Besluit van 11 januari 1999, houdende wijziging van artikel 15, eerste lid, onder a, van het Besluit kredietvergoeding (vervanging van het promessedisconto)

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 4 december 1998, nr. WJA/W 98079073, gedaan in overeenstemming met Onze Minister van Financiën;

Gelet op de artikelen 35 en 64 van de Wet op het consumentenkrediet;

De Raad van State gehoord (advies van 21 december 1998, nr. W10.98.0573);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 6 januari 1999, nr. WJZ/W98086192, uitgebracht in overeenstemming met onze Minister van Financiën;

Hebben goedgevonden en verstaan;

Artikel 1

Artikel 15, eerste lid, onder a, van het Besluit kredietvergoeding1 wordt vervangen door:

a. de referentierente ter vervanging van het promessedisconto aangewezen door onze Minister van Financiën op grond van artikel 2 van de Wet vervanging referentierentes, vermeerderd met 2,5%.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 1999. Indien het Staatsblad waarin dit besluit wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31 december 1998, treedt het in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst, en werkt het terug tot en met 1 januari 1999.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.

histnoot

's-Gravenhage, 11 januari 1999

Beatrix

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

G. Ybema

Uitgegeven de achtentwintigste januari 1999

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

NOTA VAN TOELICHTING

Per 1 januari 1999 zijn de vaste voorschotrente en het daarop gebaseerde promessedisconto vervallen. In verband hiermee is in artikel 15, eerste lid, onder a, van het Besluit kredietvergoeding (BKV) een ander referentiepunt opgenomen ter vaststelling van de ten hoogste toegelaten effectieve kredietvergoedingspercentages op jaarbasis. Als alternatief voor het promessedisconto is gekozen voor de referentierente die de Minister van Financiën ter vervanging van het promessedisconto aanwijst op grond van artikel 2 van de Wet vervanging referentierentes. Bij dit referentiepunt is aangesloten omdat Duitsland een vergelijkbare referentierente hanteert en naar verwachting ook andere lidstaten van de Europese Unie voor deze referentierente zullen opteren.

Indien de Wet vervanging referentierentes na 1 januari 1999 in werking treedt, werkt zij, wat de artikelen 1 tot en met 3 betreft, terug tot en met 1 januari 1999. In dit besluit is eveneens een bepaling opgenomen waarin de terugwerkende kracht tot en met die datum is geregeld.

In verband met het vervallen van artikel 2 van de Wet vervanging referentierentes per 1 januari 2002 zal vóór dat tijdstip in artikel 15, eerste lid, onder a, BKV aansluiting moeten worden gezocht bij een andere referentierente.

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

G. Ybema


XNoot
1

Stb. 1991, 549, laatstelijk gewijzigd bij besluit van 15 januari 1997, Stb. 20.

XHistnoot

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 25a, vierde lid, onder b, van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt.

Naar boven