Besluit van 4 december 2000 tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van de Wet van 2 november 2000, houdende wijziging van de Wet op de ondernemingsraden en de Wet overheidspersoneel onder de werknemersverzekeringen in verband met de overdracht van de heffingsbevoegdheid scholing en vorming ondernemingsraadsleden bij de overheid aan de Sociaal-Economische Raad (Stb. 490)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 27 november 2000, nr. AB2000/U97584, Directie Arbeidszaken Overheid;

Gelet op artikel III van de Wet van 2 november 2000, houdende wijziging van de Wet op de ondernemingsraden en de Wet overheidspersoneel onder de werknemersverzekeringen in verband met de overdracht van de heffingsbevoegdheid scholing en vorming ondernemingsraadsleden bij de overheid aan de Sociaal-Economische Raad (Stb. 490);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De Wet van 2 november 2000, houdende wijziging van de Wet op de ondernemingsraden en de Wet overheidspersoneel onder de werknemersverzekeringen in verband met de overdracht van de heffingsbevoegdheid scholing en vorming ondernemingsraadsleden bij de overheid aan de Sociaal-Economische Raad (Stb. 490), treedt in werking met ingang van 1 januari 2001.

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 4 december 2000

Beatrix

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

K. G. de Vries

Uitgegeven de negentiende december 2000

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Naar boven