Besluit van 2 mei 2003, houdende wijziging van het Voertuigreglement in verband met de implementatie van richtlijn nr. 2001/43/EG betreffende geluidseisen voor banden van motorvoertuigen en aanhangwagens

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 30 september 2002, nr. HDJZ/AWW/2002–2393, Hoofddirectie Juridische Zaken;

Gelet op richtlijn nr. ;2001/43/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2001 houdende wijziging van richtlijn 92/23/EEG van de Raad betreffende banden voor motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan alsmede de montage ervan (PbEG L 211) en de artikelen 22, eerste lid, en 34, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994;

De Raad van State gehoord (advies van 12 december 2002, nr. W09.02.0437/V);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 25 april 2003, nr. HDJZ/AWW/2003–651, Hoofddirectie Juridische Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Voertuigreglement¹ wordt als volgt gewijzigd:

A

Na artikel 1a.4 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 1a.5

• 1. Met ingang van 4 februari 2005 is het verboden nieuwe personenauto's, bedrijfsauto's of aanhangwagens die ter zake van banden niet voldoen aan richtlijn nr. 92/23/EEG, te koop aan te bieden, af te leveren of in te voeren.

• 2. Met ingang van 1 oktober 2009 is het verboden nieuwe banden, bestemd voor montage op personenauto's, bedrijfsauto's of aanhangwagens, die niet voldoen aan richtlijn nr. 92/23/EEG, te koop aan te bieden, af te leveren of in te voeren.

• 3. In afwijking van het tweede lid is het daarin bedoelde verbod voor banden van de klassen C1d en C1e als bedoeld in bijlage V, punt 2.4 en 4.2.1, van richtlijn nr. 92/23/EEG, van toepassing met ingang van 1 oktober 2010, respectievelijk 1 oktober 2011.

B

Na artikel 3.8.7 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3.8.8

Banden bestemd voor montage op personenauto's, bedrijfsauto's of aanhangwagens moeten voldoen aan richtlijn nr. 92/23/EEG.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

^histnoot

's-Gravenhage, 2 mei 2003

Beatrix

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

R. H. de Boer

Uitgegeven de twintigste mei 2003

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

Door middel van dit besluit wordt richtlijn nr. 2001/43/EG van het Europees Parlement en de Raad van 27 juni 2001 houdende wijziging van richtlijn 92/23/EEG van de Raad betreffende banden voor motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan alsmede de montage ervan (PbEG L 211) (hierna: richtlijn 2001/43/EG), gedeeltelijk geïmplementeerd. Richtlijn 2001/43/EG wijzigt richtlijn nr. 92/23/EEG van de Raad van de Europese Unie van 31 maart 1992 betreffende banden voor motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan alsmede de montage ervan (PbEG L 129) (hierna: richtlijn 92/23/EEG) door het toevoegen van eisen met betrekking tot een bepaald geluidsniveau dat voor banden wordt toegestaan.

Door middel van dynamische verwijzingen naar richtlijnen in het Voertuigreglement kunnen wijzigingsrichtlijnen geïmplementeerd worden. De systematiek van de dynamische verwijzing in het Voertuigreglement is neergelegd in de artikelen 1.1a, 1.7 en de desbetreffende artikelen waarin bijvoorbeeld voertuigeisen uit een bepaalde (basis)richtlijn zijn opgenomen. In artikel 1.1a worden diverse richtlijnen gedefinieerd zodat in specifieke artikelen van het Voertuigreglement niet de gehele titel van de richtlijn opgenomen hoeft te worden. In artikel 1.7 wordt de dynamische verwijzing gecomplementeerd door te bepalen dat indien een richtlijn – waarnaar in het Voertuigreglement wordt verwezen – wijzigt, deze wijziging(srichtlijn) automatisch wordt geïncorporeerd in de artikelen waarin naar de basisrichtlijn wordt verwezen. Door middel van een ministeriële bekendmaking worden tenslotte de vindplaats van de wijzigingsrichtlijn, de basisrichtlijn, de artikelen uit het Voertuigreglement waarop de wijzigingsrichtlijn ziet en de data van toepassing van de wijzigingsrichtlijn, bekend gemaakt. Aangezien in het Voertuigreglement reeds een verwijzing naar richtlijn 92/23/EG is opgenomen wordt het grootste deel van richtlijn 2001/43/EG geïmplementeerd door middel van de systematiek van de dynamische verwijzing en de ministeriële bekendmaking die inmiddels gepubliceerd is (Stcrt. 2002, 101).

In het Voertuigreglement is in de artikelen 3.2.23, 3.3.23, 3.4.23 en 3.7.23 een verwijzing naar richtlijn 92/23/EEG opgenomen. Richtlijn 92/23/EEG bepaalt dat een lidstaat niet mag weigeren een typegoedkeuring te verlenen als een voertuig dat valt binnen het toepassingsbereik van de richtlijn, voldoet aan die in de richtlijn genoemde eisen met betrekking tot banden. Deze eisen betreffen onder andere de last, spanning en omtrek van de band. De wijzigingsrichtlijn 2001/43/EG voegt hieraan eisen met betrekking tot geluid toe. Daarnaast schrijft richtlijn 2001/43/EG een verkoopverbod voor, voor nieuwe typen voertuigen en nieuwe typen banden indien deze niet voldoen aan de eisen zoals gesteld in deze richtlijn.

Zogenaamde «retreads» oftewel oude banden die voorzien worden van een extra loopvlak, vallen dus niet onder het toepassingsbereik van deze richtlijn.

In de terminologie van het Voertuigreglement richt richtlijn 2001/43/EG zich tot de categorieën personenauto's, bedrijfsauto's en aanhangwagens. Richtlijn 2001/43/EG heeft daarom geen gevolgen voor de verwijzing naar richtlijn 92/23/EEG in artikel 3.4.23, van het Voertuigreglement, maar slechts voor de toelatingseisen voor voertuigen opgenomen in de artikelen 3.2.23, 3.3.23 en 3.7.23, van het Voertuigreglement.

De eisen voor typegoedkeuring van voertuigen met betrekking tot de banden en de eisen voor typegoedkeuring van banden als los onderdeel zijn grotendeels neergelegd in hoofdstuk 3 van het Voertuigreglement. Omdat richtlijn 2001/43/EG gaat over het deelaspect geluid van banden, zijn de eisen voor typegoedkeuring van voertuigen die betrekking hebben op dit deelaspect, neergelegd in de Regeling keuringsvoorschriften en EEG-documenten geluidproduktie motorvoertuigen, een ministeriële regeling van de ministers van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en van Verkeer en Waterstaat gezamenlijk. Dit betekent dat voor banden onder voertuigen voor het deelaspect geluid op basis van deze regeling een (deel)certificaat van een typegoedkeuring kan worden afgegeven indien voldaan wordt aan de eisen uit richtlijn 2001/43/EG. Voor de overige deelaspecten genoemd in richtlijn 92/23/EEG, zoals spanning, last en druk, wordt een typegoedkeuring voor banden onder voertuigen en voor alle aspecten of als los voertuigonderdeel, afgegeven op basis van de Regeling aanvraag en toezicht typegoedkeuring die gebaseerd is op de desbetreffende eisen uit het Voertuigreglement. De daadwerkelijke afgifte van een gehele of gedeeltelijke nationale of EG-typegoedkeuring wordt door de Dienst Wegverkeer (RDW) verzorgd.

Transponeringstabel

richtlijn 2001/43/EG	implementatie in Nederlandse regelgeving
artikel 1, eerste, tweede, derde en vijfde lid	ministeriële bekendmaking in Staatscourant (dynamische verwijzing naar richtlijn 92/23/EEG)
artikel 1, vierde lid (verlenen van EG-typegoedkeuring)	behoeft geen implementatie; verloopt via artikel 17 van de Regeling aanvraag en toezicht typegoedkeuring
artikel 1, zesde lid (artikel 10bis, eerste, tweede en derde lid: niet weigeren van een nationale of EG-typegoedkeuring op grond van nieuwe eisen, weigeren op grond van oude eisen, voor een type voertuig)	behoeft geen implementatie (dynamische verwijzing naar de artikelen 3.2.23, 3.3.23 en 3.7.23 Voertuigreglement)
artikel 1, zesde lid (artikel 10 bis, eerste en tweede lid: niet weigeren van een EG- of nationale typegoedkeuring op grond van nieuwe eisen of weigeren van nationale of EG-typegoedkeuring op grond van oude eisen, voor een nieuw type band)	artikel 3.8.8 Voertuigreglement
artikel 1, zesde lid (artikel 10bis, vierde en vijfde lid: verkoopverbod op nieuwe voertuigen en banden als deze niet voldoen aan de richtlijn)	artikel 1a.5 Voertuigreglement
artikel 2 (implementatiedatum)	behoeft geen implementatie

Artikelgewijze toelichting

Artikel I, onderdeel A

Aan hoofdstuk 1a, van het Voertuigreglement, dat verbodsbepalingen bevat voor het in de handel brengen van bepaalde voertuigen of voertuigonderdelen, wordt een artikel toegevoegd. Als de banden gemonteerd zijn onder voertuigen en het gehele voertuig wordt verkocht, of als banden als voertuigonderdeel verkocht worden, moeten deze vanaf 4 februari 2005, respectievelijk 1 oktober 2009, 2010 of 2011, voldoen aan de eisen genoemd in richtlijn 92/23/EEG zoals nu gewijzigd bij richtlijn 2001/43/EG. Deze verschillende data die een trapsgewijs verkoopverbod inhouden, zijn genoemd in het nieuwe artikel 10bis dat is toegevoegd aan richtlijn 92/23/EEG.

Overtreding van deze verkoopverboden levert ingevolge artikel 1, onder 4, van de Wet op de economische delicten (Wed) jo. artikel 34, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994, een overtreding op en kan als economisch delict worden aangemerkt; opsporing en handhaving van deze overtredingen verlopen via het regime van de Wed.

Artikel I, onderdeel B

Aan banden als los voertuigonderdeel zijn niet eerder eisen gesteld in het Voertuigreglement. Door middel van dit artikel kunnen banden als los voertuigonderdeel voorzien worden van EG-typegoedkeuring. Ook zonder EG-typegoedkeuring kunnen banden echter nog in de handel gebracht worden. Zoals uit artikel 1a.5, van het Voertuigreglement blijkt, geldt het daarin vervatte verkoopverbod pas vanaf 1 oktober 2009.

Artikel II

De implementatiedatum van richtlijn 2001/43/EG is 4 augustus 2002. Overleg en afstemming met de Dienst Wegverkeer (RDW) en brancheverenigingen heeft tot vertraging geleid. Dit besluit treedt daarom zo snel mogelijk na publicatie in werking. De overschrijding van de implementatiedatum heeft alleen gevolgen voor de datum (4 februari 2003) waarop een type motorvoertuig of een type band dat voldoet aan deze richtlijn niet mag worden geweigerd. De eisen zoals vastgelegd in richtlijn 92/23/EEG zijn ook nog geldig tot 4 augustus 2003 (typen band) respectievelijk 4 februari 2004 (typen motorvoertuig). De overige invoeringstermijnen zijn nog niet verstreken. In de praktijk heeft de overschrijding van de implementatiedatum geen gevolgen.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

R. H. de Boer

---

1 Stb. 1994, 450, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 2 april 2003, Stb. 148.

Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.

Tevens zal het advies met de daarbij ter inzage gelegde stukken worden opgenomen in het bijvoegsel bij de Staatscourant van 10 juni 2003, nr. 108.