Besluit van 27 januari 1999, houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur in verband met de wet van 1 juli 1998 tot wijziging van de Huisvestingswet, de Woningwet en enige andere wetten in verband met de integratie van de woonwagen- en woonschepenregelgeving (Stb. 459)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 7 december 1998, nr. MJZ98118779, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Gelet op artikel IX, eerste lid, van de wet van 1 juli 1998 tot wijziging van de Huisvestingswet, de Woningwet en enige andere wetten in verband met de integratie van de woonwagen- en woonschepenregelgeving (Stb. 459) en op de artikelen 49, 50, eerste lid, 68, eerste en tweede lid, 82, tweede lid, 85, 106 en 110 van de Wet geluidhinder;

De Raad van State gehoord (advies van 23 december 1998, No.W08.98 0575);

Gezien het nader rapport van de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer van 20 januari 1999, nr. MJZ 99130263, Centrale Directie Juridische Zaken, Afdeling Wetgeving;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

In het Besluit geluidhinder spoorwegen1 komt artikel 1, eerste lid, onderdeel i, te luiden:

i. woonwagenstandplaats: een standplaats als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van de Woningwet.

ARTIKEL II

In het Besluit grenswaarden binnen zones langs wegen2 komt artikel 1, onderdeel d, te luiden:

d. woonwagenstandplaats: een standplaats als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van de Woningwet.

ARTIKEL III

In het Besluit grenswaarden binnen zones rond industrieterreinen3 komt in artikel 1 de begripsomschrijving van woonwagenstandplaats te luiden:

woonwagenstandplaats: een standplaats als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van de Woningwet;.

ARTIKEL IV

In het Besluit zonering buitenlands luchtvaartterrein Zuid-Limburg4 komt artikel 1, eerste lid, onderdeel f, onder 2°, te luiden:

2°. standplaatsen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van de Woningwet;.

ARTIKEL V

In het Besluit zonering buitenlandse luchtvaartterreinen Noord- en Midden-Limburg5 komt artikel 1, eerste lid, onderdeel j, onder 2°, te luiden:

2°. standplaatsen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel h, van de Woningwet;.

ARTIKEL VI

Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de wet van 1 juli 1998 tot wijziging van de Huisvestingswet, de Woningwet en enige andere wetten in verband met de integratie van de woonwagen- en woonschepenregelgeving (Stb. 459) in werking treedt.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 27 januari 1999

Beatrix

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. P. Pronk

Uitgegeven de negende februari 1999

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

NOTA VAN TOELICHTING

In dit besluit is een aantal besluiten gewijzigd waarin wordt verwezen naar de Woonwagenwet. In een afzonderlijke algemene maatregel van bestuur is ook het Besluit woninggebonden subsidies 1995 aangepast in verband met de intrekking van voornoemde wet. Voor twee wijzigingsbesluiten is gekozen omdat de inspraak- en voorhangprocedures van de Wet geluidhinder, waarop dit besluit is gebaseerd, nogal afwijken van die van de Woningwet, waarop het Besluit woninggebonden subsidies 1995 is gebaseerd. De Woonwagenwet wordt per 1 maart 1999 ingetrokken met de inwerkingtreding van de wet van 1 juli 1998 tot wijziging van de Huisvestingswet, de Woningwet en enige andere wetten in verband met de integratie van de woonwagen- en woonschepenregelgeving (Stb. 1998, 459). De wijzigingen van de in deze algemene maatregel van bestuur genoemde besluiten zijn alle van technische aard.

Op 21 oktober 1997 is het ontwerp van het onderhavige besluit ingevolge artikel 172 van de Wet geluidhinder bekendgemaakt in de Staatscourant (nr. 201). Het ontwerp is tevens toegezonden aan de beide kamers der Staten-Generaal. Naar aanleiding van deze bekendmaking zijn geen reacties ontvangen.

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. P. Pronk


XNoot
1

Stb. 1993, 396, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 2 juni 1998, Stb. 413.

XNoot
2

Stb. 1993, 395, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 2 juni 1998, Stb. 413.

XNoot
3

Stb. 1993, 393, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 2 juni 1998, Stb. 413.

XNoot
4

Stb. 1995, 38, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 2 juni 1998, Stb. 413.

XNoot
5

Stb. 1995, 312, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 2 juni 1998, Stb. 413.

XHistnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vierde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State, omdat het uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat.

Naar boven