Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatsblad 2003, 48 | AMvB |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid | Staatsblad 2003, 48 | AMvB |
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 14 november 2002, Directie Sociale Verzekeringen, nr. SV/R&S/02/86543;
Gelet op artikel 16, derde lid, en 22, zevende lid, van de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten;
De Raad van State gehoord (advies van 13 januari 2003, No. W12.02.0508/IV);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 29 januari 2003, Directie Sociale Verzekeringen, nr. SV/R&S/03/2959;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Het Reïntegratie-instrumentenbesluit Wet REA1 wordt als volgt gewijzigd:
Artikel 5a wordt vervangen door:
Na artikel 7 wordt een artikel ingevoegd, luidende:
Lasten en bevelen dat dit besluit met daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
histnootDe Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
A. J. de Geus
Uitgegeven de achttiende februari 2003
De Minister van Justitie,
J. P. H. Donner
In de artikelen 16 en 22 van de Wet op de (re)integratie arbeidsgehandicapten (Wet REA) is de bevoegdheid opgenomen voor het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) om de werkgever van een arbeidsgehandicapte werknemer respectievelijk de arbeids-gehandicapte zonder werkgever een subsidie te verstrekken voor (meer)kosten van onder meer trainingen. Op grond van deze bepalingen worden subsidies verstrekt voor rug-trainingen en traumabegeleiding. Het gaat hier om trainingen waarbij de betrokkene leert omgaan met zijn klachten bij zijn functioneren en die zijn gericht op herstel van zijn mentale en fysieke conditie ter bevordering van terugkeer in het arbeidsproces. Beoogd doel van de trainingen was werknemers met structurele functionele beperkingen en die daardoor waren uitgevallen te reïntegreren.
De aangevraagde subsidies betreffen hoofdzakelijk rugtrainingen. Vanuit de uitvoering is aangegeven dat een belangrijk deel van de trainingen zonder uitval van de werknemer en dus bij wijze van preventie werd ingezet. De subsidie is nooit bedoeld voor deze preventieve inzet van medisch geïndiceerde trainingen. De inzet van trainingen voor preventie behoort namelijk tot de verantwoordelijkheid van de werkgever voor een adequaat arbobeleid. Voorzover trainingen worden ingezet na uitval, behoort de inzet daarvan ook tot de verantwoordelijkheid van de werkgever. Gezien de aard van trainingen is er namelijk sprake van een interventie in het vlak van de normale verzuimbegeleiding. Er is geen grond voor subsidiëring op grond van de Wet REA van de reguliere verzuimbegeleidingstaak van de werkgever.
De praktijk wijst dus uit dat de trainingen onderdeel zijn van of liggen in het verlengde van het arbobeleid en de normale verzuimbegeleiding die een werkgever dient te bieden aan zijn werknemers. Zij vertonen tevens kenmerken van behandelingen op het terrein van de gezondheidszorg.
De toepassing van deze trainingen behoort tot de reguliere verzuimbegeleidingstaak, die valt onder de verantwoordelijkheid van de werkgever. Er is dan ook geen grond voor subsidiëring op grond van de Wet REA van deze activiteiten. Dit sluit aan op de keuze in de Wet SUWI en de Wet verbetering poortwachter om de verantwoordelijkheid voor reïntegratie gedurende de loondoorbetalingsperiode te leggen bij de werkgever en de werknemer. Daarom wordt de subsidiemogelijkheid ingetrokken.
De werkgever blijft wel aanspraak maken op premiekorting als het gaat om het in dienst houden of nemen van arbeidsgehandicapten. Er blijft daarom sprake van een tegemoetkoming in de kosten van reïntegratie-inspanningen door de werkgever. Met het intrekken van de subsidiemogelijkheid voor rugtraining en traumabegeleiding wordt beoogd een besparing van € 19 mln. op jaarbasis voor het UWV te realiseren. Dit betreft de kosten die uitgaan boven het bedrag van de genoten premiekorting en deze kosten komen daarmee voor rekening van de werkgever. Gezien deze nog voortdurende tegemoetkoming in de kosten via de premiekorting, de verantwoordelijkheid van de werkgever voor arbobeleid en het financiële belang van de werkgever bij reïntegratie is niet overwogen voor de intrekking van de subsidie een afbouwperiode in te stellen.
Het is niet te verwachten dat er door het niet langer subsidiëren van reïntegratietrainingen een verhoogde instroom in de WAO optreedt.Werkgevers en werknemers zijn primair verantwoordelijk voor reïntegratie. Zij moeten alles in het werk stellen om reïntegratie in de ziekteperiode te bewerkstelligen. Deze verantwoordelijkheid wijzigt niet door het vervallen van de subsidie. De werkgever is verplicht dezelfde reïntegratie-inspanningen te blijven verrichten. Het UWV toetst bij de claimbeoordeling de reïntegratie-inspanningen van werkgever en werknemer. Indien de reïntegratie-inspanningen van de werkgever onvoldoende blijken, wordt op grond van de Wet verbetering poortwachter de loondoorbetalingsperiode verlengd. Gezien het financiële belang van de werkgever bij tijdige reïntegratie is het niet aannemelijk dat de inspanningen van de werkgever zullen afnemen.
Artikel 5a van het Reïntegratie-instrumentenbesluit voorzag in de mogelijkheid regels te stellen omtrent subsidiëring van medisch geïndiceerde reïntegratietrainingen. Het nieuwe artikel 5a sluit subsidiëring van medisch geïndiceerde reïntegratietrainingen op grond van artikel 16 van de Wet REA uit. Het gaat hierbij om medisch geïndiceerde rugtrainingen en traumabegeleiding zoals omschreven in de Tijdelijke regeling medisch geïndiceerde reïntegratietrainingen Wet REA. Daarnaast worden ook andere medisch geïndiceerde reïntegratietrainingen uitgesloten van subsidiëring.
Wel kunnen subsidies worden verleend voor trainingen gericht op het verwerven van praktische kennis en vaardigheden die voor het functioneren onontkoombaar zijn. Het gaat hierbij om trainingen die in de sfeer liggen van praktische scholing.
Na invoering van artikel 7a van het Reïntegratie-instrumentenbesluit Wet REA, is het niet meer mogelijk dat het UWV subsidie verleent aan arbeidsgehandicapten zonder werkgever voor medisch geïndiceerde reïntegratietrainingen. Degene die als zelfstandige werkt of een uitkering heeft, en door structurele beperkingen niet kan terugkeren in de eigen arbeid of andere arbeid bij de eigen werkgever krijgt ondersteuning bij de toegang tot de arbeidsmarkt. Het UWV koopt hiervoor trajecten in bij een reïntegratiebedrijf. Met de prijs die het reïntegratiebedrijf ontvangt, kan het reïntegratiebedrijf de interventies inzetten die het nodig oordeelt. Deze verantwoordelijkheid van het reïntegratiebedrijf past bij de ingezette lijn van het kabinet voor resultaatfinanciering van reïntegratie-inspanningen. Het past niet dat het UWV daarnaast subsidies voor reïntegratietrainingen verstrekt aan de betrokkene voor wie het reïntegratietraject wordt ingezet.
Met het vervangen van artikel 5a van het Reïntegratie-instrumentenbesluit is de grondslag aan de Tijdelijke regeling medisch geïndiceerde reïntegratietrainingen Wet REA komen te ontvallen. Ook die regeling vervalt derhalve van rechtswege op de datum van inwerkingtreding van dit besluit. Omdat subsidieaanvragen die nog vóór de inwerkingtredingsdatum van dit besluit zijn ingediend volgens het «oude regime» dienen te worden behandeld, bepaalt artikel II dat op die aanvragen de Tijdelijke regeling medisch geïndiceerde reïntegratietrainingen Wet REA nog van toepassing is.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
A. J. de Geus
Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Tevens zal het advies met de daarbij ter inzage gelegde stukken worden opgenomen in het bijvoegsel bij de Staatscourant van 11 maart 2003, nr. 49.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2003-48.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.