Besluit van 5 januari 2001, houdende wijziging van enkele uitvoeringsbesluiten van de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf, de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 en de Comptabiliteitswet

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën van 13 november 2000, no. FM2000/38M, Generale Thesaurie, Directie Financiële Markten, Afdeling Marktgedrag;

Gelet op de artikelen 1, onderdeel n, 40, eerste lid, en 92, eerste lid, van de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf, de artikelen 2, eerste lid, 68, eerste lid, 69, eerste lid, en 187, eerste lid van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 en artikel 32, aanhef en onder e, van de Comptabiliteitswet;

De Raad van State gehoord (advies van 7 december 2000, no. W06.00.0546/IV);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Financiën van 27 december 2000, no. FM2000/307U;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit solvabiliteitsmarge natura-uitvaartverzekeringsbedrijf¹ wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onderdeel b, wordt «ten minste vijf jaar» vervangen door: meer dan vijf jaar.

B

De naam «Verzekeringskamer» wordt vervangen door «Pensioen- & Verzekeringskamer» in:

a. de artikelen 2, tweede lid, onderdelen a, tweede gedachtestreep, b, e, f, derde, vierde en zesde gedachtestreep, en g, eerste gedachtestreep, 4, 5, onderdelen a tot en met c, 6, vierde lid, vijfde lid, aanhef en zesde lid, 7, en 7a, tweede lid;

b. artikel 2, derde lid, van de bijlage.

ARTIKEL II

In het Besluit staten natura-uitvaartverzekeringsbedrijf² wordt de naam «Verzekeringskamer» vervangen door «Pensioen- & Verzekeringskamer» in:

a. de artikelen 1, tweede, derde en vijfde lid, 2, eerste, derde en vierde lid, en 5a, tweede lid;

b. artikel 2, derde lid, van bijlage B.

ARTIKEL III

In het Besluit technische voorzieningen natura-uitvaartverzekeringsbedrijf³ wordt de naam «Verzekeringskamer» vervangen door «Pensioen- & Verzekeringskamer» in:

a. de artikelen 1, vierde lid, 2, 3, tweede lid, 4, onderdeel b, 5, eerste lid, en 5a, tweede lid;

b. artikel 2, derde lid, van de bijlage.

ARTIKEL IV

Het Besluit solvabiliteitsmarge verzekeringsbedrijf 1994⁴ wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2, onderdeel b, wordt «ten minste vijf jaar» vervangen door: meer dan vijf jaar.

B

De naam «Verzekeringskamer» wordt vervangen door «Pensioen- & Verzekeringskamer» in:

a. de artikelen 3, tweede lid, onderdelen a, tweede gedachtestreep, b, e, f, derde, vierde en zesde gedachtestreep, en g, eerste gedachtestreep, 7, 8, onderdelen a tot en met c, 9, vierde tot en met zesde lid, 10, en 11a;

b. artikel 2, derde lid, van de bijlage.

ARTIKEL V

In het Besluit staten verzekeringsbedrijf 1994⁵ wordt de naam «Verzekeringskamer» vervangen door «Pensioen- & Verzekeringskamer» in:

a. de artikelen 1, tweede, derde en vijfde lid, 2, eerste, derde en vierde lid, 5a, tweede lid, en 7, tweede lid;

b. artikel 2, derde lid, van bijlage B.

ARTIKEL VI

In het Besluit technische voorzieningen verzekeringsbedrijf 1994⁶ wordt de naam «Verzekeringskamer» vervangen door «Pensioen- & Verzekeringskamer» in:

a. de artikelen 2, vierde lid, 7, 10, eerste tot en met derde lid, aanhef, en 10a, tweede lid;

b. de artikelen 3, aanhef, 6, aanhef, 7, aanhef,en 9 van bijlage B;

c. de artikelen 2, 3, en 5 van bijlage C;

d. artikel 2, derde lid, van bijlage D.

ARTIKEL VII

In het Besluit uitvoering overeenkomst EEG/Zwitserland inzake verzekeringstoezicht 1994⁷ wordt de naam «Verzekeringskamer» vervangen door «Pensioen- & Verzekeringskamer» in de artikelen 3, eerste en tweede lid, 4, eerste en tweede lid, 5, 7, eerste en tweede lid, 8, eerste tot en met vierde, zesde en zevende lid, 9, eerste, tweede en vierde lid, 10, eerste tot en met derde lid, 11, eerste tot en met vierde lid, en 12, eerste en vierde lid.

ARTIKEL VIII

In het Besluit vrijgestelde instellingen voor publiekrechtelijke ziektekostenregelingen 1994⁸ wordt de naam «Verzekeringskamer» vervangen door «Pensioen- & Verzekeringskamer» in:

a. artikel 2a, tweede lid;

b. artikel 2, derde lid, van de bijlage.

ARTIKEL IX

In het Besluit vrijgestelde onderlinge waarborgmaatschappijen 1994⁹ wordt de naam «Verzekeringskamer» vervangen door «Pensioen & Verzekeringskamer» in:

a. de artikelen 1, eerste, tweede, vierde tot en met achtste lid, 2, eerste lid, aanhef en onderdeel c, 3, eerste lid, aanhef, 4, eerste lid, onderdelen a tot en met d en tweede lid, 5, eerste en tweede lid, 8, 9, eerste lid, aanhef, derde en vierde lid, 10, 12, derde lid, 13, aanhef, en 13a, tweede lid;

b. artikel 2, derde lid, van de bijlage.

ARTIKEL X

In het Besluit aanvullend toezicht verzekeraars in een verzekeringsgroep¹⁰ wordt de naam «Verzekeringskamer» vervangen door «Pensioen- & Verzekeringskamer» in de artikelen 2, tweede en derde lid, 3, vierde lid, 6, 9, vierde lid, aanhef en onderdeel c en vijfde lid, 10, tweede lid, 12, tweede lid, 13, 14, 16, tweede tot en met vijfde lid, en 17, eerste lid.

ARTIKEL XI

Artikel 1 van het Besluit van 25 april 1994, houdende ontheffing van de verplichting te beschikken over het minimum bedrag van het garantiefonds voor levensverzekeraars (Stb. 317)¹¹ komt te luiden:

Artikel 1

Onder de in artikel 2 gestelde beperkingen worden de volgende verzekeraars ontheven van de verplichting te beschikken over het minimum bedrag van het garantiefonds, bedoeld in artikel 68, tweede lid, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993:

a. Wederkerige Verzekeringmaatschappij «Begrafenis Sociëteit» W.A., gevestigd te Edam;

b. Onderling Fonds Sliedrecht B.A., gevestigd te Sliedrecht;

c. Tiels Onderling Fonds tot uitkering bij overlijden «Gustaaf Adolf» U.A., gevestigd te Tiel.

ARTIKEL XII

Artikel 2, vierde lid, onderdeel b, van het Besluit verlening voorschotten 1994¹² komt te luiden:

b. een schadeverzekeraar, aan wie op grond van artikel 24, eerste lid, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 door de Pensioen- & Verzekeringskamer een vergunning is verleend voor de branche borgtocht;.

ARTIKEL XIII

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

^histnoot

's-Gravenhage, 5 januari 2001

Beatrix

De Minister van Financiën,

G. Zalm

Uitgegeven de zestiende januari 2001

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

NOTA VAN TOELICHTING

Met de Wet van 13 december 2000 tot wijziging van een aantal wetten in verband met de naamswijziging van de Verzekeringskamer, alsmede wijziging van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 teneinde op enkele punten de verhouding van de Ministers van Financiën en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid tot de Pensioen- & Verzekeringskamer nader te regelen (Stb. 2001, 21) is de naam van de Verzekeringskamer vervangen door «Pensioen- & Verzekeringskamer».

Door middel van het onderhavige besluit wordt deze naamswijziging ook doorgevoerd in de besluiten waarvoor de Minister van Financiën verantwoordelijk is. Van deze gelegenheid is gebruik gemaakt om tevens enkele kleine onjuistheden te herstellen.

In artikel 2 van het Besluit verlening voorschotten 1994 is de verwijzing naar artikel 10 van de inmiddels ingetrokken Wet toezicht verzekeringsbedrijf gewijzigd in een verwijzing naar het overeenkomende artikel 24, eerste lid, van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993.

In artikel 2, onderdeel b, van het Besluit solvabiliteitsmarge verzekeringsbedrijf 1994 is de zinsnede «ten minste vijf jaar» vervangen door de zinsnede «meer dan vijf jaar». Hierdoor wordt beter uitvoering gegeven aan het bepaalde in artikel 19, onderdeel e, eerste gedachtestreep, van de aan deze bepaling ten grondslag liggende eerste richtlijn levensverzekeringsbedrijf. Een identieke wijziging is aangebracht in het overeenkomstige artikel 1, onderdeel b, van het Besluit solvabiliteitsmarge natura-uitvaartverzekeringsbedrijf.

Tenslotte is het Besluit van 25 april 1994, houdende ontheffing van de verplichting te beschikken over het minimum bedrag van het garantiefonds voor levensverzekeraars (Stb. 317) geactualiseerd. Aanvankelijk werden in dit besluit 5 kleine begrafenisfondsen genoemd. Van deze fondsen hebben inmiddels het Onderling Fonds tot uitkering bij overlijden «Door Eendracht en Spaarzaamheid tot Welvaart» U.A., gevestigd te Tiel en het Onderling begrafenisfonds U.A., gevestigd te Middelharnis, opgehouden te bestaan. Het besluit heeft derhalve geen betrekking meer op deze verzekeraars.

De Minister van Financiën,

G. Zalm

---

1 Stb. 1995, 555, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 21 januari 2000, Stb. 90.

2 Stb. 1995, 643, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 6 juni 2000, Stb. 270.

3 Stb. 1995, 556, gewijzigd bij besluit van 8 december 1999, Stb. 590.

4 Stb. 1994, 449, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 8 december 1999, Stb. 590.

5 Stb. 1994, 478, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 6 juni 2000, Stb. 270.

6 Stb. 1994, 448, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 21 januari 2000, Stb. 90.

7 Stb. 1994, 429, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 21 januari 2000, Stb. 90.

8 Stb. 1994, 316, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 8 december 1999, Stb. 590.

9 Stb. 1994, 314, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 6 juni 2000, Stb. 270.

10 Stb. 2000, 197.

11 Gewijzigd bij besluit van 15 januari 1997, Stb. 20.

12 Stb. 1994, 35, gewijzigd bij besluit van 22 december 1996, Stb. 25.

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.