Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
| Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek | Datum ondertekening |
|---|---|---|---|---|
| Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer | Staatsblad 2000, 592 | AMvB |
Authentieke versie (PDF)
Informatie
Gerelateerd
Printen
Delen
Besluit van 12 december 2000, houdende wijziging van het Besluit aanwijzing gevaarlijke afvalstoffen
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 3 februari 1997, nr. MJZ97082212, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;
Gelet op artikel 1.1, eerste lid, van de Wet milieubeheer en artikel 1, vierde lid, van richtlijn nr. 91/689/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 12 december 1991 betreffende gevaarlijke afvalstoffen (PbEG L 377) en beschikking nr. 94/904/EG van de Raad van de Europese Unie van 22 december 1994 tot vaststelling van de lijst van gevaarlijke afvalstoffen overeenkomstig artikel 1, lid 4, van Richtlijn 91/689/EEG betreffende gevaarlijke afvalstoffen (PbEG L 356);
De Raad van State gehoord (advies van 30 juni 1997, no. W08.97.0057);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 5 december 2000, nr. MJZ2000145595, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;
Hebben goedgevonden en verstaan:
ARTIKEL I
Het Besluit aanwijzing gevaarlijke afvalstoffen1 wordt gewijzigd als volgt.
In bijlage I, Lijst van processen waaruit gevaarlijke afvalstoffen vrijkomen, wordt na onderdeel 47 toegevoegd:
48 Anorganische chemische processen 48.1 basische oplossingen
In bijlage II, Lijst van stoffen, onderdeel 4. Klassen, wordt onder Klasse D in onderdeel D.4 na «hydroxiden» ingevoegd: in vaste vorm.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
histnootDe Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
J. P. Pronk
Uitgegeven de eenentwintigste december 2000
De Minister van Justitie,
A. H. Korthals
NOTA VAN TOELICHTING
Bij beschikking van 22 december 1994 (PbEG L 356) heeft de Europese Raad een lijst van gevaarlijke afvalstoffen vastgesteld overeenkomstig artikel 1, vierde lid, van richtlijn nr.91/689/EEG van de Raad van 12 december 1991 betreffende gevaarlijke afvalstoffen (PbEG L 337) (voortaan de richtlijn). De richtlijn dient uiterlijk op 27 juni 1995 te zijn omgezet in de wetgeving van de lidstaten.
Deze datum geldt ook voor de Europese lijst.
In verband met de korte tijd die beschikbaar was voor de omzetting en gelet op de mogelijkheid, neergelegd in artikel 21.6, zesde lid, van de Wet milieubeheer, zijn in de Regeling aanvulling aanwijzing gevaarlijke afvalstoffen, Stcrt. 1995, 121 (voortaan Raaga), ter implementatie van de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen, die afvalstoffen (met uitzondering van basische oplossingen) als gevaarlijke afvalstoffen aangewezen die nog niet als zodanig door het Besluit aanwijzing gevaarlijke afvalstoffen (voortaan: Baga) waren aangewezen. Daarmee is de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen, met uitzondering van de categorie basische oplossingen, tijdig omgezet. Voor de omzetting van de aanwijzing van de categorie basische oplossingen was een wijziging van het Baga noodzakelijk. Door dit wijzigingsbesluit wordt nu ook de categorie basische oplossingen aangewezen als gevaarlijk afval.
In het Comité, bedoeld in artikel 18 van richtlijn nr. 75/442/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 15 juli 1995 betreffende afvalstoffen (PbEG L 194), is een herziening van de Europese lijst in voorbereiding. Wanneer de herziene Europese lijst is vastgesteld, zullen het Baga en de Raaga worden vervangen door regelgeving in één document ter omzetting van die herziene lijst. Het onderhavige besluit beperkt zich in afwachting daarvan tot hetgeen strikt noodzakelijk is om de Europese lijst geheel om te zetten in de Nederlandse regelgeving.
Een ontwerpbesluit is ingevolge artikel 21.6, vierde lid, van de Wet milieubeheer op 18 juli 1996 gepubliceerd in de Staatscourant (nr. 136) en voor commentaar voorgelegd aan de VNG, het IPO en vertegenwoordigers van het bedrijfsleven.
Door het IPO en het bedrijfsleven zijn opmerkingen gemaakt over de wijze waarop in eerste instantie was voorgesteld om de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen te implementeren met betrekking tot asbesthoudend materiaal dat vrijkomt bij bouwen en slopen. De beperking van het besluit tot de aanvulling van het Baga die strikt noodzakelijk is voor de volledige omzetting van de Europese lijst, heeft tot gevolg dat de wijziging van het onderdeel over asbest is geschrapt.
De Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen
De Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen is een bindende, niet-limitatieve lijst. Dit betekent dat minimaal de op de lijst aangewezen gevaarlijke afvalstoffen door de lidstaten moeten worden aangemerkt als gevaarlijke afvalstoffen. De lidstaten mogen daarnaast op grond van de richtlijn ook andere afvalstoffen als gevaarlijke afvalstoffen aanwijzen. Het Baga kan dus in stand blijven, ook voorzover dit besluit meer afvalstoffen als gevaarlijke afvalstoffen aanwijst dan de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen.
Overigens is de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen een minimumlijst, ook in die zin dat de lijst steeds zal worden bijgesteld en uitgebreid.
Het systeem voor de aanwijzing van gevaarlijke afvalstoffen van het Baga (en de Raaga) wijkt enigszins af van dat van de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen. Het Baga geeft allereerst in bijlage I processen aan, met afvalstoffen die daaruit vrijkomen. In bijlage II geeft het stoffen aan, met een concentratiegrenswaarde. Tenslotte is in bijlage III een lijst van uitzonderingen vastgelegd.
Het systeem van de Europese lijst komt neer op het volgende.
In de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen zijn materialen opgenomen. Dit betekent echter niet dat een dergelijk materiaal onder alle omstandigheden een gevaarlijke afvalstof is. Eerst moet worden vastgesteld of er sprake is van een afvalstof voordat de vraag aan de orde is of de afvalstof als een gevaarlijke afvalstof kan worden aangemerkt. Deze systematiek komt overeen met het Baga.
De Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen heeft voorts de vorm van een processenlijst. Deze systematiek is te vergelijken met de lijst van processen van het Baga. De Europese lijst geeft de mogelijkheid om in uitzonderlijke gevallen vast te stellen dat er geen sprake is van een gevaarlijke afvalstof, ook al is de afvalstof op grond van de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen als zodanig aangewezen. Deze systematiek is vergelijkbaar met de uitzonderingsverklaring op grond van het Baga en de Raaga.
Nagegaan is in hoeverre de afvalstoffen die door de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen als gevaarlijke afvalstoffen zijn aangemerkt, ook op grond van het Baga en de Raaga als gevaarlijke afvalstof zijn aangewezen. Daarbij is ervan uitgegaan dat het er niet om gaat de Europese lijst letterlijk om te zetten in een Nederlandse lijst. Het gaat er om dat de door de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen aangewezen afvalstoffen ook in Nederland als gevaarlijke afvalstoffen worden aangemerkt. Dit betekent dat de Europese lijst niet alleen door middel van een lijst van processen, maar ook door middel van een lijst van stoffen geïmplementeerd kan worden. Wanneer in het navolgende wordt gesproken van het Baga, wordt daarmee tevens voorzover nodig gedoeld op de Raaga.
Uit de vergelijking blijkt het volgende:
– Het merendeel van de afvalstoffen die door de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen als gevaarlijke afvalstof worden aangemerkt, wordt ook op grond van de processen van het Baga als een gevaarlijke afvalstof aangewezen.
– In een aantal gevallen is de door de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen omschreven categorie afvalstoffen ruimer dan een daarmee vergelijkbare categorie in het Baga op grond van de lijst van processen. In die gevallen zorgt de lijst van stoffen uit het Baga ervoor dat de stoffen die behoren tot een in de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen genoemde categorie van afvalstoffen ook in Nederland als gevaarlijke afvalstoffen wordt aangemerkt. Dit geldt bijvoorbeeld voor de categorie 06 04 03 arseenhoudend afval. Het Baga wijst in proces 6 (Productie en toepassing van arseen) arseenhoudend filterstof en in proces 10 (Non-ferro-matallurgische processen) arseenhoudend kalk aan als gevaarlijk afval. Verder wijst het Baga door middel van de stoffenlijst in klasse A, onder A2, afvalstoffen waarin het arseengehalte de concentratiegrenswaarde van 50 mg/kg overschrijdt, aan als gevaarlijk afval. Het Baga is daarmee in overeenstemming met de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen, daar eerst bij het overschrijden van deze concentratiegrenswaarde sprake is van een gevaarseigenschap als bedoeld in Bijlage III van richtlijn 91/689/EEG.
– In een aantal gevallen zijn de afvalstoffen die door de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen als gevaarlijk worden aangemerkt, uitsluitend op grond van de lijst van stoffen in het Baga als gevaarlijke afvalstof aangewezen. Dit geldt bijvoorbeeld voor de categorie 05 04 01 bleekaarde. Ook hier geldt het hierboven gestelde ten aanzien van het verband tussen overschrijding van de concentratiegrenswaarden en de gevaarseigenschappen.
– De Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen kent, in tegenstelling tot het Baga, geen zogenaamde voorwerpenregeling op grond waarvan bepaalde voorwerpen worden uitgezonderd van de aanwijzing. Er staan echter wel voorwerpen in de Europese lijst; deze zijn op grond van U.1, onder b, van Bijlage III van het Baga als gevaarlijke afvalstof aangewezen. Het gaat om transformatoren en condensatoren, accu's, batterijen en tl-buizen.
– Alleen de volgende categorieën van afvalstoffen uit de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen waren voor deze wijziging op grond van het Baga niet volledig of niet als gevaarlijke afvalstof aangewezen:
| 06 | AFVAL VAN ANORGANISCHE CHEMISCHE PROCESSEN |
| 06 02 | BASISCHE OPLOSSINGEN |
| 06 02 01 | calciumhydroxide |
| 06 02 02 | soda |
| 06 02 03 | niet eerder genoemd afval |
Voor deze wijziging kende het Baga geen proces dat hiermee vergelijkbaar was. De lijst van stoffen van het Baga wijst wel onder D.4 hydroxiden aan, met uitzondering van onder andere calciumhydroxide. Basische oplossingen waren tot op dit moment in het Baga derhalve op basis van de concentratie hydroxiden aangewezen als gevaarlijke afvalstof. De Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen was echter op dit punt niet volledig geïmplementeerd doordat de concentratiegrenswaarde voor hydroxiden in het Baga 50 000 mg/kg bedraagt, waardoor alleen bij een heel hoge pH sprake is van een gevaarlijke afvalstof.
Deze wijziging strekt ertoe de aanwijzing als gevaarlijke afvalstoffen in de Europese lijst van gevaarlijke afvalstoffen met betrekking tot basische oplossingen om te zetten in de Nederlandse regelgeving.
De «hydroxiden in oplossing», genoemd in D.4, vervallen omdat de afvalstoffen die deze stof bevatten in de aangegeven concentratie, al als gevaarlijke afvalstof zijn aangewezen op grond van proces 48.
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
J. P. Pronk
Permanente link
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stb-2000-592.html