Besluit van 27 november 2000, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van enkele wettelijke bepalingen met betrekking tot de beroepsvereisten voor rechterlijke ambtenaren en rechterlijke ambtenaren in opleiding

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie van 21 november 2000, Directie Wetgeving, nr. 5061849/00/6;

Gelet op artikel XVII, derde lid, van de Wet van 2 november 1994, houdende wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en enkele andere wetten, houdende verbeteringen en aanvullingen van overwegend technische aard (Stb. 803) en artikel III van het Besluit van 13 september 2000 tot wijziging van het Besluit rechtspositie rechterlijke ambtenaren en het Besluit opleiding rechterlijke ambtenaren in verband met het stellen van nadere regels met betrekking tot de beroepsvereisten voor rechterlijke ambtenaren en rechterlijke ambtenaren in opleiding (Stb. 370);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Met ingang van 1 september 2001 treden in werking:

a. artikel III van de Wet van 2 november 1994, houdende wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en enkele andere wetten, houdende verbeteringen en aanvullingen van overwegend technische aard (Stb. 803);

b. artikel X, eerste lid, van de Wet van 2 november 1994, houdende wijziging van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek en enkele andere wetten, houdende verbeteringen en aanvullingen van overwegend technische aard (Stb. 803), voorzover betrekking hebbend op degenen die voldoen aan de vereisten van de bepalingen, gewijzigd in artikel III van deze wet, zoals deze bepalingen luidden voor de inwerkingtreding van dat artikel III; en

c. het Besluit van 13 september 2000 tot wijziging van het Besluit rechtspositie rechterlijke ambtenaren en het Besluit opleiding rechterlijke ambtenaren in verband met het stellen van nadere regels met betrekking tot de beroepsvereisten voor rechterlijke ambtenaren en rechterlijke ambtenaren in opleiding (Stb. 370).

Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 27 november 2000

Beatrix

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Uitgegeven de zevende december 2000

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Naar boven