Besluit van 16 mei 2002, houdende vaststelling, van het tijdstip van inwerkingtreding van de wet van 30 januari 2002, houdende wijziging van enige bepalingen van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren in verband met de zuivering van stedelijk afvalwater en toekenning bevoegdheid aan waterschapsbesturen tot vergunningverlening (Stb. 102)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat van 8 mei 2002, nr. HDJZ/WAT/2002/1002, Hoofddirectie Juridische Zaken;

Gelet op artikel VII van de wet van 30 januari 2002, houdende wijziging van enige bepalingen van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren in verband met de zuivering van stedelijk afvalwater en toekenning bevoegdheid aan waterschapsbesturen tot vergunningverlening (Stb.102);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De wet van 30 januari 2002, houdende wijziging van enige bepalingen van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren in verband met de zuivering van stedelijk afval-water en toekenning bevoegdheid aan waterschapsbesturen tot vergunningverlening (Stb. 102) treedt in werking met ingang van 1 juli 2002 en werkt voor wat betreft artikel I, onderdelen I tot en met O, terug tot en met 1 januari 2002.

Onze Minister van Verkeer en Waterstaat is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 16 mei 2002

Beatrix

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J. M. de Vries

Uitgegeven de vierde juni 2002

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Naar boven