Besluit van 23 november 1999, houdende de vierentwintigste wijziging van het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963 (bepaalde chemicaliën, test- en richtapparatuur en laserwapens)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 9 juli 1999, nr. WJZ/W 99044325, gedaan mede namens Onze Minister van Buitenlandse Zaken;

Gelet op artikel 2 van de In- en uitvoerwet;

De Raad van State gehoord (advies van 30 augustus 1999, nr. W10.99.0344/II);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 10 november 1999, nr. WJZ/W 99067355, uitgebracht mede namens Onze Minister van Buitenlandse Zaken;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel I

Het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963¹ wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2 wordt na het derde lid, onder vernummering van het vierde lid tot vijfde lid, een nieuw lid ingevoegd, luidende:

• 4. In afwijking van het tweede lid is de in- en uitvoer verboden van goederen op lijst 2 van onderdeel B van de bijlage inzake stoffen bij het op 13 januari 1993 te Parijs tot stand gekomen verdrag tot verbod van de ontwikkeling, de produktie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens (Trb. 1993, 162) uit respectievelijk naar landen die niet partij zijn bij dit verdrag.

B

Artikel 9 komt te luiden:

Artikel 9

Dit besluit wordt aangehaald als: In- en uitvoerbesluit strategische goederen.

C

De bijlage wordt als volgt gewijzigd:

1. Post ML5 wordt als volgt gewijzigd:

a. In het opschrift wordt na «aanverwante systemen» ingevoegd: , test- en richtapparatuur.

b. In onderdeel c wordt «onder ML5.a. en ML5.b.» vervangen door: onder ML5.a. of ML5.b.

c. Na onderdeel c wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma, een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende:

d. test- of richtapparatuur voor gebruik in het veld, speciaal ontworpen voor goederen als bedoeld onder ML5.a. of ML5.b.

2. Post ML7 wordt als volgt gewijzigd:

a. In het opschrift wordt «Toxicologisch materiaal» vervangen door: Chemisch of biologisch toxicologisch materiaal.

b. Direct onder het opschrift wordt een noot ingevoegd, luidende:

Noot: De CAS-nummers zijn voorbeelden. Ze omvatten niet alle chemicaliën en mengsels bedoeld bij ML7.

3. In post ML15 wordt na noot 2 een N.B. toegevoegd, luidende:

N.B.: Zie categorie 6A002.a.2. en 6A002.b.

4. Aan post ML19 wordt na onderdeel e, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel e door een puntkomma, een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende:

f. continugolf of puls «laser»systemen speciaal ontworpen om blijvende blindheid of verzwakt gezichtsvermogen te veroorzaken aan het oog.

Artikel II

In artikel 1, onderdeel d, van het Besluit afgifte verklaringen strategische goederen² wordt «behorende bij het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963 (Stb. 128)» vervangen door: behorende bij het In- en uitvoerbesluit strategische goederen.

Artikel III

In artikel 1 van het Besluit financieel verkeer strategische goederen 1996³ wordt «van het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963» vervangen door: van het In- en uitvoerbesluit strategische goederen.

Artikel IV

In artikel 1, onderdeel c, van het Besluit subsidies exportfinancieringsarrangementen⁴ wordt «het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963» vervangen door: het In- en uitvoerbesluit strategische goederen.

Artikel V

In de bijlage bij het Sanctiebesluit Angola 1998⁵ wordt «bij het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963» vervangen door: bij het In- en uitvoerbesluit strategische goederen.

Artikel VI

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag, liggende twee maanden na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst, met uitzondering van artikel I, onderdelen A en B, en de artikelen II tot en met V, die in werking treden met ingang van 29 april 2000.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

^histnoot

Oranjestad (Aruba), 23 november 1999

Beatrix

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

G. Ybema

De Minister van Buitenlandse Zaken,

J. J. van Aartsen

Uitgegeven de veertiende december 1999

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

NOTA VAN TOELICHTING

Inleiding

In deze nota van toelichting geef ik mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken een toelichting op het besluit, houdende de vierentwintigste wijziging van het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963.

Met voorliggende wijziging van het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963 wordt in de eerste plaats uitvoering gegeven aan een verplichting uit het verdrag tot verbod van de ontwikkeling, de produktie, de aanleg van voorraden en het gebruik van chemische wapens en inzake de vernietiging van deze wapens (Trb. 1993, 162; hierna: het cw-verdrag). In de tweede plaats wordt de bijlage bij het besluit aangepast aan de laatste wijzigingen van de «munitions list» van «the Wassenaar Arrangement on export controls for conventional arms and dual-use goods and technologies» (hierna: WA).

Cw-verdrag

Het cw-verdrag is in Nederland grotendeels geïmplementeerd door middel van de Uitvoeringswet verdrag chemische wapens en het Uitvoeringsbesluit verdrag chemische wapens. De chemische stoffen waarop het cw-verdrag betrekking heeft worden aangewezen in onderdeel B van de bijlage inzake stoffen bij het cw-verdrag, die is onderverdeeld in een lijst 1,2 en 3.

Het cw-verdrag beperkt stapsgewijs de overdracht van deze categorieën chemische stoffen teneinde staten die nog niet partij zijn bij het verdrag te bewegen ook partij te worden.

Alle chemicaliën op lijst 2 en lijst 3 komen ook voor op de bijlage bij het besluit nr. 94/924/GBVB van de Raad van de Europese Unie van 19 december 1994 betreffende het gemeenschappelijk optreden, zoals door de Raad vastgesteld op grond van artikel J.3 van het verdrag van de Europese Unie ten aanzien van de controle op de uitvoer uit de Gemeenschap van goederen voor tweeërlei gebruik (PbEG L 367). Dit besluit van de raad wordt in Nederland uitgevoerd door middel van het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963. Op deze wijze regelt laatstgenoemd besluit tevens de verplichting tot exportcontrole voor deze stoffen zoals aangegeven in de verificatiebijlage bij het cw-verdrag in de afdelingen VII (lijst 2-stoffen) respectievelijk VIII (lijst 3-stoffen).

Drie jaar na de inwerkingtreding van het cw-verdrag op 29 april 1997 mogen lijst-2 stoffen uitsluitend nog worden overgedragen naar en ontvangen van landen die partij zijn bij het verdrag. Dit heeft tot gevolg dat het tot nu toe geldende vergunningensysteem voor uitvoer met ingang van 29 april 2000 voor de uitvoer van bedoelde stoffen naar niet-verdragsstaten moet worden vervangen door een verbodsysteem. Tevens moet een verbod op de invoer van deze stoffen uit niet-verdragsstaten in het besluit worden opgenomen. Hiertoe wordt een nieuw vierde lid ingevoegd in artikel 2 (artikel I, onder A). Tevens wordt de titel van dit besluit, dat immers voorheen uitsluitend betrekking had op de controle van uitvoer, gewijzigd in In- en uitvoerbesluit strategische goederen (artikel I, onder B). In verband met deze wijziging van de citeertitel, wijzigen de artikelen II tot en met V van dit besluit enkele amvb's waarin naar het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963 wordt verwezen.

De tekst van het verdrag met de bijlage inzake stoffen is te vinden op de Internet-site van de Organisatie voor het Verbod van Chemische Wapens (OPCW) onder www.opcw.nl. Op deze Internet-site is ook een actuele lijst van verdragsstaten te vinden (alle Europese staten zijn partij bij het verdrag).

WA

Uitgangspunt van het nationale wapenexportbeleid is dat terughoudendheid moet worden betracht en transparantie moet worden bevorderd bij de export van conventionele wapens. Met een vergunningplicht op basis van het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963 (nu In- en uitvoerbesluit strategische goederen) controleert de Nederlandse overheid de uitvoer van bepaalde goederen conform internationale afspraken hierover. Eén van die afspraken is het WA, een beleidsafspraak die op 12 juli 1996 werd bekrachtigd door 33 landen in Wassenaar. Doel van het WA is een bijdrage te leveren aan de regionale en internationale veiligheid en stabiliteit. Daarbij bepalen de deelnemende landen aan het WA gezamenlijk welke goederen zij aan exportcontrole onderwerpen. Deze militaire goederen worden dan opgenomen op de zgn. «munitions list». Meer informatie over het WA en de daaraan deelnemende landen is te vinden op de Internet-site van het secretariaat van het WA: www.wassenaar.org.

Enkele posten van de «munitions list» zijn onlangs gewijzigd, zodat het wenselijk is ook de bijlage bij het uitvoerbesluit te wijzigen. Kort gezegd gaat het om de volgende wijzigingen:

a. Aan post ML5 zijn test- en richtapparatuur toegevoegd, waarmee ook deze militaire goederen aan exportcontrole zijn onderworpen;

b. de redactie van het opschrift van post ML7 is gewijzigd en er is een noot toegevoegd; dit heeft geen inhoudelijke gevolgen;

c. aan post ML15 is een «Nota Bene» toegevoegd waarin verwezen wordt naar categorie 6; dit heeft geen inhoudelijke gevolgen;

d. aan post ML19 zijn lasersystemen toegevoegd welke ontworpen zijn om blijvende blindheid of verzwakt gezichtsvermogen te veroorzaken, waarmee ook deze lasers aan exportcontrole zijn onderworpen.

Laatstgenoemde post is uitgebreid, mede in verband met Protocol IV gehecht aan het Verdrag inzake het verbod of de beperking van het gebruik van bepaalde conventionele wapens die geacht worden buitensporig leed te veroorzaken of een niet-onderscheidende werking hebben (Trb. 1996, 260, 261). In genoemd Protocol is onder meer een verbod, behoudens uitzonderingen, op de overdracht¹ van deze zogenaamde «blindmakende laserwapens» opgenomen. In de praktijk van het verlenen van vergunningen voor de uitvoer van dergelijke wapens zullen de bepalingen van dit Protocol in acht worden genomen.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

G. Ybema

---

1 Stb. 1963, 128, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 5 juni 1998, Stb. 365.

2 Stb. 1986, 417, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 20 juni 1997, Stb. 304.

3 Stb. 1996, 552.

4 Stb. 1997, 615, gewijzigd bij besluit van 7 september 1998, Stb. 551.

5 Stb. 1998, 486, gewijzigd bij besluit van 19 april 1999, Stb. 162.

Het advies van de Raad van State is openbaar gemaakt door terinzagelegging bij het Ministerie van Economische Zaken.

Tevens zal het advies met de daarbij ter inzage gelegde stukken worden opgenomen in het bijvoegsel bij de Staatscourant van 11 januari 2000, nr. 7.

1 Onder het begrip overdracht valt ook de uitvoer.