, de Wet op het primair onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering van een leerlinggebonden financiering en de vorming van regionale expertisecentra (regeling leerlinggebonden financiering) (Stb. 631);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

  • 1. De Wet van 28 november 2002 tot wijziging van de Wet op de expertisecentra, de Wet op het primair onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met de invoering van een leerlinggebonden financiering en de vorming van regionale expertisecentra (regeling leerlinggebonden financiering) (Stb. 631) treedt in werking met ingang van 1 augustus 2003, met uitzondering van artikel I, de onderdelen G en H.

  • 2. In afwijking van het eerste lid treedt de daar bedoelde wet voor wat betreft artikel I, de onderdelen B, E, I, K, M, N, Q, Y, Z, AA en BB, artikel II, onderdeel K, artikel III, onderdeel E, artikel IV, artikel V, artikel VI, artikel VII, artikel VIII, artikel IX, artikel X, artikel XI, artikel XII, artikel XIV en artikel XV in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst.

Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 7 februari 2003

Beatrix

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

M. J. A. van der Hoeven

Uitgegeven de achttiende februari 2003

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

Naar boven