Wet van 24 december 1998 tot wijziging van de Ziekenfondswet en de Wet op de toegang tot ziektekostenverzekeringen in verband met het invoeren van de aanspraak op medisch-specialistische zorg, verleend door of vanwege een ziekenhuis

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is dat er een integratie tot stand komt van medisch-specialistische zorg en ziekenhuiszorg en met het oog daarop de verstrekkingen dienen te worden geherformuleerd;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Ziekenfondswet1 wordt gewijzigd als volgt:

A. Artikel 8 komt te luiden:

Artikel 8

  • 1. De verzekerden hebben, voor zover daarop geen aanspraak bestaat ingevolge de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten, ter voorziening in hun geneeskundige verzorging aanspraak op de navolgende verstrekkingen:

    a. medisch-specialistische zorg, verleend door of vanwege een ziekenhuis, al dan niet gepaard gaande met opneming gedurende het etmaal of een deel daarvan, verpleging, verzorging, paramedische hulp of farmaceutische hulp.

    b. revalidatiezorg van medisch-specialistische, paramedische, gedragswetenschappelijke en revalidatie-technische aard;

    c. medisch-specialistische zorg, anders dan bedoeld onder a;

    d. huisartsenzorg;

    e. verloskundige zorg;

    f. kraamzorg;

    g. tandheelkundige zorg;

    h. paramedische zorg;

    i. hulpmiddelen;

    j. farmaceutische zorg.

  • 2. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat op verstrekking van andere zorg dan de zorg, bedoeld in het eerste lid, aanspraak bestaat.

  • 3. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kan de inhoud en omvang van de aanspraken nader worden geregeld en kunnen voor het tot gelding brengen van de aanspraken voorwaarden worden gesteld.

  • 4. Bij algemene maatregel van bestuur kan als voorwaarde voor het tot gelding brengen van aanspraken worden bepaald dat de verzekerde een bijdrage in de kosten betaalt. Daarbij kan worden bepaald dat het vaststellen van de hoogte van de bijdrage en een maximum van bijdragen bij ministeriële regeling geschiedt. De bijdrage hoeft niet voor alle verzekerden gelijk te zijn.

  • 5. Ziekenfondsen dragen er zorg voor dat de bij hen ingeschreven verzekerden hun aanspraken tot gelding kunnen brengen.

  • 6. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden geregeld in welke omvang, in welke mate en onder welke voorwaarden een verstrekking wordt voortgezet na het tijdstip waarop de verzekering is geëindigd.

B. Artikel 44, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. Ziekenfondsen sluiten overeenkomsten met personen en instellingen die een of meer van de verstrekkingen kunnen verlenen waarop ingevolge artikel 8 aanspraak bestaat.

C. Artikel 45, onder c, komt te luiden:

c. de te verlenen verstrekkingen alsmede algemene voorwaarden ten aanzien van de kwaliteit daarvan;.

ARTIKEL II

In artikel 2, tweede lid, van de Wet op de toegang tot ziektekostenverzekeringen wordt «geneeskundige hulp, te verlenen door huisartsen en specialisten, tandheelkundige hulp, verloskundige hulp, farmaceutische hulp, verpleging en behandeling in ziekenhuizen» vervangen door: medisch-specialistische zorg, verleend door of vanwege een ziekenhuis, al dan niet gepaard gaande met opneming gedurende het etmaal of een deel daarvan, verpleging, verzorging, paramedische hulp of farmaceutische hulp, revalidatiezorg van medisch-specialistische, paramedische, gedragswetenschappelijke en revalidatietechnische aard, medisch-specialistische zorg, verleend anders dan door of vanwege een ziekenhuis, huisartsenzorg, verloskundige zorg, tandheelkundige zorg, paramedische zorg, hulpmiddelen, farmaceutische zorg.

ARTIKEL III

  • 1. Onverminderd de verantwoordelijkheid van het bestuur van een ziekenhuis berust de verantwoordelijkheid voor de geneeskundige behandeling en verzorging van patiënten in het ziekenhuis bij de behandelend medisch-specialist. Deze neemt daarbij het organisatorische en financiële kader, aangegeven door het bestuur, in acht. Het bestuur van het ziekenhuis neemt het zorginhoudelijke kader, aangegeven door de medisch-specialisten, in acht. Het bestuur van het ziekenhuis voert overleg met de medisch-specialisten alvorens onderhandelingen met verzekeraars aan te gaan.

  • 2. Voor de toepassing van dit artikel wordt onder ziekenhuis verstaan een ingevolge de Ziekenfondswet als zodanig toegelaten instelling.

ARTIKEL IV

  • 1. Na inwerkingtreding van deze wet berust het Verstrekkingenbesluit ziekenfondsverzekering op artikel 8, tweede, derde en vierde lid, van de Ziekenfondswet.

  • 2. Na inwerkingtreding van deze wet berust het Besluit voortzetting verstrekkingen ziekenfondsverzekering op artikel 8, zesde lid, van de Ziekenfondswet.

ARTIKEL V

Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zendt binnen vier jaren na inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.

ARTIKEL VI

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit vast te stellen tijdstip.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

histnoot

Gegeven te 's-Gravenhage, 24 december 1998

Beatrix

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. Borst-Eilers

Uitgegeven de éénentwintigste januari 1999

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals


XNoot
1

Stb. 1992, 391, laatstelijk gewijzigd bij Wet van 24 december 1998, Stb. 742.

XHistnoot

Zie voor de behandeling in de Staten-Generaal:

Kamerstukken II 1996/97, 1997/98, 25 258.

Handelingen II 1996/97, blz. 5085–5103; 5124–5125; 1997/98, blz. 3527–3550; 3612.

Kamerstukken I 1997/98, 25 258 (237, 237a, 237b, 237c); 1998/99, 25 258 (61, 61a, 61b).

Handelingen I 1998/99, zie vergadering dd. 22 december 1998.

Naar boven