Besluit van 22 augustus 2002, houdende aanpassing van de verdeling van de middelen uit het gemeentefonds van de integratie-uitkering afschaffing precariobelasting op omroepkabels en andere telecommunicatiekabels (Besluit voortzetting integratie-uitkering precariobelasting op telecommunicatiekabels)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 13 maart 2002, FO2002/U60515, gedaan mede namens de Staatssecretaris van Financiën;

Gelet op artikel 13 van de Financiële verhoudingswet;

De Raad van State gehoord (advies van 18 april 2002, nr. W04.02.0123/I);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 12 augustus 2002, nr. FO2002/84023, mede namens de Staatssecretaris van Financiën;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

Gemeenten genoemd in de bijlage bij dit besluit ontvangen in de periode 2002 tot en met 2007 een uitkering uit het gemeentefonds.

Artikel 2

De uitkering is gebaseerd op de uitkering, die in het uitkeringsjaar 2001 aan de gemeenten is verstrekt uit hoofde van het Besluit integratie-uitkering afschaffing precariobelasting op omroepkabels en andere telecommunicatiekabels. De uitkeringsbedragen voor de jaren 2002 tot en met 2007 zijn vermeld in de bijlage bij dit besluit.

Artikel 3

In aanvulling op de uitkering genoemd in artikel 2 wordt de algemene uitkering van de gemeenten Amsterdam en Den Haag in ieder van de uitkeringsjaren 2005 tot en met 2007 verhoogd door een toevoeging aan het vaste bedrag van deze gemeenten, die overeenkomt met € 10 473 005,27 respectievelijk € 431 301,10 gedeeld door de uitkeringsfactor, bedoeld in het Besluit Financiële Verhouding 2001, artikel 1 onder c, die voor dat uitkeringsjaar geldt.

Artikel 4

De uitkering genoemd in artikel 2 wordt herberekend naar rato van de mutatie in het aantal inwoners, indien in de periode 2002 tot en met 2007 bij in de bijlage van dit besluit genoemde gemeenten een wijziging plaatsvindt van de gemeentelijke indeling, als bedoeld in artikel 1 onderdeel b van de Wet algemene regels herindeling.

Artikel 5

Het Besluit integratie-uitkering afschaffing precariobelasting op omroepkabels en andere telecommunicatiekabels1 wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2002.

Artikel 6

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2002.

Artikel 7

Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit voortzetting integratie-uitkering afschaffing precariobelasting op telecommunicatiekabels.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 22 augustus 2002

Beatrix

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. W. Remkes

De Staatssecretaris van Financiën,

S. R. A. van Eijck

Uitgegeven de vierentwintigste oktober 2002

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner

BIJLAGE Integratie-uitkering afschaffing precariobelasting op telecommunicatiekabels voor de uitkeringsjaren 2002 tot en met 2007 (bedragen in euro's)

1234567
Gemeenten per 1-1-2001200220032004200520062007
Amsterdam33 418 947,9732 752 303,9132 085 659,8620 946 010,5310 473 005,270,00
Den Haag2 498 217,512 096 779,441 695 341,37862 602,20431 301,100,00
Apeldoorn1 690 174,511 550 707,191 411 239,867 913 251,367 489 327,187 065 403,00
Eindhoven1 017 934,79833 352,02648 769,242 888 271,312 733 542,492 578 813,67
Rotterdam455 853,660,000,000,000,000,00
Heerlen442 306,23355 958,52269 610,801 140 303,611 079 215,911 018 128,22
Leiden427 448,07321 250,60215 053,14677 324,17641 038,94604 753,72
Helmond366 721,02293 275,23219 829,44910 831,60862 037,05813 242,50
Purmerend263 521,80198 052,93132 584,07417 605,69395 233,95372 862,22
Roermond130 547,1389 565,3448 583,5447 299,7744 765,8642 231,94
Katwijk113 442,9976 230,9639 018,9211 242,8110 640,5110 038,22
Zaanstad85 214,540,000,000,000,000,00
Leiderdorp85 149,8161 392,3637 634,9286 348,7681 722,9477 097,11
Waddinxveen77 740,5353 380,5129 020,4828 998,4127 444,9325 891,44
Oegstgeest76 130,1756 966,5037 802,82115 976,87109 763,83103 550,78
Rijnsburg55 981,0442 533,7029 086,3797 309,5292 096,5186 883,50
Haarlem40 053,250,000,000,000,000,00
Voorburg21 641,300,000,000,000,000,00
Delft12 094,520,000,000,000,000,00
Valkenburg ZH8 396,984 995,671 594,360,000,000,00
Heemstede4 990,430,000,000,000,000,00
Bennebroek2 064,110,000,000,000,000,00
Totaal41 294 572,3638 786 744,8836 900 829,1936 143 376,6124 471 136,4712 798 896,32

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

Als gevolg van wijziging van de Telecommunicatiewet is in 1998 de mogelijkheid vervallen dat gemeenten en provincies precariobelasting kunnen heffen op telecommunicatiekabels. Zij zijn daarvoor gecompenseerd door integratie-uitkeringen uit het gemeentefonds en het provinciefonds. De omvang van deze uitkeringen is bepaald op grond van het Besluit integratie-uitkering afschaffing precariobelasting op omroepkabels en andere telecommunicatiekabels. In dat Besluit is de looptijd van de integratie-uitkeringen beperkt tot uiterlijk 2003. Destijds werd het mogelijk geacht om voordien de integratie in de algemene uitkering van de fondsen voltooid te hebben. Wat betreft het provinciefonds is dit ook gelukt. De integratie-uitkering aan de provincies beliep in 1998 een bedrag van f 215 000. Dat bedrag is in 1999 in de algemene uitkering uit het provinciefonds opgenomen. Wat betreft het gemeentefonds heeft de integratie meer voeten in de aarde. Ten eerste heeft de integratie-uitkering een grotere omvang: in 2001 ging het om f 97,5 miljoen (ruim € 44,2 miljoen). Ten tweede is ze zeer scheef verdeeld: 90% had betrekking op vier gemeenten, 10% ging naar 25 andere gemeenten, het merendeel van de gemeenten viel geheel buiten de uitkering.

In 1998 is met de VNG overeengekomen dat de gemeenten gericht en reëel gecompenseerd zouden worden voor de wegvallende precariobelasting. Door de scheve verdeling wordt dit echter zeer bemoeilijkt. Voor de gemeenten is daarom een langer integratietraject noodzakelijk. Om die reden adviseerde de Raad voor de financiële verhoudingen een verlenging van de integratieperiode met vier jaren (zie het advies van de Rfv van 23 februari 2001, kenmerk Rfv2001/U57613). De integratie van de uitkering zou moeten plaats vinden via de uitkeringsfactor. De reductie van de uitkering zou per gemeente beperkt moeten blijven tot een bedrag per inwoner per jaar. Omdat het voorstel van de Raad toch nog aanzienlijke herverdeeleffecten tot gevolg heeft, hebben wij – mede gezien het met de VNG overeengekomen uitgangspunt – gekozen voor een nog iets langer integratietraject en voor een aangepaste methodiek. In de eerste vier jaren wordt het Rfv-voorstel aangehouden. Vervolgens wordt het resterende gedeelte van de uitkering verwerkt op een wijze die de herverdeeleffecten beperkt. Bij enige grote steden wordt dit resterende gedeelte direct in de algemene uitkering geïntegreerd via het vaste bedrag, bij andere gemeenten wordt het afgekocht. Om de effecten op de uitkeringsfactor te mitigeren, wordt deze operatie in drie stappen gerealiseerd.

Cijfermatige toelichting

Uitgangspunt is de verdeling van de integratie-uitkering in het uitkeringsjaar 2001. Om die reden is het integratietraject uitgewerkt voor de gemeentelijke indeling van dat jaar. Bij de berekeningen is het definitieve inwonertal per 1 januari 2001 aangehouden, zoals dat door het CBS is gepubliceerd. Dit inwonertal is voor alle volgende jaren toegepast.

Tabel 1, kolom 2 toont de verdeling van de integratie-uitkering 2001 in euro's. In navolging van het advies van de Rfv wordt de uitkering in de eerste vier jaren stapsgewijs verlaagd met een vast bedrag van € 0,9075 (f 2,00) per inwoner per jaar (reductie a). De vrijvallende middelen slaan neer in de uitkeringsfactor. In de tabel weerspiegelen de kolommen 3 tot en met 6 het resultaat van deze geleidelijke vermindering van de integratie-uitkering. Na deze vier stappen zijn er in 2005 nog 14 gemeenten, waarvoor een bedrag resteert. Met het oog op beperking van de herverdeeleffecten wordt dit bedrag gericht gecompenseerd. Omdat verwerking op één uitkeringsjaar een ongewenst effect zou hebben op de uitkeringsfactor is de gerichte compensatie verdeeld over drie jaren. In 2005 tot en met 2007 wordt het resterende bedrag steeds met een derde verminderd (reductie b). In tabel 1 geeft kolom 6 dus 2/3 gedeelte van het bedrag dat in 2005 resteert na toepassing van reductie a; in kolom 7 is dat 1/3 gedeelte. In 2007 is de reductie voltooid.Tabel 1. Geleidelijke reductie van de integratie-uitkering 2001 op grond van:

(a) vermindering met € 0,9075 per inwoner per jaar in de periode 2002-2005, en

(b) vermindering van het resterende gedeelte in drie gelijke stappen in de jaren 2005-2007

1234567
Uitkeringsjaar:200120022003200420052006
Gemeenten per 1-1-2001Integratie-uitkeringNa 1 stap volgens (a)Na 2 stappen volgens (a)Na 3 stappen volgens (a)Na 4 stappen volgens (a) na 1 stap volgens (b)Na 4 stappen volgens (a) na 2 stappen volgens (b)
Amsterdam34 085 592,0233 418 947,9732 752 303,9132 085 659,8620 946 010,5310 473 005,27
Den Haag2 899 655,582 498 217,512 096 779,441 695 341,37862 602,20431 301,10
Apeldoorn1 829 641,831 690 174,511 550 707,191 411 239,86847 848,36423 924,18
Eindhoven1 202 517,571 017 934,79833 352,02648 769,24309 457,64154 728,82
Rotterdam996 047,57455 853,660,000,000,000,00
Heerlen528 653,95442 306,23355 958,52269 610,80122 175,3961 087,69
Leiden533 645,53427 448,07321 250,60215 053,1472 570,4536 285,22
Helmond440 166,81366 721,02293 275,23219 829,4497 589,1048 794,55
Purmerend328 990,66263 521,80198 052,93132 584,0744 743,4722 371,73
Roermond171 528,92130 547,1389 565,3448 583,545 067,832 533,92
Katwijk150 655,03113 442,9976 230,9639 018,921 204,59602,29
Zaanstad208 738,9085 214,540,000,000,000,00
Leiderdorp108 907,2585 149,8161 392,3637 634,929 251,654 625,83
Waddinxveen102 100,5577 740,5353 380,5129 020,483 106,971 553,49
Oegstgeest95 293,8576 130,1756 966,5037 802,8212 426,096 213,05
Rijnsburg69 428,3755 981,0442 533,7029 086,3710 426,025 213,01
Haarlem174 705,3840 053,250,000,000,000,00
Voorburg56 722,5321 641,300,000,000,000,00
Delft99 377,8712 094,520,000,000,000,00
Valkenburg ZH11 798,298 396,984 995,671 594,360,000,00
Heemstede28 588,154 990,430,000,000,000,00
Bennebroek6 806,702 064,110,000,000,000,00
Oss35 848,640,000,000,000,000,00
Brunssum22 689,010,000,000,000,000,00
Voorschoten20 420,110,000,000,000,000,00
Hillegom16 789,870,000,000,000,000,00
Culemborg15 882,310,000,000,000,000,00
Landsmeer4 537,800,000,000,000,000,00
Warmond453,780,000,000,000,000,00
Overige gemeenten0,000,000,000,000,000,00
Totaal44 246 184,8341 294 572,3638 786 744,8836 900 829,1923 344 480,2911 672 240,15

Tabel 2, kolom 2 geeft voor alle 14 gemeenten de bedragen die in 2005 resteren na de geleidelijke verlaging met viermaal € 0,9075 per inwoner (reductie a). Zij worden in drie tranches verlaagd tot nul (reductie b). Deze drie tranches vormen het aanknopingspunt voor de gerichte compensatie. Tabel 2 geeft in de kolommen 3 en 4 aan hoe dit gebeurt.

Bij Amsterdam en Den Haag kan de compensatie gerealiseerd worden door drie achtereenvolgende structurele verhogingen van het vaste bedrag (kolom 3). Zo'n specifieke maatregel is bij de andere gemeenten niet mogelijk. Daarom wordt bij deze gemeenten het in 2005 resterende bedrag afgekocht. De afkoopsom is voor ieder van de drie tranches bepaald als de contante waarde van een eeuwigdurende rente bij een rentepercentage van 6% (kolom 4).

Tabel 2. De gerichte compensatie van het resterend bedrag 2005 via de vaste bedragen c.q. de afkoopsommen

1234
Gemeenten per 1-1-2001Bedrag resterend na reductie aIntegratie via vaste bedragen (3x)Afkoopsommen (3x)
Amsterdam31 419 015,8010 473 005,270,00
Den Haag1 293 903,30431 301,100,00
Apeldoorn1 271 772,540,007 065 403,00
Eindhoven464 186,460,002 578 813,67
Rotterdam0,000,000,00
Heerlen183 263,080,001 018 128,22
Leiden108 855,670,00604 753,72
Helmond146 383,650,00813 242,50
Purmerend67 115,200,00372 862,22
Roermond7 601,750,0042 231,94
Katwijk1 806,880,0010 038,22
Zaanstad0,000,000,00
Leiderdorp13 877,480,0077 097,11
Waddinxveen4 660,460,0025 891,44
Oegstgeest18 639,140,00103 550,78
Rijnsburg15 639,030,0086 883,50
Overige gemeenten0,000,000,00
Totaal35 016 720,4410 904 306,3712 798 896,32

Toelichting per artikel

Artikel 1

Uit hoofde van het Besluit integratie-uitkering afschaffing precariobelasting op omroepkabels en andere telecommunicatiekabels ontvingen 29 gemeenten in 2001 een integratie-uitkering. Uit tabel 1 (kolom 3) blijkt dat deze uitkering voor zeven gemeenten lager was dan € 0,9075 per inwoner. Na de eerste reductie vallen deze gemeenten in 2002 buiten de regeling. Zij zijn daarom niet vermeld in de bijlage en ontvangen geen integratie-uitkering in de jaren 2002-2007.

Artikel 2

De totale integratie-uitkering, vermeld in de bijlage, komt voor de jaren 2002 tot en met 2004 overeen met de bedragen die resteren uit de stapsgewijze reductie van de integratie-uitkering 2001 (tabel 1, kolommen 3 tot en met 5). Voor de jaren 2005 tot en met 2007 komt ze overeen met het saldo van de bedragen genoemd in tabel 1 (kolommen 6 en 7) en de afkoopsommen genoemd in tabel 2 (kolom 4).

Artikel 3

Het artikel vermeldt de drie toevoegingen aan de vaste bedragen van Amsterdam en Den Haag in de jaren 2005 tot en met 2007 (zie boven tabel 2, kolom 3). De verwerking van deze bedragen zal op de gebruikelijke wijze gebeuren. Bij de meicirculaire van het jaar voorafgaand aan het betreffende uitkeringsjaar worden de toe te voegen bedragen omgezet in bedragen in basis via deling door de dan vigerende uitkeringsfactor van het uitkeringsjaar. Vervolgens worden de uitkomsten verwerkt in de verdeeltabel van dat jaar bij de vaste bedragen van Amsterdam en Den Haag.

Artikel 4

De berekening van de integratie-uitkering is gebaseerd op de gemeentelijke indeling 2001. Herberekening vindt alleen plaats bij een wijziging van de gemeentelijke indeling, als bedoeld in artikel 1, onderdeel b van de Wet algemene regels herindeling. Dat wil zeggen als meer dan 10% van de inwoners van een gemeente betrokken is bij een herindeling.

Artikel 5

Het genoemde Besluit kan vervallen omdat de integratie-uitkering voor alle jaren tot en met 2001 definitief is vastgesteld. Er zijn geen bezwaren die moeten worden afgehandeld.

Artikel 6

Het voornemen om de betreffende middelen via het in dit Besluit geschetste traject in de algemene uitkering te integreren is ruim voor 1 januari 2002 bekend gemaakt (zie de septembercirculaire gemeentefonds van 2001). Tegen deze achtergrond is er geen beletsel om deze regeling met terugwerking tot die datum van kracht te laten zijn.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

J. W. Remkes

De Staatssecretaris van Financiën,

S. R. A. van Eijck


XNoot
1

Stb. 1999, 193.

XHistnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.

Naar boven