Besluit van 26 september 2001 tot wijziging van het Octrooireglement en het Uitvoeringsbesluit Rijksoctrooiwet 1995 (omrekening naar euro)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 19 juni 2001, nr. WJZ 01030926;

Gelet op de artikelen 17A, derde lid, 19B, tweede lid, 21, 22A, vierde lid, 22D, eerste lid, 22G, eerste lid, 22H, eerste lid, 22I, vierde en tiende lid, 22J, eerste lid, 25, eerste lid, 29P, eerste en zevende lid, 33, tweede lid, 35, eerste, tweede en vierde lid, van de Rijksoctrooiwet en 24, vijfde lid, 32, derde lid, 37, derde lid, 61 en 84, derde lid, van de Rijksoctrooiwet 1995;

De Raad van State van het Koninkrijk gehoord (advies van 3 augustus 2001, nr. W10.01.0294/II/K);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 20 september 2001, nr. WJZ 01047310;

De bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Octrooireglement1 wordt gewijzigd als volgt:

A

Artikel 17 wordt gewijzigd als volgt:

a. In het eerste lid wordt «f 355» vervangen door: € 161.

b. In het tweede lid wordt «f 280» vervangen door: € 127.

c. In het derde lid wordt «f 6,50» vervangen door: € 3.

d. In het vierde lid wordt «f 270» vervangen door: € 122.

e. In het vijfde lid wordt «f 355» steeds vervangen door: € 161. Tevens wordt in dat lid «f 1200» vervangen door: € 544. Ook wordt in dat lid «f 2400» vervangen door: € 1 089. Ten slotte wordt in dat lid «f 625» vervangen door: € 283.

f. In het zesde lid wordt «f 385» vervangen door: € 174.

g. In het zevende lid wordt «f 55» vervangen door: € 25.

h. Het achtste lid komt te luiden als volgt:

  • 8. Het bedrag dat krachtens artikel 35, eerste en tweede lid, van de Rijksoctrooiwet ter zake van een octrooi onderscheidenlijk een Europees octrooi elk jaar moet worden betaald, is:

    de eerste maal€ 222
    de tweede maal€ 256
    de derde maal€ 292
    de vierde maal€ 324
    de vijfde maal€ 358
    de zesde maal€ 406
    de zevende maal€ 451
    de achtste maal€ 496
    de negende maal€ 533
    de tiende maal€ 567
    de elfde maal€ 601
    de twaalfde maal€ 648
    de dertiende maal€ 739
    de veertiende maal€ 787
    de vijftiende maal€ 821
    de zestiende maal€ 855
    de zeventiende maal€ 903
    de achttiende en volgende malen€ 937.

i. In het elfde lid wordt «f 12» vervangen door: € 5.

B

Artikel 17A wordt gewijzigd als volgt:

a. In onderdeel a wordt «f 110» vervangen door: € 50.

b. Onderdeel b komt te luiden:

b. de taks, bedoeld in Regel 20.9 van het onder a bedoelde Reglement: € 5 voor elk gewaarmerkt afschrift, vermeerderd met een bedrag van € 1 per bladzijde.

C

Artikel 18 wordt gewijzigd als volgt:

a. In het eerste lid wordt «f 355» vervangen door: € 161.

b. In het tweede lid wordt «f 50» vervangen door: € 22.

c. In het derde lid wordt «f 355» vervangen door: € 161.

d. In het vierde lid wordt «f 60» vervangen door: € 27.

e. In het vijfde lid wordt «f 24» vervangen door: € 11. Tevens wordt in dat lid «f 12» vervangen door: € 5.

f. In het zesde lid wordt «f 60» vervangen door: € 27.

D

In artikel 31H, tweede lid, wordt «Nederlandse valuta» vervangen door: euro.

E

Artikel 34 wordt gewijzigd als volgt:

a. In het tweede lid wordt «f 7» vervangen door: € 3. Tevens wordt in dat lid «f 3,50» vervangen door: € 2.

b. In het derde lid wordt «f 12» vervangen door: € 5.

F

In artikel 36D, eerste lid, wordt «f 2» vervangen door: € 1.

G

In artikel 36E wordt «f 12» vervangen door: € 5.

H

In de bijlage op grond van artikel 14, vierde lid, van het Octrooireglement wordt in de artikelen 3, 5 en 7 «f 225» steeds vervangen door: € 102.

ARTIKEL II

Het Uitvoeringsbesluit Rijksoctrooiwet 19952 wordt gewijzigd als volgt:

A

Artikel 6 wordt gewijzigd als volgt:

a. In het eerste lid wordt «f 355» vervangen door: € 161.

b. In het tweede lid wordt «f 200» vervangen door: € 90.

c. In het derde lid wordt «f 750» vervangen door: € 340. Tevens wordt «f 1750» vervangen door: € 794.

d. In het zesde lid wordt «f 55» vervangen door: € 25.

e. Het zevende lid komt te luiden als volgt:

  • 7. Het bedrag dat krachtens artikel 61, eerste en tweede lid, van de wet ter zake van een octrooi onderscheidenlijk een Europees octrooi elk jaar moet worden betaald, is:

    de eerste maal€ 222
    de tweede maal€ 256
    de derde maal€ 292
    de vierde maal€ 324
    de vijfde maal€ 358
    de zesde maal€ 406
    de zevende maal€ 451
    de achtste maal€ 496
    de negende maal€ 533
    de tiende maal€ 567
    de elfde maal€ 601
    de twaalfde maal€ 648
    de dertiende maal€ 739
    de veertiende maal€ 787
    de vijftiende maal€ 821
    de zestiende maal€ 855
    de zeventiende maal€ 903
    de achttiende en volgende malen€ 937.

f. In het negende lid wordt «f 750» vervangen door: € 340.

B

Artikel 7 wordt gewijzigd als volgt:

a. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «f 110» vervangen door: € 50.

b. In het eerste lid, onderdeel b, wordt «f 20» vervangen door: € 9.

c. In het tweede lid wordt «Nederlandse valuta» vervangen door: euro.

C

Artikel 8 wordt gewijzigd als volgt:

a. In het eerste lid wordt «f 50» vervangen door: € 22.

b. In het tweede lid wordt «f 60» vervangen door: € 27.

c. In het derde lid wordt «f 24» vervangen door: € 11. Tevens wordt «f 12» vervangen door: € 5.

d. In het vierde lid wordt «f 60» vervangen door: € 27.

D

Artikel 26 wordt gewijzigd als volgt:

a. In het eerste lid, onderdeel a, wordt «f 7» vervangen door: € 3. Tevens wordt «f 3,50» vervangen door: € 2.

b. In het eerste lid, onderdeel b, wordt «f 20» vervangen door: € 9.

c. In het eerste lid, onderdeel c, wordt «f 2» vervangen door: € 1.

d. In het tweede lid wordt «f 20» vervangen door: € 9.

E

In artikel 30 wordt «f 1200» vervangen door: € 544.

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2002.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad, in het Publicatieblad van de Nederlandse Antillen en in het Afkondigingsblad van Aruba zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 26 september 2001

Beatrix

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

G. Ybema

Uitgegeven de achttiende oktober 2001

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit strekt ertoe de bedragen die in het Octrooireglement en het Uitvoeringsbesluit Rijksoctrooiwet 1995 worden genoemd, met ingang van 1 januari 2002 in euro uit te drukken. De invoering van de euro als enig wettig betaalmiddel per 1 januari 2002 betekent dat de thans in guldens uitgedrukte taksen omgerekend moeten worden naar euro. Dit besluit treedt ook op die datum in werking.

Deze omzettingsoperatie is in lijn met de rijksbrede aanpassing van alle bedragen aan de euro (zie daarvoor met name Kamerstukken II 1999/2000, 27 042, nr. 1). De aanpassing van bedragen in de Rijksoctrooiwet wordt reeds voorzien in het voorstel van rijkswet, houdende aanpassing van rijkswetten in verband met de vervanging van de gulden door de euro (Rijkswet aanpassing rijkswetten euro; Kamerstukken II 2000/01, 27 473 (R 1668)).

Ten opzichte van de rijksbrede aanpassing aan de euro kent dit besluit een bijzonderheid: er heeft een zekere afronding van de bedragen plaatsgevonden om deze hanteerbaar te maken. Ook zou afronding op eurocenten kunnen leiden tot hoge automatiseringskosten omdat dan de software die door het Bureau voor de Industriële Eigendom wordt gebruikt, zou moeten worden vervangen. In het overgrote deel van de gevallen is de afronding naar beneden, slechts in enkele gevallen naar boven (zie hiervoor ook Kamerstukken II 1999/2000, 27 042, nr. 1, blz. 16). Doordat de afronding in de meeste gevallen naar beneden is, leidt de omzetting van de gulden naar de euro per saldo tot een geringe verlaging van de taksen.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

G. Ybema


XNoot
1

Stb. 1979, 62, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 24 december 1999, Stb. 2000, 12.

XNoot
2

Stb. 1995, 108, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 24 december 1999, Stb. 2000, 12.

XHistnoot

Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging bij het Ministerie van Economische Zaken.

Tevens zal het advies met de daarbij ter inzage gelegde stukken worden opgenomen in het bijvoegsel bij de Staatscourant van 13 november 2001, nr. 220.

Naar boven