Wet van 21 november 2002, houdende verlenging van de werking van krachtens de In- en uitvoerwet ten aanzien van de invoer en de uitvoer van goederen gestelde regels

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de werking van enige krachtens de In- en uitvoerwet ten aanzien van de invoer en de uitvoer van goederen gestelde regels te verlengen en dat daartoe een wet als bedoeld in artikel 2c, zesde lid, van de In- en uitvoerwet is vereist;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

De volgende invoer- en uitvoerbesluiten vervallen, behoudens eerdere intrekking, met ingang van 1 januari 2006:

a. het In- en uitvoerbesluit industriële goederen 1963;

b. het In- en uitvoerbesluit strategische goederen;

c. het In- en uitvoerbesluit landbouwgoederen 1980;

d. het Invoerbesluit landen 1981;

e. het In- en uitvoerbesluit tabak 1982.

Artikel 2

Onder toepassing van artikel 16 van de Tijdelijke referendumwet treedt deze wet in werking met ingang van 1 januari 2003.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te 's-Gravenhage, 21 november 2002

Beatrix

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

J. G. Wijn

Uitgegeven de drieëntwintigste december 2002

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner


XHistnoot

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Kamerstukken II 2001/2002, 2002/2003, 28 500.

Handelingen II 2002/2003, blz. 1033.

Kamerstukken I 2002/2003, 28 500 (51).

Handelingen I 2002/2003, blz. 168.

Naar boven