Besluit van 22 juli 2002, houdende de herindeling van de ministeriële taak met betrekking tot het telecommunicatie- en postbeleid alsmede met betrekking tot het beleid ten aanzien van de kabelsector en digitale televisie en radio via de ether

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken, d.d. 22 juli 2002, kenmerk 02M435324;

Gelet op artikel 44 van de Grondwet;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

Onze Minister van Economische Zaken wordt belast met de behartiging van de aangelegenheden op het terrein van het telecommunicatie- en postbeleid en het toezicht op dit terrein, voorzover deze zorg voor 22 juli 2002 was opgedragen aan Onze Minister van Verkeer en Waterstaat.

Artikel 2

Onze Minister van Economische Zaken wordt belast met de behartiging van het beleid ten aanzien van marktordening en tarieven voor het gebruik van de infrastructuur in de kabelsector en ten aanzien van digitale televisie en radio via de ether, voorzover deze zorg voor 22 juli 2002 was opgedragen aan Onze Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen.

Artikel 3

De taken van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen en het Ministerie van Economische Zaken worden dienovereenkomstig gewijzigd.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 22 juli 2002.

Onze Minister-President, Minister van Algemene Zaken en Onze Ministers van Economische Zaken, van Verkeer en Waterstaat en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen zijn belast met de uitvoering van dit besluit, dat met de daarbijbehorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst en waarvan afschrift zal worden gezonden aan de Hoge Colleges van Staat, de ministerraad, de Gevolmachtigde Ministers van de Nederlandse Antillen en van Aruba en de ministeries.

's-Gravenhage, 22 juli 2002

Beatrix

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

J. P. Balkenende

Uitgegeven de achtste augustus 2002

De Minister van Justitie a.i.,

J. P. Balkenende

NOTA VAN TOELICHTING

Met dit besluit wordt uitvoering gegeven aan hetgeen in paragraaf 8 van het Strategisch Akkoord voor Kabinet CDA, LPF, VVD van 3 juli 2002 «Werken aan vertrouwen, een kwestie van aanpakken» is gesteld over telecommunicatie en media.

Genoemd akkoord bevat de navolgende passage: «Gelet op de grote invloed van informatie- en communicatietechnologie op de samenleving en het belang voor de economische ontwikkeling is een geïntegreerde beleidsaanpak op dit terrein noodzakelijk. Daarom wordt het directoraat-generaal Telecommunicatie en Post inclusief het betrokken deel van de V&W-inspectie van het ministerie van Verkeer en Waterstaat toegevoegd aan het ministerie van Economische Zaken.

Het beleid ten aanzien van de kabelsector en de digitalisering van de ether, dat nu wordt behartigd door OC&W, gaat eveneens naar EZ. Dit laat de verantwoordelijkheid van OC&W ten aanzien van het mediabeleid onverlet.»

Met het onderhavige besluit wordt de verantwoordelijkheid voor het telecommunicatie- en postbeleid en het toezicht op dit terrein overgedragen van de Minister van Verkeer en Waterstaat naar de Minister van Economische Zaken. Voorts gaat hiermee de verantwoordelijkheid voor het beleid ten aanzien van marktordening en tarieven voor het gebruik van de infrastructuur in de kabelsector en ten aanzien van digitale televisie en radio via de ether over van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen naar de Minister van Economische Zaken. Deze aanpassing is in lijn met de nieuwe Europese richtlijnen voor de elektronische communicatiesector.

De organisatorische aspecten van de overgang van de verantwoordelijkheid van de Minister van Verkeer en Waterstaat, onderscheidenlijk de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen naar de Minister van Economische Zaken zullen nader worden uitgewerkt in overleg tussen de genoemde ministers. De met de overgang van de beleidsverantwoordelijkheid samenhangende overgang van verplichtingen die voortvloeien uit het dienstverband met personeel, zal geschieden op een bij afzonderlijk besluit te bepalen nader tijdstip.

Aan het besluit is terugwerkende kracht gegeven tot en met 22 juli 2002, de dag waarop het nieuwe kabinet is aangetreden.

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

J. P. Balkenende

Naar boven