Rijkswet van 21 december 2000 tot goedkeuring van het op 6 november 1997 te Straatsburg totstandgekomen Europees Verdrag inzake nationaliteit, en voornemen tot opzegging van de op 13 september 1973 te Bern totstandgekomen Overeenkomst inzake beperking van het aantal gevallen van staatloosheid

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het op 6 november 1997 te Straatsburg totstandgekomen Europees Verdrag inzake nationaliteit en het voornemen tot opzegging van de op 13 september 1973 te Bern totstandgekomen Overeenkomst inzake beperking van het aantal gevallen van staatloosheid, ingevolge artikel 91, eerste lid, van de Grondwet de goedkeuring van de Staten-Generaal behoeven, alvorens het Koninkrijk aan het Verdrag kan worden gebonden en tot de opzegging van de Overeenkomst kan worden overgegaan;

Zo is het dat, dat Wij, de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

Het op 6 november 1997 te Straatsburg totstandgekomen Europees Verdrag inzake nationaliteit, waarvan de Engelse en Franse tekst zijn geplaatst in Tractatenblad 1998, 10, en de vertaling in het Nederlands is geplaatst in Tractatenblad 1998, 149, wordt goedgekeurd voor het gehele Koninkrijk.

Artikel 2

Het voornemen tot opzegging van de op 13 september 1973 te Bern totstandgekomen Overeenkomst inzake beperking van staatloosheid, waarvan de Franse tekst en de Nederlandse vertaling zijn geplaatst in Tractatenblad 1974, 32, wordt goedgekeurd voor het gehele Koninkrijk.

Artikel 3

Deze rijkswet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad, waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad, in het Publicatieblad van de Nederlandse Antillen en in het Afkondigingsblad van Aruba zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te 's-Gravenhage, 21 december 2000

Beatrix

De Staatssecretaris van Justitie,

M. J. Cohen

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. van Aartsen

Uitgegeven de achtentwintigste december 2000

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals


XHistnoot

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Kamerstukken II 1999/2000, 2000/2001, 26 990(R 1647).

Handelingen II 2000/2001, blz. 1663–1669; 1700; 2377–2379; 2651.

Kamerstukken I 2000/2001, 26 990 (R 1647) (145, 145a).

Handelingen I 2000/2001, zie vergadering d.d. 18 en 19 december 2000.

Naar boven