Besluit van 21 december 2000 tot vaststelling van het tijdstip van de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel A, van de Wet van 21 december 2000, houdende wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten (recht van keuze voor ouderdomspensioen in plaats van nabestaandenpensioen en gelijke behandeling van mannen en vrouwen)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, J. F. Hoogervorst, van 7 december 2000, Directie Sociale Verzekeringen, Nr. SV/V&P/00/81251;

Gelet op artikel X, eerste lid, van de Wet van 21 december 2000 houdende wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten (recht van keuze voor ouderdomspensioen in plaats van nabestaandenpensioen en gelijke behandeling van mannen en vrouwen);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Artikel I, onderdeel A, van de Wet van 21 december 2000 houdende wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten (recht van keuze voor ouderdomspensioen in plaats van nabestaandenpensioen en gelijke behandeling van mannen en vrouwen) treedt in werking met ingang van 1 januari 2001.

Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 21 december 2000

Beatrix

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. F. Hoogervorst

Uitgegeven de achtentwintigste december 2000

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

NOTA VAN TOELICHTING

Dit besluit regelt de inwerkingtreding per 1 januari 2001 van artikel I, onderdeel A, van de Wet van 21 december 2000 houdende wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere wetten (recht van keuze voor ouderdomspensioen in plaats van nabestaandenpensioen en gelijke behandeling van mannen en vrouwen). Dat artikel voorziet in het intrekken van het huidige artikel 2b van de Pensioen- en spaarfondsenwet (PSW) zoals dat in de Wet van 30 juni 1994 tot wijziging van de Pensioen- en spaarfondsenwet en enige andere artikelen (Stb. 496) in de PSW is opgenomen, teneinde te voorkomen dat het huidige artikel 2b PSW met ingang van 1 januari 2001 in werking treedt, terwijl het – op grond van artikel I, onderdeel B, van eerstgenoemde wet in te voeren – nieuwe artikel 2b PSW op een nog nader te bepalen datum in werking zal treden.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

J. F. Hoogervorst