Wet van 7 december 2000 tot aanpassing van enkele wetten in verband met de afschaffing van de titelbescherming en beëdiging van makelaars

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het in verband met het afschaffen van de titelbescherming en beëdiging van makelaars nodig is enige wetten aan te passen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

In artikel 16, tweede lid, van de Organisatiewet Kadaster1 wordt «de makelaars» vervangen door: de tussenpersonen.

ARTIKEL II

Artikel 2 van de Tijdelijke wet huurkoop onroerende zaken2 wordt gewijzigd als volgt:

1. Het vijfde lid komt te luiden:

  • 5. Van de akte, bedoeld in het eerste lid, maakt een taxatierapport betreffende het goed opgemaakt door een door partijen in onderlinge overeenstemming aangewezen taxateur, deel uit. Indien partijen geen overeenstemming bereiken, dan wijst de kantonrechter op verzoek van de meest gerede partij een taxateur aan. Het taxatierapport bevat in elk geval een beschrijving en beoordeling van de onderhoudstoestand van de onroerende zaak. De kosten van de taxatie komen ten laste van de verkoper.

2. In het zevende lid wordt «makelaar» vervangen door: taxateur.

ARTIKEL III

Artikel 4, eerste lid, van de Wet assurantiebemiddelingsbedrijf3 komt te luiden:

  • 1. Inschrijving in het register geschiedt indien de aanvrager voldoet aan bij algemene maatregel van bestuur:

    a. ten aanzien van het diploma Assurantiebemiddeling A te stellen vakbekwaamheidseisen, of

    b. ten aanzien van het diploma Assurantiebemiddeling B te stellen vakbekwaamheidseisen.

ARTIKEL IV

In artikel 6, tweede lid, onderdeel a, van de Wet op de omzetbelasting 19684, wordt «makelaars in onroerende zaken» vervangen door: tussenpersonen in onroerende zaken.

ARTIKEL V

In artikel 250, tweede lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek5, wordt «makelaar in het vak» vervangen door: tussenpersoon in het vak.

ARTIKEL VI

In artikel 463, tweede lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering6 wordt «makelaar in het vak» vervangen door: tussenpersoon in het vak.

ARTIKEL VII

Het Wetboek van Koophandel7 wordt gewijzigd als volgt:

A

Het opschrift van de vierde titel komt te luiden: Van beurzen van koophandel en tussenpersonen

B

In artikel 59 wordt «makelaars» vervangen door: tussenpersonen.

C

Het opschrift van de tweede afdeling komt te luiden: Van tussenpersonen.

D

Artikel 62 komt te luiden:

Artikel 62

  • 1. Onder tussenpersoon wordt verstaan degene die:

    a. zijn bedrijf maakt van het verlenen van bemiddeling bij het totstandbrengen en het sluiten van overeenkomsten in opdracht en op naam van personen tot wie hij niet in een vaste dienstbetrekking staat,

    b. beherend vennoot van een vennootschap of bestuurder van een rechtspersoon is die haar bedrijf maakt van het verrichten van de in onderdeel a genoemde handelingen, of

    c. in arbeidsovereenkomst staande tot een persoon, vennootschap of rechtspersoon als bedoeld in dit artikel, namens zijn werkgever de in onderdeel a genoemde handelingen verricht.

  • 2. Het in het eerste lid bedoelde bedrijf kan mede omvatten het bemonsteren en waarderen van goederen en het uitbrengen van deskundigenberichten.

E

De artikelen 63 tot en met 66b vervallen.

F

In artikel 68 wordt «makelaar» vervangen door: tussenpersoon.

G

In artikel 68b wordt «makelaar» telkens vervangen door: tussenpersoon.

H

In artikel 69 wordt «makelaar» vervangen door: tussenpersoon.

I

Artikel 70 komt te luiden:

Artikel 70

De artikelen 68, 68b, 69, 260, 261 en 681 tot en met 685 zijn van overeenkomstige toepassing op de vennootschap en de rechtspersoon die bemiddeling door middel van tussenpersonen tot bedrijf hebben.

J

Artikel 260 komt te luiden:

Artikel 260

Indien de verzekering door tussenkomst van een tussenpersoon in assurantiën gesloten is, wordt de getekende polis binnen acht dagen na het sluiten van de overeenkomst uitgeleverd.

K

In artikel 261 wordt «de makelaar» vervangen door: de tussenpersoon.

L

Het opschrift van de zesde afdeling van de negende titel komt te luiden: Van de plichten en rechten van tussenpersonen in zee-assurantiën

M

In artikel 681 wordt «De makelaars in zee-assurantie» vervangen door: De tussenpersoon in zee-assurantiën.

N

In artikel 682 wordt «makelaar» steeds vervangen door: tussenpersoon.

O

Artikel 684 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid, wordt «makelaar» vervangen door: tussenpersoon.

2. In het tweede lid wordt «makelaar,» vervangen door: tussenpersoon.

P

In artikel 685 wordt «makelaar,» vervangen door: tussenpersoon.

ARTIKEL VIII

Artikel 436a van het Wetboek van Strafrecht8 vervalt.

ARTIKEL IX

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te 's-Gravenhage, 7 december 2000

Beatrix

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

De Minister van Financiën,

G. Zalm

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. P. Pronk

Uitgegeven de negentiende december 2000

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals


XNoot
1

Stb. 1994, 125, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 28 januari 1999, Stb. 30.

XNoot
2

Stb. 1973, 289, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 28 januari 2000, Stb. 30.

XNoot
3

Stb. 1995, 179, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 22 december 1999, Stb. 583.

XNoot
4

Stb. 1968, 329, laatstelijk gewijzigd bij de wet van 6 juli 2000, Stb. 314.

XNoot
5

Laatstelijk gewijzigd bij de wet van 23 november 2000, Stb. 496.

XNoot
6

Laatstelijk gewijzigd bij de wet van 2 december 1999, Stb. 554.

XNoot
7

Laatstelijk gewijzigd bij de wet van 28 januari 1999, Stb. 30.

XNoot
8

Laatstelijk gewijzigd bij de wet van 2 november 2000, Stb. 481.

XHistnoot

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Kamerstukken II 1998/1999, 1999/2000, 26 667.

Handelingen II 1999/2000, blz. 4245–4254; 4458–4459.

Kamerstukken I 1999/2000, 26 667 (250, 250a, 250b); 2000/2001, 26 667 (61, 61a, 61b).

Handelingen I 2000/2001, zie vergadering d.d. 4 december 2000.

Naar boven