Besluit van 1 november 2002, houdende wijziging van artikel 2 van het Vergoedingenbesluit centrale commissie medisch-wetenschappelijk onderzoek

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 18 september 2002, IBE/E-2314696;

Gelet op artikel 14, achtste lid, van de Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen;

De Raad van State gehoord (advies van 2 oktober 2002, nummer W13.02.0410/III);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 28 oktober 2002, IBE/E-2323646;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

In artikel 2 van het Vergoedingenbesluit centrale commissie medisch-wetenschappelijk onderzoek¹ wordt «10 uren» vervangen door: 20 uren.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 april 2002.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

^histnoot

's-Gravenhage, 1 november 2002

Beatrix

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

C. I. J. M. Ross-van Dorp

Uitgegeven de negentiende november 2002

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

NOTA VAN TOELICHTING

Deze amvb dient ter wijziging van artikel 2 van het Vergoedingenbesluit centrale commissie medisch-wetenschappelijk onderzoek.

In de toelichting van het oorspronkelijke besluit is aangegeven dat de werkzaamheden van de voorzitter naar verwachting 10 uren per week in beslag zouden nemen. Thans is de invoering van de Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen (WMO) een feit en kan een reële inschatting van de voorzittersuren gemaakt worden. Geconstateerd moet worden dat voor een goede uitvoering van de voorzittersfunctie meer uren nodig zijn dan aanvankelijk voorzien. De uitvoering van de WMO blijkt aanzienlijk complexer dan vermoed kon worden en de praktijk van toetsing van medisch-wetenschappelijk onderzoek is sterk aan veranderingen onderhevig. Daarnaast zullen de taken en verantwoordelijkheden van de CCMO de komende periode nog verder toenemen in verband met de inwerkingtreding van de Embryowet en de invoering van de Europese richtlijn nr. 2001/20/EG «Goede Klinische Praktijken» die uiterlijk in mei 2004 in Nederland moet zijn ingevoerd. Het aantal uren voor de voorzittersfunctie is daarom uitgebreid van 10 naar 20 uren per week. In verband met gemaakte afspraken werkt het besluit terug tot en met 1 april 2002.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

C. I. J. M. Ross-van Dorp

---

1 Stb. 1999, 213, gewijzigd bij besluit van 4 juli 2002, Stb. 358.

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.