Besluit van 3 maart 2003, houdende wijziging van het Besluit subsidiëring stichting advisering bestuursrechtspraak milieu en ruimtelijke ordening (vervallen bepaling inzake kasstelsel)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 16 december 2002, nr. MJZ2002103195, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Gelet op artikel 57c van de Wet op de Ruimtelijke Ordening en artikel 20.17 van de Wet milieubeheer;

De Raad van State gehoord (advies van 30 januari 2003, nr. W08.03.0004/V);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 25 februari 2003, nr. MJZ2003012506, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Paragraaf 5 van het Besluit subsidiëring stichting advisering bestuursrechtspraak milieu en ruimtelijke ordening¹ vervalt.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag waarop twee maanden zijn verstreken sedert de dag van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

^histnoot

's-Gravenhage, 3 maart 2003

Beatrix

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

H. G. J. Kamp

Uitgegeven de achttiende maart 2003

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

NOTA VAN TOELICHTING

In artikel 12 van het Besluit subsidiëring stichting advisering bestuursrechtspraak milieu en ruimtelijke ordening was bepaald dat de hiervoor genoemde stichting haar boekhouding volgens het kasstelsel voert.

Deze bepaling sluit niet aan bij de huidige praktijk. Om een meer bedrijfsmatig financieel beheer te kunnen voeren, voert de hiervoor genoemde stichting haar boekhouding sinds enkele jaren volgens een baten-lastenstelsel. Dat stelsel houdt in dat de kosten (die over meerdere jaren uitgesmeerd kunnen worden) vergeleken worden met de opbrengsten (die ook over de jaargrens gerealiseerd kunnen worden). Bij een kasstelsel worden daarentegen uitsluitend de uitgaven en de inkomsten in enig jaar met elkaar vergeleken.

Het voeren van een baten-lastenstelsel heeft ertoe geleid dat de doelmatigheid van de organisatie bevorderd is doordat een meer directe relatie tussen kostprijs en product (bijvoorbeeld een deskundigenbericht van deze stichting) gelegd kan worden. Daarnaast is gebleken dat de hoogte van het subsidiebedrag aan deze stichting jaarlijks minder fluctueert sinds de stichting is overgegaan op het voeren van een boekhouding volgens een baten-lastenstelsel. Dat stelsel biedt immers de mogelijkheid om gelden te reserveren voor investeringen in een volgend kalenderjaar.

Gezien het feit dat de hiervoor genoemde stichting haar boekhouding reeds enkele jaren volgens een baten-lastenstelsel voert, is er in het onderhavige besluit (artikel I) voor gekozen artikel 12 van het hiervoor genoemde koninklijk besluit te schrappen in plaats van dat artikel aan de bestaande praktijk aan te passen.

Aangezien het onderhavige besluit mede is gebaseerd op artikel 57c van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, is de inwerkingtredingsbepaling (artikel II) afgestemd op artikel 3a van die wet.

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

H. G. J. Kamp

---

1 Stb. 1995, 454, gewijzigd bij besluit van 14 februari 1998, Stb. 99.

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.