Besluit van 5 november 2001, houdende vaststelling
van de vergoedingen van de voorzitter en de leden van de Commissie innovatie
stedelijke vernieuwing
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke
Ordening en Milieubeheer van 30 oktober 2001, nr. MJZ2001118 793, Centrale
Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;
Gelet op artikel 3 van het Vacatiegeldenbesluit 1988;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
De vergoeding van de voorzitter van de Commissie innovatie stedelijke
vernieuwing, bedoeld in artikel 10 van het Besluit bevordering innovatieve
ontwikkelingen stedelijke vernieuwing, wordt vastgesteld volgens het maximum
salarisnummer behorend bij schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit
Burgerlijke Rijksambtenaren 1984, uitgaande van een arbeidsduur van gemiddeld:
a. 20 uren per maand gedurende de maanden juni tot en met oktober 2001;
b. 16 uren per maand gedurende de maanden april tot en met oktober van
elk van de jaren 2002 tot en met 2004.
Artikel 2
De vergoeding van de leden van de Commissie innovatie stedelijke vernieuwing,
bedoeld in artikel 10 van het Besluit bevordering innovatieve ontwikkelingen
stedelijke vernieuwing, wordt vastgesteld volgens het maximum salarisnummer
behorend bij schaal 18 van bijlage B van het Bezoldigingsbesluit Burgerlijke
Rijksambtenaren 1984, uitgaande van een arbeidsduur van gemiddeld:
a. 15 uren per maand gedurende de maanden juli tot en met oktober 2001;
b. 10 uren per maand gedurende de maanden april tot en met oktober van
elk van de jaren 2002 tot en met 2004.
Artikel 3
1. Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1
juni 2001.
2. Dit besluit vervalt met ingang van 1 januari 2005.
Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota
van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
's-Gravenhage, 5 november 2001
Beatrix
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer,
J. W. Remkes
Uitgegeven de twintigste november 2001
De Minister van Justitie,
A. H. Korthals
NOTA VAN TOELICHTING
Algemeen
Artikel 10 van het Besluit bevordering innovatieve ontwikkelingen stedelijke
vernieuwing bepaalt dat er een Commissie innovatie stedelijke vernieuwing
is.
De Commissie heeft tot taak het adviseren over en het vaststellen van
een rangorde van projectvoorstellen, waarvoor op basis van dat besluit subsidie
is aangevraagd.
Besloten is tot het geven van een vaste beloning voor de voorzitter en
de leden van de Commissie. Het vacatiegeld op basis van het Vacatiegeldenbesluit
1988 wordt als onvoldoende beloning ervaren, omdat de voorzitter en de leden
van de Commissie worden benoemd op grond van hun specifieke deskundigheid
en het tijdsbeslag dat het lidmaatschap met zich brengt aanzienlijk is. Daarom
is gekozen voor een vaste beloning als bedoeld in artikel 3 van het Vacatiegeldenbesluit
1988. Een dergelijke vaste beloning wordt bij koninklijk besluit vastgesteld.
Dit besluit strekt daartoe.
Artikel 3, tweede lid
Ingevolge artikel 10, tweede volzin, van het Besluit bevordering innovatieve
ontwikkelingen stedelijke vernieuwing houdt de Commissie innovatie stedelijke
vernieuwing op te bestaan op 1 januari 2005. Daarom vervalt ook dit besluit
op 1 januari 2005.
De Staatssecretaris van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en
Milieubeheer,
J. W. Remkes