Besluit van 20 juli 2000, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van een aantal artikelen van de Gaswet

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 14 juli 2000, WJZ 00045508,

Gelet op artikel 88, eerste lid, van de Gaswet;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

  • 1. De artikelen 1, 10 tot en met 13, 14, met uitzondering van het vierde en vijfde lid, 15 tot en met 25, 28 tot en met 31, 34 tot en met 42, 51 tot en met 57, 59 tot en met 68, 69, met uitzondering van de onderdelen G, H, Q en R, 70 tot en met 78 en 85 tot en met 88, van de Gaswet treden in werking met ingang van 10 augustus 2000.

  • 2. De artikelen 2 tot en met 9, 26, 27 en 79 tot en met 84 van de Gaswet treden in werking met ingang van 1 oktober 2000.

  • 3. De artikelen 32 en 33 van de Gaswet treden in werking met ingang van 1 januari 2001.

Onze Minister van Economische Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Tavarnelle, 20 juli 2000

Beatrix

De Minister van Economische Zaken,

A. Jorritsma-Lebbink

Uitgegeven de derde augustus 2000

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Naar boven