Besluit van 22 februari 2001 tot wijziging van het Besluit burgerlijke stand 1994

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Justitie van 18 december 2000, Directie Wetgeving, nr. 5070242/00/06:

Gelet op de artikelen 18, derde lid, 19j, eerste lid, en 20d, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek;

De Raad van State gehoord (advies van 1 februari 2001, nr. WO3.00.0604/I);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Justitie van 19 februari 2001, Directie Wetgeving, nr. 50807641/01/06:

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit burgerlijke stand 19941 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 28 komt te luiden:

Artikel 28

  • 1. De akte die aan de ambtenaar van de burgerlijke stand op grond van artikel 44, eerste lid, onder a, respectievelijk artikel 80a, zesde lid van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek ter hand moet worden gesteld, is een afschrift van de geboorteakte als bedoeld in artikel 26 van dit besluit. Is dit in geval van geboorte buiten Nederland niet mogelijk, dan kan met een uittreksel worden volstaan.

  • 2. Het gewaarmerkt afschrift van gegevens uit de basisadministratie persoonsgegevens, bedoeld in artikel 44, eerste lid, onder a, in verband met artikel 80a, zesde lid van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, wordt overgelegd ten behoeve van de verklaring bedoeld in het derde lid van dit artikel en bevat:

    a. de geslachtsnaam;

    b. de voornamen;

    c. de geboortedatum;

    d. de geboorteplaats;

    e. de gemeente van inschrijving;

    f. de burgerlijke staat, met vermelding van namen en voornamen van eerdere echtgenoten dan wel eerdere geregistreerde partners alsmede de datum en de grond van ontbinding van eerdere huwelijken dan wel beëindiging van eerdere geregistreerde partnerschappen;

    g. de nationaliteit.

  • 3. Een verklaring van de korpschef als bedoeld in artikel 44, eerste lid, onder k, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, bevat:

    a. In een deel A, voorzover van toepassing, de volgende gegevens betreffende de persoon op wie de verklaring betrekking heeft:

    1°. zijn geslachtsnaam, voornamen, datum, plaats en land van geboorte en zijn nationaliteit;

    2°. zijn woonadres, met vermelding van straat, huisnummer, postcode, woonplaats en land, alsmede van de telefoonnummers waar hij bereikbaar is;

    3°. een omschrijving van zijn identiteitsbewijs, met vermelding van het nummer, de plaats en de datum van afgifte;

    4°. een omschrijving van het overgelegde bewijsstuk van permanent verblijf in het buitenland;

    5°. de volgende gegevens over de kinderen tot wie hij in familierechtelijke betrekking staat: geslachtsnaam, voornamen, datum, plaats en land van geboorte, nationaliteit, woon- of verblijfplaats, alsmede de geslachtsnaam en voornamen van de andere ouder, die tot de kinderen in familierechtelijke betrekking staat;

    6°. de volgende gegevens over zijn eerdere echtgenoot of echtgenoten of eerdere geregistreerde partner of geregistreerde partners, zijn echtgenoot of geregistreerde partner: geslachtsnaam, voornamen, datum, plaats en land van geboorte, nationaliteit, plaats, land en datum van de voltrekking van het huwelijk of van de huwelijken of van registratie van het partnerschap of van de partnerschappen, plaats, land, datum en grond van de ontbinding van het eerdere huwelijk of van de eerdere huwelijken en van de beeïndiging van het eerdere partnerschap of van de eerdere partnerschappen;

    7°. de gegevens over de duur van zijn verblijf in Nederland;

    8°. andere relevante gegevens;

    9°. de ondertekende verklaring dat de aanvrager de gegevens onder 1° tot en met 8° naar waarheid heeft verstrekt, met vermelding van plaats en datum;

    10°. de onder 1° tot en met 9° vermelde gegevens betreffende de echtgenoot of aanstaande echtgenoot, of de geregistreerde partner of aanstaande geregistreerde partner van de aanvrager van de verklaring.

    b. In een deel B, voorzover van toepassing, de volgende door de korpschef te verstrekken gegevens met betrekking tot de vreemdeling of vreemdelingen op wie de verklaring betrekking heeft:

    1°. het nummer waaronder betrokkene geregistreerd is in de vreemdelingenadministratie, zijn geslachtsnaam, voornamen, nationaliteit en geboortedatum;

    2°. de vermelding dat betrokkene permanent buiten Nederland verblijft en geen verzoek om een vergunning tot verblijf in Nederland heeft ingediend noch voornemens is een dergelijk verzoek in te dienen;

    3°. de gegevens over zijn verblijfsrechtelijke positie, waaronder de gegevens over het verzoek tot toelating tot Nederland onder vermelding van de datum van het verzoek en het doel van het verblijf, de gegevens inzake de beslissing op het verzoek onder vermelding van de datum van de beslissing en de beperking waaronder de verblijfstitel is verleend, de datum waarop de verleende verblijfstitel zijn geldigheid heeft verkregen en de duur van de geldigheid;

    4°. de gegevens omtrent eerdere verzoeken tot toelating tot Nederland, onder vermelding van het beoogde doel, datum van het verzoek en de beslissing daarop;

    5°. de gegevens over eerder aangevraagde verklaringen als bedoeld inartikel 44, eerste lid, onder k, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek, onder vermelding van de datum van de aanvraag, de grond, het advies van de korpschef, de beslissing van de ambtenaar van de burgerlijke stand of van de ambtenaar van de gemeentelijke basisadministratie, de beslissing van de gerechtelijke instantie en gegevens omtrent de verwijdering van de betrokkene uit Nederland;

    6°. de onder 1° tot en met 5° vermelde gegevens betreffende de echtgenoot of aanstaande echtgenoot, of de geregistreerde partner of aanstaande geregistreerde partner van de persoon op wie de verklaring betrekking heeft;

    7°. het gemotiveerd advies van de korpschef inzake de verklaring;

    8°. de datum van de afgifte van de verklaring onder vermelding van de geslachtsnaam en voornaam dan wel voorletter of voorletters van de behandelende ambtenaar en diens handtekening en

    9°. de gegevens inzake de waarnemingen die de grondslag vormen voor een negatief advies van de korpschef.

  • 4. Bij een verklaring als bedoeld in artikel 44, eerste lid, onder k, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek behoren een deel C en een deel D.

    a. Deel C bevat de volgende door de ambtenaar van de burgerlijke stand respectievelijk de ambtenaar van de gemeentelijke basisadministratie aan de korpschef te verstrekken gegevens, onder vermelding van het nummer waaronder de desbetreffende vreemdeling of vreemdelingen in de vreemdelingenadministratie geregistreerd is of zijn:

    1°. het door de korpschef uitgebrachte advies;

    2°. de beslissing inzake de voltrekking van het huwelijk dan wel de registratie van het partnerschap;

    3°. de beslissing inzake de opname van het huwelijk dan wel het geregistreerde partnerschap in de gemeentelijke basisadministratie, of

    4°. de beslissing inzake de inschrijving van het huwelijk dan wel het geregistreerde partnerschap in de registers van de burgerlijke stand te 's-Gravenhage;

    5°. de plaats, datum, naam, functie en handtekening van de ambtenaar van de burgerlijke stand dan wel ambtenaar van de gemeentelijke basisadministratie die de gegevens heeft verstrekt;

    b. Deel D bevat, onder vermelding van het nummer waaronder de desbetreffende vreemdeling of vreemdelingen in de vreemdelingenadministratie geregistreerd is of zijn, de door de ambtenaar van de burgerlijke stand respectievelijk de ambtenaar van de gemeentelijke basisadministratie aan de korpschef te verstrekken gegevens inzake de beslissing van de gerechtelijke instantie indien door de belanghebbende of belanghebbenden beroep is ingesteld tegen een van de beslissingen genoemd in onderdeel a van dit lid, met vermelding van de plaats, datum, naam, functie en handtekening van de ambtenaar van de burgerlijke stand dan wel van de ambtenaar van de gemeentelijke basisadministratie die de gegevens heeft verstrekt.

B

In artikel 30 wordt na «goedvinden» ingevoegd: van omzettingen van huwelijken, van omzettingen van geregistreerde partnerschappen.

C

In het opschrift van de eerste afdeling van Hoofdstuk 2 wordt na «partnerschap» ingevoegd: van omzetting van een huwelijk, van omzetting van een registratie van een partnerschap.

D

In artikel 36 wordt na «partnerschap» ingevoegd: van omzetting van een huwelijk, van omzetting van een registratie van een partnerschap.

E

In artikel 38 wordt na «partnerschap» ingevoegd: van omzetting van een huwelijk, van omzetting van een registratie van een partnerschap.

F

Artikel 53 wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt na «adoptiefouders» ingevoegd: of van de adoptiefouder.

b. In onderdeel b wordt na «vermelding» ingevoegd: , indien van toepassing,

c. In onderdeel e vervalt de zinsnede «onder vermelding».

G

De aanhef van de achtste afdeling komt te luiden: De huwelijksakte en het uittreksel daarvan, de akte van registratie van een partnerschap en het uittreksel daarvan, de akte van omzetting van een huwelijk en het uittreksel daarvan en de akte van omzetting van een registratie van een partnerschap en het uittreksel daarvan.

H

In het eerste lid van artikel 57 wordt aan onderdeel a na «voornamen» ingevoegd: , onder aanduiding van hun geslacht.

I

In het eerste lid van artikel 57a wordt aan onderdeel a na «voornamen» ingevoegd: , onder aanduiding van hun geslacht.

J

Na artikel 57a worden een nieuw artikel 57b en artikel 57c ingevoegd, luidende:

Artikel 57b

  • 1. De akte van omzetting van een huwelijk in een registratie van een partnerschap vermeldt in het eerste gedeelte achtereenvolgens:

    a. de geslachtsnamen van de geregistreerde partners voor de omzetting van het huwelijk in een registratie van een partnerschap, alsmede hun voornamen, onder aanduiding van hun geslacht;

    b. de plaats en dag van geboorte van de geregistreerde partners;

    c. de geslachtsnamen van de geregistreerde partners na de omzetting van het huwelijk in een registratie van een partnerschap;

    d. de dag van de omzetting van het huwelijk in een registratie van een partnerschap en de plaats waar de omzetting heeft plaatsgevonden.

  • 2. De akte vermeldt in het tweede gedeelte de geslachtsnamen en de voornamen van de ouders van de geregistreerde partners.

  • 3. De akte vermeldt in het derde gedeelte, voorzover toepasselijk, de nationaliteit die een niet Nederlandse geregistreerde partner ten tijde van de omzetting van het huwelijk in de registratie van een partnerschap vermoedelijk heeft.

  • 4. De ambtenaar van de burgerlijke stand, bedoeld in artikel 40, eerste lid, onder a, van dit besluit is de ambtenaar bedoeld in artikel 77a, eerste lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.

Artikel 57c

  • 1. De akte van omzetting van een registratie van een partnerschap in een huwelijk vermeldt in het eerste gedeelte achtereenvolgens:

    a. de geslachtsnamen van de echtgenoten voor de omzetting van de registratie van een partnerschap in een huwelijk, alsmede hun voornamen, onder aanduiding van hun geslacht;

    b. de plaats en dag van geboorte van de echtgenoten;

    c. de geslachtsnamen van de echtgenoten na de omzetting van de registratie van het partnerschap in een huwelijk;

    d. de dag van de omzetting van de registratie van het partnerschap in een huwelijk en de plaats waar de omzetting heeft plaatsgevonden;

  • 2. De akte vermeldt in het tweede gedeelte de geslachtsnamen en de voornamen van de ouders van de echtgenoten.

  • 3. De akte vermeldt in het derde gedeelte, voorzover toepasselijk, de nationaliteit die een niet Nederlandse echtgenoot ten tijde van de omzetting van de registratie van een partnerschap in het huwelijk vermoedelijk heeft.

  • 4. De ambtenaar van de burgerlijke stand, bedoeld in artikel 40, eerste lid, onder a, van dit besluit is de ambtenaar bedoeld in artikel 80f, eerste lid, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek.

K

Artikel 59 wordt als volgt gewijzigd:

a. In het eerste lid wordt aan de tweede volzin toegevoegd: , dan wel inzake de omzetting van het huwelijk in een registratie van een partnerschap.

b. In het tweede lid wordt aan de tweede volzin toegevoegd: , dan wel inzake de omzetting van de registratie van een partnerschap in een huwelijk.

c. Er worden een derde en een vierde lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Het uittreksel van de akte van omzetting van een huwelijk in een registratie van een partnerschap vermeldt de in artikel 57b, eerste lid, vermelde gegevens.

  • 4. Het uittreksel van de akte van omzetting van de registratie van een partnerschap in een huwelijk vermeldt de in artikel 57c, eerste lid, vermelde gegevens.

L

Artikel 60a wordt als volgt gewijzigd:

In het eerste lid, onderdeel a, wordt na «partners» ingevoegd: onder aanduiding van hun geslacht.

ARTIKEL II

A

Onderdeel A van Artikel 1 van dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de artikelen I, onderdelen B, C, F en G en IV van de wet tot wijziging van de regeling van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het naamrecht, de voorkoming van schijnhuwelijken en het tijdstip van de totstandkoming van de scheiding van tafel en bed alsmede van enige andere wetten (Stb. 2001, 11), in werking treden.

B

De onderdelen B tot en met L van Artikel 1 van dit besluit treden in werking op het tijdstip waarop de wet tot wijziging van de regeling van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de openstelling van het huwelijk voor personen van hetzelfde geslacht (Wet openstelling huwelijk) (Stb. 2001, 9) in werking treedt.

ARTIKEL III

A

Indien de wet tot Algehele herziening van de Vreemdelingenwet (Vreemdelingenwet 2000) (Stb. 2000, 495) in werking treedt voor het tijdstip waarop de artikelen I, onderdelen B, C, F en G en IV van de wet tot wijziging van de regeling van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het naamrecht, de voorkoming van schijnhuwelijken en het tijdstip van de totstandkoming van de scheiding van tafel en bed alsmede van enige andere wetten (Stb. 2001, 11), in werking treden, wordt artikel 28, derde lid van het Besluit burgerlijke stand 1994 als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel a, wordt in 10° de zinsnede «verzoek om toelating» vervangen door: aanvraag tot toegang.

2. Onderdeel b wordt als volgt gewijzigd:

a. in 1° wordt de zinsnede «vergunning tot verblijf» vervangen door: verblijfsvergunning.

b. in 2° wordt de zinsnede «vergunning tot verblijf» vervangen door: verblijfsvergunning.

c. 3° komt te luiden: indien van toepassing, de datum van verlening en intrekking van een eerdere verblijfsvergunning; indien van toepassing, de datum van uitzetting; indien van toepassing, de omstandigheid dat tegen de intrekking of de uitzetting een procedure aanhangig is gemaakt, onder vermelding dat betrokkene de afloop al dan niet in Nederland mag afwachten;

d. 4° komt te luiden: indien van toepassing, de omstandigheid dat betrokkene een aanvraag tot toegang heeft ingediend, onder vermelding van het beoogde doel en de datum, de omstandigheid dat die aanvraag al dan niet definitief is afgewezen, onder vermelding dat betrokkene al dan niet de afloop van de procedure in Nederland mag afwachten; indien van toepassing, de datum van uitzetting;

e. in 5° wordt de zinsnede «verzoeken om toelating» vervangen door: aanvragen tot toegang.

B

Indien de wet tot Algehele herziening van de Vreemdelingenwet (Vreemdelingenwet 2000) (Stb. 2000, 495) in werking treedt op of na het tijdstip waarop de artikelen I, onderdelen B, C, F en G en IV van de wet tot wijziging van de regeling in Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het naamrecht, de voorkoming van schijnhuwelijken en het tijdstip van de totstandkoming van de scheiding van tafel en bed alsmede van enige andere wetten (Stb. 2001,11) in werking treden, wordt onderdeel A van Artikel I van dit besluit als volgt gewijzigd:

Artikel 28, derde lid, onderdeel b, wordt als volgt gewijzigd:

1. 2° komt als volgt te luiden: de vermelding dat betrokkene permanent buiten Nederland verblijft en geen aanvraag tot het verlenen van een verblijfsvergunning in Nederland heeft ingediend noch voornemens is een dergelijke aanvraag in te dienen.

2. 3° komt als volgt te luiden: de gegevens over zijn verblijfsrechtelijke positie, waaronder de gegevens over de aanvraag tot toegang tot Nederland onder vermelding van de datum van de aanvraag en het doel van het verblijf, de gegevens inzake de beslissing op de aanvraag onder vermelding van de datum van de beslissing en de beperking waaronder de verblijfsvergunning is verleend, de datum waarop de verleende verblijfsvergunning zijn geldigheid heeft verkregen en de duur van de geldigheid.

3. in 4° wordt de zinsnede «verzoeken tot toelating» vervangen door: aanvragen tot toegang.

4. in 5° wordt het woord «verwijdering» vervangen door: uitzetting.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 22 februari 2001

Beatrix

De Staatssecretaris van Justitie,

N. A. Kalsbeek

Uitgegeven de dertiende maart 2001

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

In de Wet tot wijziging van de regeling in Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het naamrecht, de voorkoming van schijnhuwelijken en het tijdstip van de totstandkoming van de scheiding van tafel en bed alsmede van enige andere wetten (Stb. 2001, 11), wordt de toepassing van het regime ter voorkoming van schijnhuwelijken uitgebreid tot geregistreerde partnerschappen. Dat betekent concreet dat voor de registratie van een partnerschap, de opname van een in het buitenland geregistreerd partnerschap in de gemeentelijke basisadministratie en de inschrijving van een in het buitenland geregistreerd partnerschap in de registers van de burgerlijke stand te 's-Gravenhage een verklaring van de korpschef (D79-formulier) dient te worden overgelegd ten aanzien van de verblijfsrechtelijke positie van de geregistreerde partner of aanstaande geregistreerde partner, indien deze niet beschikt over een zelfstandige titel tot verblijf voor onbepaalde tijd in Nederland. De inhoud van het bestaande D79-formulier dient hiertoe te worden aangepast.

Verder is overeenkomstig de toezegging gedaan aan de Tweede Kamer bij brief van 2 november 1998 (kamerstukken II 1998/1999, 26 276) het voormelde formulier op een andere wijze gestruktureerd waardoor het gebruiksvriendelijker is en meer nuttige gegevens bevat.

In de Wet openstelling huwelijk (Stb. 2001, 9) wordt geregeld dat een huwelijk niet meer alleen door personen van verschillend geslacht, maar ook door personen van gelijk geslacht kan worden aangegaan. Dat betekent dat personen van verschillend geslacht en personen van gelijk geslacht, mits zij voldoen aan de daarvoor geldende wettelijke vereisten, kunnen beslissen of zij een huwelijk sluiten dan wel een geregistreerd partnerschap aangaan.

Voor personen van gelijk geslacht was het tot nu toe alleen mogelijk hun verbintenis een juridische basis te geven door een geregistreerd partnerschap aan te gaan. Degenen die dat hebben gedaan, maar de voorkeur geven aan een huwelijk, hoeven niet over te gaan tot beëindiging van het geregistreerd partnerschap om vervolgens met elkaar te kunnen huwen. Zij kunnen het geregistreerd partnerschap omzetten in een huwelijk. Deze mogelijkheid geldt ook voor die personen van verschillend geslacht voor wie het huwelijk wel openstond, maar die hebben gekozen voor het geregistreerd partnerschap.

Omgekeerd geldt de mogelijkheid tot omzetting eveneens voor degenen die gehuwd zijn, maar bij nader inzien een geregistreerd partnerschap prefereren. Zij kunnen hun huwelijk laten omzetten in een geregistreerd partnerschap. De omzetting geschiedt door middel van een door de ambtenaar van de burgerlijke stand, dan wel buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand op te maken akte van omzetting. Dat is een nieuwe akte van de burgerlijke stand. Het betreft eigenlijk twee nieuwe akten: de akte van omzetting van een huwelijk in een registratie van een partnerschap en de akte van omzetting van een registratie van een partnerschap in een huwelijk. De eerstgenoemde akte zal worden opgenomen in het register van partnerschappen en de laatstgenoemde in het register van huwelijken.

Het Besluit burgerlijke stand 1994 is in verband met de invoering van deze nieuwe akten van de burgerlijke stand aangepast.

Voorts is de in artikel 28 van het besluit gebezigde terminologie gewijzigd naar aanleiding van de wet tot Algehele herziening van de Vreemdelingenwet (Vreemdelingenwet 2000) (Stb. 2000, 495).

Artikelen

Artikel I

De nieuwe regelgeving ter voorkoming van schijnhuwelijken en schijngeregistreerde partnerschappen heeft geleid tot wijziging van artikel 28 van het besluit (onderdeel A). Gelet op het aantal wijzigingen is het artikel ten behoeve van de leesbaarheid volledig uitgeschreven.

In het eerste lid is slechts een wijziging van technische aard aangebracht.

Het tweede lid is aangepast in die zin dat bepaald is dat het aldaar genoemde afschrift van gegevens uit de gemeentelijke basisadministratie door betrokkene reeds dient te worden overgelegd ten behoeve van de verkrijging van de D79-verklaring. Tevens is de inhoud van bedoeld afschrift in onderdeel f uitgebreid met de vermelding van de datum en de grond van ontbinding van eerdere huwelijken dan wel beëindiging van eerdere geregistreerde partnerschappen. Op deze wijze wordt door de korpschef inzicht gekregen in het bestaan van eventuele eerdere huwelijken of geregistreerde partnerschappen van de betrokkenen of van een van hen. Deze gegevens kunnen een indicatie vormen voor het schijnkarakter van het voorgenomen huwelijk of de voorgenomen registratie van een partnerschap, waardoor het verstandig is dat de korpschef deze mee kan wegen bij het uitbrengen van zijn advies. Het overgelegde afschrift wordt vervolgens aan de ambtenaar van de burgerlijke stand overgelegd die het onder andere nodig heeft om vast te stellen of hij, gelet op de woonplaats van de betrokkenen, bevoegd is om het huwelijk te voltrekken of het partnerschap te registreren.

Het derde lid van artikel 28 is gewijzigd in verband met de uitbreiding van de toepassing van het artikel tot personen die een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan dan wel voornemens zijn aan te gaan en van wie tenminste een persoon van vreemde nationaliteit is en niet beschikt over een zelfstandige titel tot verblijf voor onbepaalde tijd in Nederland.

De bepaling is voorts aangepast vanwege de nieuwe rangschikking van gegevens op het D79-formulier waardoor het formulier gebruikersvriendelijker en overzichtelijker is. Tevens zijn gegevens toegevoegd waarvan in de praktijk is gebleken dat deze nuttig kunnen zijn.

Het nieuwe onderdeel a van het derde lid, dat deel A van de verklaring betreft dat door de betrokkenen zelf wordt ingevuld, voorziet voortaan tevens in vermelding van de gegevens omtrent de grond van de ontbinding van eerdere huwelijken en van de beëindiging van eerdere geregistreerde partnerschappen.

Het geeft onder 8° aan de betrokkenen ook de mogelijkheid om andere dan de in de verklaring genoemde gegevens toe te voegen indien zij deze in het desbetreffende geval relevant achten.

Aangezien deel B van de D79-verklaring specifiek betrekking heeft op gegevens omtrent de verblijfsrechtelijke positie van de vreemdeling of vreemdelingen die een verklaring als voormeld dient of dienen over te leggen, wordt in dit onderdeel anders dan in onderdeel a dat ook op Nederlanders betrekking kan hebben, gesproken van de vreemdeling of vreemdelingen op wie de verklaring betrekking heeft in plaats van degene op wie de verklaring betrekking heeft.

Aan het nieuwe onderdeel b van dit lid betreffende deel B van de D79-verklaring over de verblijfsrechtelijke positie van de betrokken vreemdeling of vreemdelingen zijn toegevoegd de gegevens over de personalia van de betrokken vreemdeling of vreemdelingen met vermelding van het nummer waaronder deze geregistreerd is of zijn in de vreemdelingenadministratie.

Ook zijn toegevoegd de gegevens over eerdere verzoeken tot verstrekking van een D79-verklaring en over de beslissing op genoemde verzoeken. Op deze wijze kan een beter beeld verkregen worden van de verblijfsrechtelijke positie van de vreemdeling of vreemdelingen in kwestie.

De korpschef dient zijn advies altijd van een motivering te voorzien. Indien zijn advies negatief luidt, dient hij tevens een vragenlijst in te vullen met betrekking tot de waarnemingen die tot zijn negatieve advies hebben geleid. Deel B van de D79-verklaring wordt aan het slot ondertekend door degene die de verklaring afgeeft onder vermelding van zijn naam en de datum van afgifte van de verklaring.

Voor het overige betreffen de wijzigingen in het derde lid puur technische aanpassingen.

Onderdeel c van het derde lid van artikel 28 is verwerkt in het nieuwe onderdeel b en kan derhalve vervallen. De verwerking is gerealiseerd door uitbreiding van het aantal te vermelden gegevens in deel B van de verklaring, de specifieke bepaling onder 7° inhoudende dat de korpschef zijn advies dient te motiveren en het bepaalde onder 9° inhoudende de verplichting voor de korpschef om bij het uitbrengen van een negatief advies nadere achtergrondinformatie te verschaffen.

Aan artikel 28 is een vierde lid toegevoegd. Dat betreft de delen C en D die een aanvulling vormen op de verklaring van de korpschef als bedoeld in artikel 44, eerste lid, onder k, van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en daarvan integraal deel uitmaken.

Deze delen bevatten in deel C gegevens over het verdere verloop van de procedure ten behoeve waarvan de verklaring is aangevraagd, te weten de voltrekking van het voorgenomen huwelijk of de registratie van het voorgenomen partnerschap; de opname van een in het buitenland voltrokken huwelijk of geregistreerd partnerschap in de gemeentelijke basisadministratie van een Nederlandse gemeente of de inschrijving daarvan in de registers van de burgerlijke stand te 's-Gravenhage dan wel de weigering van de ambtenaar van de burgerlijke stand of van de gemeentelijke basisadministratie om daartoe over te gaan, met vermelding van de redenen voor diens weigering.

Deel D bevat gegevens over uitspraken die gedaan zijn in gerechtelijke procedures die naar aanleiding van een – negatieve – beslissing van een ambtenaar van de burgerlijke stand dan wel van een ambtenaar van de gemeentelijke basisadministratie zijn gevoerd. Deze gegevens dienen door de ambtenaar van de burgerlijke stand dan wel de ambtenaar van de gemeentelijke basisadministratie verstrekt te worden aan de korpschef die de desbetreffende verklaring heeft afgegeven, opdat de laatstgenoemde een volledig beeld heeft van het verloop van het geval in kwestie en nader inzicht krijgt in de waarde van het door hem uitgebrachte advies.

Het besluit is, zoals hiervoor aangegeven, voorts gewijzigd tengevolge van de openstelling van het huwelijk voor personen van hetzelfde geslacht, waarbij tevens wordt voorzien in de mogelijkheid van omzetting van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap en van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk.

Er worden daarom twee nieuwe artikelen ingevoerd (onderdeel J): 57b en 57c. Hierin wordt geregeld welke gegevens dienen te worden opgenomen in de akte van omzetting van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap en in de akte van omzetting van een registratie van een partnerschap in een huwelijk.

Dat zijn bij de omzetting van een huwelijk in een registratie van een partnerschap: de geslachtsnamen en de namen van de geregistreerde partners onder aanduiding van hun geslacht, hun geboortegegevens, de dag en plaats van omzetting van het huwelijk, de geslachtsnamen en voornamen van de ouders van de geregistreerde partners, alsmede, voorzover toepasselijk, de nationaliteit van een niet-Nederlandse geregisteerde partner ten tijde van de omzetting van het huwelijk in een registratie van een partnerschap.

Bij omzetting van een registratie van een partnerschap in een huwelijk, worden in de akte van omzetting de volgende gegevens opgenomen: de geslachtsnamen en voornamen van de echtgenoten onder aanduiding van hun geslacht, hun geboortegegevens, de dag en plaats van de omzetting van het partnerschap, de geslachtsnamen en voornamen van de ouders van de echtgenoten, alsmede, voorzover toepasselijk, de nationaliteit van een niet-Nederlandse echtgenoot ten tijde van de omzetting van de registratie van het partnerschap in het huwelijk.

Artikel 59 van het besluit (onderdeel K) is gewijzigd in dier voege dat op een uittreksel van een huwelijksakte en op een uittreksel van een akte van registratie van een partnerschap tevens melding wordt gemaakt van de omzetting van het huwelijk of van de registratie van een partnerschap indien die heeft plaatsgehad. Verder worden in dit artikel twee nieuwe uittreksels van akten van de burgerlijke stand ingevoerd, namelijk het uittreksel van de akte van omzetting van een huwelijk in een registratie van een partnerschap en het uittreksel van een akte van omzetting van een registratie van een partnerschap in een huwelijk.

De wijziging van de artikelen 57, 57a en 60a (onderdelen H, I en L) in dier voege dat het geslacht van de echtgenoten c.q. geregistreerde partners in de akte wordt aangegeven, is noodzakelijk voor het geval dat afschriften of (internationale) uittreksels uit de desbetreffende akten dienen te worden overgelegd in het buitenland. Het dient dan duidelijk te zijn of het gaat om een huwelijk of geregistreerd partnerschap tussen personen van verschillend geslacht of van gelijk geslacht, aangezien men dat aan de hand van de namen van de betrokkenen in het buitenland niet altijd zal kunnen bepalen.

In dit verband zij gewezen op de Overeenkomst van Parijs van 27 september 1956 betreffende de afgifte van bepaalde uittreksels van de Burgerlijke Stand bestemd voor het buitenland (Trb. 1957, 119) die in het kader van de Internationale Commissie van de Burgerlijke Stand (ICBS) tot stand is gekomen. De overeenkomst bevat standaarden voor de internationale uitwisseling van gegevens inzake de burgerlijke stand. De wijzigingen in verband met de invoering van de Wet openstelling huwelijk nopen tot enige aanpassing van de bedoelde standaarden. Hiervoor is de instemming van de ICBS vereist. Thans is in deze organisatie de aanpassing van bijlagen van een aantal overeenkomsten c.q. de overeenkomsten zelf in verband met de invoering van het geregistreerd partnerschap in Nederland voorwerp van bespreking.

De gevolgen van de Wet openstelling huwelijk zullen bij deze bespreking worden betrokken.

De overige wijzigingen in het besluit zijn van puur technische aard.

Artikel II

In dit artikel wordt bepaald dat de inwerkingtreding van onderdeel A van Artikel I van dit besluit samenvalt met de inwerkingtreding van de artikelen I, onderdelen B, C , F en G en IV van de wet tot wijziging van de regeling van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het naamrecht, de voorkoming van schijnhuwelijken en het tijdstip van de totstandkoming van de scheiding van tafel en bed alsmede van enige andere wetten (Stb. 2001, 11).

De inwerkingtreding van de overige onderdelen van Artikel I van dit besluit valt samen met de inwerkingtreding van de wet tot wijziging van de regeling van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de openstelling van het huwelijk voor personen van hetzelfde geslacht (Wet openstelling huwelijk) (Stb. 2001, 9).

Artikel III

De vreemdelingenwet 2000 (Stb. 2000, 495) bevat enkele aanduidingen die anders luiden dan de aanduidingen in de thans geldende vreemdelingenwet. Het onderhavige artikel voorziet in verband daarmee in de terminologische aanpassing van artikel 28 van dit besluit. Hierbij is zowel rekening gehouden met de omstandigheid dat de Vreemdelingenwet 2000 op een eerder tijdstip in werking treedt dan de wet tot wijziging van de regeling van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het naamrecht, de voorkoming van schijnhuwelijken en het tijdstip van de totstandkoming van de scheiding van tafel en bed alsmede van enige andere wetten, als met de omstandigheid dat de Vreemdelingenwet 2000 op hetzelfde of een later tijdstip in werking treedt dan de voormelde wet.

De Staatssecretaris van Justitie,

N. A. Kalsbeek


XNoot
1

Stb. 1994, 160, laatstelijk gwijzigd bij besluit van 27 maart 1998, Stb. 176.

XHistnoot

Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging bij het Ministerie van Justitie.

Tevens zal het advies met de daarbij ter inzage gelegde stukken worden opgenomen in het bijvoegsel bij de Staatscourant van 10 april 2001, nr. 71.

Naar boven