Besluit van 17 december 1999, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van het besluit van 25 oktober 1999, houdende regels voor de vergoeding ter zake van het gebruik van spoorweginfrastructuur (Besluit gebruiksvergoeding spoorweginfrastructuur) (Stb. 457)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 15 december 1999, nr. CDJZ/WVW/1905, Centrale Directie Juridische Zaken;

Gelet op artikel 10 van het besluit van 25 oktober 1999, houdende regels voor de vergoeding ter zake van het gebruik van spoorweginfrastructuur (Besluit gebruiksvergoeding spoorweginfrastructuur) (Stb. 457);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

Het besluit van 25 oktober 1999, houdende regels voor de vergoeding ter zake van het gebruik van spoorweginfrastructuur (Besluit gebruiksvergoeding spoorweginfrastructuur) (Stb. 457) treedt in werking met ingang van 1 januari 2000.

Onze Minister van Verkeer en Waterstaat is belast met de uitvoering van dit besluit dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

's-Gravenhage, 17 december 1999

Beatrix

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

T. Netelenbos

Uitgegeven de achtentwintigste december 1999

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Naar boven