Besluit van 5 december 2001 tot wijziging van het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders en het Besluit tarieven in strafzaken

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Justitie van 23 oktober 2001, nr. 5128376/01/6;

Gelet op de artikelen 2, tweede lid, en 21 van de Gerechtsdeurwaarderswet, en de artikelen 57, vijfde lid, 57a, derde lid, en 434a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering;

De Raad van State gehoord (advies van 8 november 2001, nr. W03.01.0556/I);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Justitie van 29 november 2001, nr. 5133796/01/6;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders1 wordt gewijzigd als volgt:

A

In de in kolom A tot en met D van onderstaande tabel aangeduide bepalingen wordt het in kolom E opgenomen bedrag telkens vervangen door het in kolom F opgenomen bedrag.

ABCDEF
Artikellidonderdeelhoofdzinhuidig bedragnieuw bedrag
2 a f 140,53€ 65,18
2 b f 135,24€ 62,73
2 c f 111,18€ 51,56
2 d f 118,97€ 55,18
2 e f 184,84€ 85,73
2 f f 248,20€ 115,12
2 g f 365,78€ 169,65
2 h f 401,48€ 186,21
2 i f 294,53€ 136,60
2 j f 209,66€ 97,24
2 k f 179,01€ 83,03
2 l f 245,22€ 113,74
2 m f 426,63€ 197,88
2 n f 183,47€ 85,10
2 o f 253,93€ 117,78
2 p f 90,59€ 42,02
2 q f 559,74€ 259,61
2 r f 380,88€ 176,66
2 s f 139,09€ 64,48
2 t f 486,56€ 225,67
2 u f 130,63€ 60,59
2 v f 363,50€ 168,60
2 w f 422,50€ 195,96
2 x f 211,25€ 97,98
2 y f 100,42€ 46,58
3 a f 17,90€ 8,30
  b f 28,50€ 13,22
  c f 10,61€ 4,92
5   f 34,31€ 15,91
6 a f 34,95€ 16,21
  b f 122,32€ 56,74
7  eerstef 34,31€ 15,91
   tweedef 20,32€ 9,42
81  f 43,29€ 20,07
 2  f 87,08 € 40,39
 2  f 170,28€ 78,98

B

In artikel 1 wordt «in dit besluit opgenomen schuldenaarstarieven» vervangen door: schuldenaarstarieven, vastgesteld bij of krachtens dit besluit.

C

Artikel 2 wordt gewijzigd als volgt:

1. In de aanhef wordt «Onverminderd de artikelen 5 tot en met 11» gewijzigd in: Onverminderd de artikelen 5 tot en met 11 en 14.

2. In de aanhef wordt «de artikelen 57, vijfde lid, 57a, derde lid, en 434a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering» vervangen door: de artikelen 240 en 434a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

3. Onder vervanging van de punt komma in onderdeel w door een punt, komen de onderdelen x en y te vervallen.

D

Artikel 4 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid wordt «bedoeld in artikel 2, onder b, d tot en met o en q tot en met x» vervangen door: bedoeld in artikel 2, onder b, d tot en met o en q tot en met w.

2. In het eerste lid wordt «vastgesteld in» vervangen door: vastgesteld bij of krachtens.

E

In artikel 7 wordt «vastgesteld in» vervangen door: vastgesteld bij of krachtens.

F

Artikel 14 wordt gewijzigd als volgt:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. In de aanhef van het eerste lid wordt na «vastgesteld in de artikelen 2 tot en met 8,» toegevoegd: gelden tot en met 31 december 2002 en.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 2. De tarieven die golden voor 1 januari van ieder jaar, blijven van toepassing met betrekking tot de vergoeding van ambtshandelingen die voor 1 januari van dat jaar zijn verricht.

G

In artikel 17 wordt «de artikelen 57, vijfde lid, 57a, derde lid, en 434a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering» vervangen door: de artikelen 240 en 434a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.

H

In artikel 18 wordt «1 januari 2002» vervangen door: het tijdstip waarop artikel 31, onderdeel L, van hoofdstuk 5 van het bij koninklijke boodschap van 20 juni 2001 ingediende voorstel van wet tot aanpassing van de wetgeving aan de herziening van het procesrecht voor burgerlijke zaken, in het bijzonder de wijze van procederen in eerste aanleg (Kamerstukken II 2000/2001, 27 824, nrs. 1–3), nadat het tot wet is verheven, in werking treedt.

ARTIKEL II

In artikel 10 van het Besluit tarieven in strafzaken2 wordt «met dien verstande dat het tarief voor het uitreiken van gerechtelijke stukken wordt gelijkgesteld met dat voor de betekening van een akte van procureur tot procureur» vervangen door: met dien verstande dat het tarief voor het uitreiken van gerechtelijke stukken € 46,58 bedraagt.

ARTIKEL III

  • 1. De onderdelen A, F en H van artikel I treden in werking met ingang van 1 januari 2002.

  • 2. Indien het bij koninklijke boodschap van 25 oktober 1999 ingediende voorstel van wet tot herziening van het procesrecht voor burgerlijke zaken, in het bijzonder de wijze van procederen in eerste aanleg (Kamerstukken II 1999/2000, 26 855, nrs. 1–3), nadat het tot wet is verheven, in werking treedt, treden artikel I, onderdelen C, subonderdelen 2 en 3, D, subonderdeel 1, en G, en artikel II op hetzelfde tijdstip in werking.

  • 3. Indien artikel 31, onderdeel L, van hoofdstuk 5 van het bij koninklijke boodschap van 20 juni 2001 ingediende voorstel van wet tot aanpassing van de wetgeving aan de herziening van het procesrecht voor burgerlijke zaken, in het bijzonder de wijze van procederen in eerste aanleg (Kamerstukken II 2000/2001, 27 824, nrs. 1–3), nadat het tot wet is verheven, in werking treedt, treden de onderdelen B, C, subonderdeel 1, D, subonderdeel 2, en E van artikel I op hetzelfde tijdstip in werking.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 5 december 2001

Beatrix

De Staatssecretaris van Justitie,

N. A. Kalsbeek

Uitgegeven de dertiende december 2001

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

Het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders van 4 juli 20011 is met de Gerechtsdeurwaarderswet op 15 juli 2001 in werking getreden. Het onderhavige besluit voorziet in een aantal aanpassingen van dat besluit, die verband houden met de jaarlijkse indexering van de vaste schuldenaarstarieven, de invoering van de euro, de herziening van het procesrecht voor burgerlijke zaken, in het bijzonder de wijze van procederen in eerste aanleg (Kamerstukken II 1999/2000, 26 855, nrs. 1–3; verder wetsvoorstel 26 855) en de aanpassing van andere wetgeving aan de herziening van het procesrecht voor burgerlijke zaken, in het bijzonder de wijze van procederen in eerste aanleg (Kamerstukken II 2000/2001, 27 824, nrs. 1–3; verder wetsvoorstel 27 824).

De in het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders vastgestelde, op kostprijs gebaseerde schuldenaarstarieven worden jaarlijks per 1 januari aangepast aan de prijsontwikkeling. De voor 2001 vastgestelde tarieven worden voor de eerste maal met ingang van 1 januari 2002 geïndexeerd. Aangezien de voor 2001 vastgestelde tarieven tot 1 januari 2002 gelden en per 1 januari 2002 door geïndexeerde tarieven worden vervangen, waren deze in het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders in guldens weergegeven. Met het oog op de invoering van de euro per 1 januari 2002, zijn de geïndexeerde tarieven voor 2002 vastgesteld in euro's.

Ook de herziening van het burgerlijke procesrecht voor burgerlijke zaken noopt tot aanpassing van het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders. Indien wetsvoorstel 26 855 tot wet wordt verheven en in werking treedt, heeft dat tot gevolg dat de aanbeveling tot gijzeling en de betekening van de akte van procureur tot procureur als ambtshandelingen van de gerechtsdeurwaarder komen te vervallen. Voorts wordt de wettelijke grondslag van de vaste schuldenaarstarieven in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) gewijzigd. Indien wetsvoorstel 27 824 tot wet wordt verheven en in werking treedt, zal de jaarlijkse indexering van de vaste schuldenaarstarieven voortaan bij ministeriële regeling kunnen geschieden.

Artikelen

ARTIKEL I

Onderdeel A

De vaste schuldenaarstarieven worden jaarlijks met ingang van 1 januari aangepast aan de prijsontwikkelingen in het tweede jaar (t-2) voorafgaand aan het jaar waarin de gewijzigde bedragen zullen gelden, ten opzichte van het daaraan voorafgaande jaar. Zij worden geïndexeerd met een percentage dat overeenkomt met 0,6 x (A – B) + (0,4 x C). In deze indexeringsformule is A gelijk aan het procentuele verschil tussen het indexcijfer van het bruto uurloon, inclusief de bijzondere beloningen, op basis van de CAO-lonen van alle werknemers van het jaar t-2 en het daaraan voorafgaande jaar. B is gelijk aan het procentuele verschil tussen het indexcijfer van de arbeidsproductiviteit in alle sectoren van het jaar t-2 en het daaraan voorafgaande jaar. C is gelijk aan het procentuele verschil tussen de consumentenprijs-indexcijfers voor alle huishoudens van het jaar t-2 en het daaraan voorafgaande jaar. Dat betekent dat voor de indexering van de tarieven voor 2002 de ontwikkelingen van de indexen arbeidskosten, arbeidsproductiviteit en algemeen prijspeil tussen (het gemiddelde van) 1999 en (het gemiddelde van) 2000 relevant zijn. De procentuele stijging van de arbeidskosten is berekend op (132,0 / 128,0) – 1)% = 3,125%. De procentuele stijging van de arbeidsproductiviteit is op basis van CBS-gegevens berekend op ((104,9 /103,7) – 1) % = 1,157%. De procentuele stijging van het algemene prijspijl is berekend op ((111,4 / 108,6) – 1)% = 2,578%. De resulterende indexeringsfactor (0,6 * (3 125 – 1,157))% + (04, * 2,578) % is afgerond op 2,21%. Onderdeel A geeft de aldus geïndexeerde en in euro's omgezette tarieven voor 2002 weer. In het belang van de overzichtelijkheid zijn alle daarvoor in aanmerking komende wijzigingen in één tabel weergegeven.

Onderdelen B, C, subonderdeel 1, D, subonderdeel 2 en E

De vaste, op kostprijs berekende schuldenaarstarieven in het Besluit tarieven ambtshandelingen worden thans nog bij algemene maatregel van bestuur vastgesteld. De periodieke indexering van deze tarieven noodzaakt jaarlijks tot wijziging van het besluit. De wijzigingen in de onderdelen B, C, subonderdeel 1, D, subonderdeel 2 en E van de artikelen 1, 2, 4, eerste lid, en 7 van het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders houden verband met de wijziging van de delegatiebasis in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, zoals die is voorgesteld in artikel 31, onderdeel L, van hoofdstuk 5 van wetsvoorstel 27 824. Indien dat voorstel tot wet wordt verheven en in werking treedt, worden de vaste schuldenaarstarieven voortaan bij of krachtens algemene maatregel van bestuur vastgesteld en kan de jaarlijkse indexering voortaan bij ministeriële regeling op grond van artikel 14 van het besluit plaatsvinden.

Onderdelen C, subonderdeel 2, en G

De vaste schuldenaarstarieven zijn thans nog gebaseerd op de artikelen 57, vijfde lid, 57a, derde lid, en 434a Rv. Indien wetsvoorstel 26 855 tot wet wordt verheven en in werking treedt, zullen deze tarieven voortaan hun grondslag vinden in de artikelen 240 (in wetsvoorstel 26 855: artikel 2.11.11a) en 434a Rv. De wijzigingen in de onderdelen C, subonderdeel 2, en G van de artikelen 2 en 17 van het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders houden verband met deze wijziging.

Onderdelen C, subonderdeel 3, en D, subonderdeel 1

De aanbeveling tot gijzeling en de betekening van de akte van procureur tot procureur zijn thans nog taken waarmee gerechtsdeurwaarder als openbaar ambtenaar bij of krachtens wet is belast. Na inwerkingtreding van wetsvoorstel 26 855 zullen deze twee ambtshandelingen komen te vervallen. Verwezen wordt naar de toelichting op genoemd wetsvoorstel (Kamerstukken II 1999/2000, 26 855, nr. 3, p. 179, onderscheidenlijk nr. 7, p. 3). Als gevolg daarvan dienen ook de schuldenaarstarieven voor deze ambtshandelingen, die thans nog in de onderdelen x en y van artikel 2 van het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders zijn neergelegd, te vervallen. De onderdelen C, subonderdeel 3, en D, subonderdeel 1, voorzien in de noodzakelijke aanpassingen van de artikelen 2 en 4 van dat besluit.

Onderdeel F

De jaarlijkse indexering van de vaste schuldenaarstarieven per 1 januari van ieder jaar, die vanaf 2002 bij ministeriële regeling kan geschieden (zie de onderdelen B, C, subonderdeel 1, D, subonderdeel 2 en E) maakt het noodzakelijk om in het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders duidelijk tot uitdrukking te brengen dat de nieuw vastgestelde tarieven gelden van 1 januari 2002 tot en met 31 december 2002. Verder kan een uitdrukkelijke overgangsbepaling die de toepasselijkheid van de jaarlijks opnieuw vast te stellen tarieven regelt, niet worden gemist. De wijziging in onderdeel F van artikel 14 van het Besluit voorziet hierin. Het nieuwe tweede lid bepaalt dat de oude tarieven (die golden vòòr 1 januari van ieder jaar) ook na 1 januari van dat jaar van toepassing blijven met betrekking tot de vergoeding van ambtshandelingen die voor 1 januari zijn verricht. Daarbij is aangesloten bij het stelsel van artikel 87, tweede lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet, dat de overgang van de tarieven van de vijfde titel van de inmiddels vervallen Wet tarieven in burgerlijke zaken naar het Besluit tarieven ambtshandelingen regelt.

Onderdeel H

Artikel 14 van het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders bevat de opdracht aan de Minister van Justitie om de schuldenaarstarieven jaarlijks aan te passen aan de prijsontwikkeling. In artikel 18 is voorzien in de inwerkingtreding per 1 januari 2002, zijnde de datum waarop de inwerkingtreding van artikel 31, onderdeel L, van hoofdstuk 5 van wetsvoorstel 27 824 is voorzien. Met de wijziging in onderdeel H van artikel 18 wordt de afhankelijkheid van de inwerkingtreding van artikel 14 van het Besluit tarieven ambtshandelingen gerechtsdeurwaarders van de inwerkingtreding van genoemde aanpassingswet duidelijker tot uitdrukking gebracht en gelijktijdige inwerkingtreding gewaarborgd. Artikel III, eerste lid, stelt de indexering van de schuldenaarstarieven en de omzetting naar euro's per 1 januari 2002 – onafhankelijk van wetsvoorstel 27 824 – veilig.

ARTIKEL II

Ingevolge artikel 10 van het Besluit tarieven in strafzaken wordt het tarief voor het uitreiken van gerechtelijke stukken gelijkgesteld met het tarief voor de akte van procureur tot procureur. Indien het wetsvoorstel tot herziening van het procesrecht voor burgerlijke zaken, in het bijzonder de wijze van procederen in eerste aanleg (Kamerstukken II, 1999–2000, 26 855) tot wet wordt verheven en in werking treedt zal de betekening van de akte van procureur tot procureur als ambtshandeling vervallen en niet langer van een vast schuldenaarstarief zijn voorzien (zie artikel I, onderdelen C, subonderdeel 3, en D, subonderdeel 1). Artikel II voorziet in de noodzakelijke wijziging van het Besluit tarieven in strafzaken. Het tarief voor het uitreiken van gerechtelijke stukken, gelijk aan het voor 2002 geïndexeerde tarief voor de betekening van de akte van procureur tot procureur, is voortaan in het Besluit tarieven in strafzaken zelf opgenomen.

ARTIKEL III

Met het eerste lid worden de indexering en omzetting in euro's van de daar genoemde tarieven geregeld. Tevens regelt het eerste lid de gelijktijdige inwerkingtreding van artikel 14 van het Besluit tarieven ambshandelingen gerechtsdeurwaarders en wetsvoorstel 27 824. De datum van inwerkingtreding van de overige artikelonderdelen is afhankelijk van de inwerkingtreding van de wetsbepalingen waarop zij gebaseerd zijn.

De Staatssecretaris van Justitie,

N. A. Kalsbeek


XNoot
1

Stb. 2001, 325.

XNoot
2

Stb. 1970, 551, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 14 september 2001, Stb. 415.

XHistnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

XNoot
1

Stb. 2001, 325.

Naar boven