Besluit van 21 juni 2002, houdende wijziging van
het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling van levensmiddelen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
van 26 april 2002, GZB/VVB 2278028, gedaan in overeenstemming met Onze Ministers
van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, en van Economische Zaken;
Gelet op artikel 1, tweede lid, van verordening (EG) nr. 2375/2001
van de Raad van de Europese Unie van 29 november 2001 (PbEG L 321) tot wijziging
van verordening (EG) nr. 466/2001 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen
tot vaststelling van maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen,
alsmede op artikel 4, eerste lid, onder a, en artikel13, onder a, van de Warenwet;
De Raad van State gehoord (advies van 6 juni 2002, nummer W13.02.0198/III);
Gezien het nader rapport van Onze Ministers van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport van 20 juni 2002, VGB/VL229199Y, uitgebracht in overeenstemming met
Onze Ministers van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, en van Economische
Zaken;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Artikel 2, negende lid, van het Warenwetbesluit Bereiding en behandeling
van levensmiddelen1 komt te luiden:
9. Het is verboden te handelen in strijd met artikel 1, eerste lid, artikel
2, derde lid, artikel 4, tweede en derde lid, en artikel 4 bis, van verordening
(EG) 466/2001.
ARTIKEL II
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 2002.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota
van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
histnoot's-Gravenhage, 21 juni 2002
Beatrix
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E. Borst-Eilers
Uitgegeven de zevenentwintigste juni 2002
De Minister van Justitie,
A. H. Korthals
NOTA VAN TOELICHTING
Op 6 december 2001 is gepubliceerd verordening (EG) nr. 2375/2001 van
de Raad van de Europese Unie van 29 november 2001 (PbEG L 321) tot wijziging
van verordening (EG) nr. 466/2001 van de Commissie van de Europese Gemeenschappen
tot vaststelling van maximumgehalten aan bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen,
verder te noemen: verordening (EG) 2375/2001.
Bij verordening 2375/2001 wordt aan verordening (EG) 466/2001 (PbEG L
77) artikel 4bis toegevoegd. Dat artikel 4 bis verbiedt met betrekking tot
dioxinen in de in deel 5 van bijlage I van verordening (EG) 466/2001 bedoelde
producten:
a. producten die voldoen aan de maximumgehalten te mengen met producten
die deze gehalten overschrijden,
b. producten die niet voldoen aan de maximumgehalten te gebruiken als
ingrediënten voor de productie van andere levensmiddelen.
Bij dit besluit wordt het nieuwe artikel 4 bis van verordening (EG) 466/2001
toegevoegd aan de verbodsbepaling van artikel 2, negende lid, van het Warenwetbesluit
Bereiding en behandeling van levensmiddelen. Op grond hiervan zal handelen
in strijd met artikel 4 bis van verordening (EG) 466/2001, verboden zijn met
ingang van 1 juli 2002.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E. Borst-Eilers
XNoot
1Stb. 1992, 678, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 28 november 2001,
Stb. 607.
XHistnoot
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond
van artikel 25a, vijfde lid j° vierde lid onder b, van de Wet op de Raad
van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.